4,5 miljard jaar geleden jaar geleden is de aarde ontstaan
A
4500 miljoen jaar
B
4,5 miljoen jaar
C
45 miljoen jaar
D
45000 miljoen jaar
Slide 21 - Quizvraag
1) 1.000.000 = één miljoen = 1 met 6 nullen 2) 1.000.000.000 = één miljard = 1 met 9 nullen 3) 4.500.000.000 = 4,5 miljard
Wat is waar?
A
alleen 1
B
alleen 2
C
alleen 1 en 2
D
1,2 en 3 zijn waar
Slide 22 - Quizvraag
De eerste eenvoudige vormen van leven:
A
dierlijke organismen
B
eencelligen
C
plantaardige organismen
D
schimmels
Slide 23 - Quizvraag
Waar is het leven op aarde ontstaan?
A
Het is vanuit de ruimte gekomen
B
In het water
C
Op het land
D
In de grond
Slide 24 - Quizvraag
Hoe oud zijn de oudste fossielen?
A
Ong. 3 miljard jaar oud
B
Ong. 1 miljard jaar oud
C
Ong. 3 miljoen jaar oud
D
Ong. 30 miljard jaar geleden
Slide 25 - Quizvraag
Zijn alle soorten waarvan fossielen worden gevonden uitgestorven?
A
Ja
B
Nee
Slide 26 - Quizvraag
De gevolgen van de inslag van de meteoriet..... Wat is NIET waar
A
het werd donker
B
het werd warmer
C
er was veel stof en roet
D
er was weinig zonlicht
Slide 27 - Quizvraag
Mensen leven in het tijdperk ..1... in de periode ..2..
A
1. Cenozoïcum
2. Kwartair
B
1. Cenozoïcum
2. Tertiair
C
1. Cenozoïcum
2. Holoceen
D
1. Cenozoïcum
2. Pleistoceen
Slide 28 - Quizvraag
De eerste landplanten verschenen ongeveer 500 miljoen jaar geleden
A
Tijdperk Paleozoïcum
B
Tijdperk Perm
C
Periode Perm
D
Tijdperk Mesozoïcum
Slide 29 - Quizvraag
De eerste Insecten maakten hun bloeitijd 300 miljoen jaar geleden door. Dat begon tijdens de periode.....
A
Perm
B
Devoon
C
Carboon
D
Paleozoïcum
Slide 30 - Quizvraag
Varens hebben zich ontwikkeld uit:
A
bruinwieren
B
groenwieren
C
roodwieren
D
naaktzadigen
Slide 31 - Quizvraag
Welke dieren zijn waarschijnlijk eerder ontstaan?
A
neteldieren
B
stekelhuidigen
C
vogels
D
zoogdieren
Slide 32 - Quizvraag
In de afbeelding is in een stamboom weergegeven hoe verschillende groepen roofdieren zich volgens de evolutietheorie hebben ontwikkeld Drie groepen roofdieren zijn: de hondachtigen, de wasbeerachtigen en de zeehonden. Aan welke van deze groepen zijn de beren het meest verwant volgens de informatie?
A
aan de hondachtigen
B
aan de wasbeerachtigen
C
aan de zeehonden
D
aan de mangoesten
Slide 33 - Quizvraag
Met welke dieren vertonen de geleedpotigen de meeste verwantschap: weekdieren of gewervelde dieren?
uitleg
Omdat ze met weekdieren minder lang geleden een gemeenschappelijke voorouder hebben gehad. Ontstaan in de oceanen/zeeën
A
weekdieren
B
gewervelden
Slide 34 - Quizvraag
Tijdschaal: Sleep op volgorde
eerste
dieren
eerste
landdieren
heel eenvoudige vorm van leven
eerste
mensachtige
eerste
eencellige
planten
eerste
bacteriën
eerste
landplanten
Slide 35 - Sleepvraag
Vul in: 1. Sauriërs leefden ........ jaar geleden op aarde. 2. Door .......... stierven ze uit.
A
1) 186 miljard
2) andere organismen
B
1) 186 miljard
2) een groot rotsblok
C
1) 186 miljoen
2) doordat er zoogdieren kwamen
D
1) 186 miljoen
2) een meteoriet
Slide 36 - Quizvraag
Stamboom slangen. Welk soort is als eerste ontstaan?
