Stoffen B3 2.1 STOFFEN HERKENNEN les 1

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar: 
Maak Voorkennis opdrachten hoofdstuk 2
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
- JDW-map





LessonUp: 
JA!

Telefoons 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Over welke opgaven van
het huiswerk zijn er vragen?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welkom Basis-3
Je hebt straks je laptop nodig                                     START IN:



Neem plaats en leg je spullen alvast klaar.
timer
3:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We gaan starten!
                                                                                               Wachttijd:
stopwatch
00:00

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

H2: Stoffen
§ 2.1 Stoffen herkennen
§ 2.2 Dichtheid
§ 2.3 Moleculen en atomen
§ 2.4 Chemische reacties
§ 2.5 Veiligheid

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesprogramma
  1. Voorkennis/Terugblik
  2. Leerdoelen
  3. Instructie (uitleg)
  4. Afsluiting 
  5. Huiswerk
  6. Nabespreking

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerkcontrole

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
1 Je kunt een aantal geleiders en isolatoren benoemen.
2 Je kunt de drie fasen van water benoemen.
3 Je kent de eenheid van volume.
4 Je kunt het volume van een vloeistof meten.
5 Je kunt twee eenheden van massa noemen.
6 Je kunt uitleggen wat het verschil is tussen een mengsel en een zuivere stof.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorkennis
Nova code:

klascode 078075
paragraaf introductie
voorkennisopdrachten 
timer
5:00

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen: 2.1 Stoffen herkennen
  1. Je kunt stofeigenschappen benoemen.
  2. Je kunt stoffen herkennen aan hun stofeigenschappen.
  3. Je kunt fasen benoemen waarin stoffen voor kunnen komen. 
  4. Je kunt uitleggen wat het stolpunt, smeltpunt en kookpunt van een stof is.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eigenschappen van stoffen
Water, wasbenzine en alcohol zien