A
1
B
2
C
3
D
7
Slide 37 - Quizvraag
Stamboom slangen. Met welk soort vertoont soort 2 de meeste verwantschap?
A
1
B
3
C
4
D
6
Slide 38 - Quizvraag
Stamboom slangen.
Welk soort is uitgestorven?
A
1
B
7
C
4
D
6
Slide 39 - Quizvraag
Stamboom slangen.
Welk soorten hebben giftanden
A
1, 2 en 5
B
1, 2, 3, 4, 6
C
alleen soort 5
D
5 en 6
Slide 40 - Quizvraag
1. Verwantschap : Soorten hebben een gemeenschappelijke voorouder 2. Geologische tijdschaal: Weergave van de tijd sinds het ontstaan van de aarde, onderverdeeld in tijdperken
A
1: waar
2: nietwaar
B
1: nietwaar
2: waar
C
beide waar
D
beide nietwaar
Slide 41 - Quizvraag
Het tijdperk Mesosoïcum begon
A
251 miljard jaar geleden
B
251 miljoen jaar geleden
C
65 miljard jaar geleden
D
65 miljoen jaar geleden
Slide 42 - Quizvraag
Geologie is
A
de leer van de aarde
B
de leer van het leven
C
de leer van alle organismen
D
de leer van het sterrenstelsel
Slide 43 - Quizvraag
Levensvormen op de juiste volgorde. Van oud naar jong
A
waterdieren - landdieren - landplanten - mensen
B
landplanten - waterdieren
landdieren - mensen
C
waterdieren - landplanten -
landdieren - mensen
D
mensen - landdieren - landplanten - waterdieren
Slide 44 - Quizvraag
Wat zijn kenmerken van eenvoudige levensvormen?
A
eencellig en levend in het water
B
meercellig en levend in het water
C
eencellig en levend op het land
D
meercellig en levend op het land
Slide 45 - Quizvraag
Levensvormen in volgorde van ontstaan van oudste naar jongste.
A
2 - 5 - 4 - 3
B
1 - 6 - 3 - 7
C
3 - 1 - 6 - 4
D
1 - 3 - 2 - 7
Slide 46 - Quizvraag
Levensvormen in volgorde van ontstaan van oudste naar jongste.
A
4 - 7 - 2 - 5
B
3 - 1 - 2 - 7
C
2 - 4 - 5 - 7
D
7 - 4 - 5 - 2
Slide 47 - Quizvraag
Door welke organismen ontstond het eerste zuurstof in de lucht
A
meercellige organismen
B
eenvoudige levensvormen
C
eencellige organismen
D
bacteriën
Slide 48 - Quizvraag
Welke is/zijn juist? 1. Cebochoerus is de voorouder van alle varkensachtigen. 2. Het wild zwijn is meer verwant aan het hertzwijn dan aan het gewoon wrattenzwijn.
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
1 : waar
2: niet waar
D
1: niet waar
2: waar
Slide 49 - Quizvraag
Geef de naam van het tijdperk waarin Microstonyx is uitgestorven.
Toen de aardkorst voldoende was afgekoeld, ontstond de oerzee. Allerlei stoffen mengden zich in het water. 3 Miljard jaar geleden kwam er leven in de oceanen / zeeën. Het bestond maar uit 1 cel, later ontstonden meercelligen. Het leven groeide uit tot miljoenen verschillende levensvormen.
A
Mioceen
B
Plioceen
C
Heloceen
D
Pleistoceen
Slide 50 - Quizvraag
Hoeveel miljoen jaar geleden begon de ontwikkeling van de apen van de oude wereld als aparte groep volgens de gegevens in de stamboom?
A
35 miljoen jaar geleden
B
37 miljoen jaar geleden
C
43 miljoen jaar geleden
D
25 miljoen jaar geleden
Slide 51 - Quizvraag
Aan welke groep zijn de gorilla’s het meest verwant volgens de stamboom?
A
de chimpansees
B
de gibbons
C
de halfapen
D
aan de apen van de oude wereld
Slide 52 - Quizvraag
Hoe langer geleden de gemeenschappelijke voorouder van twee soorten leefde, hoe ..... vul in ...... de soorten verwant zijn.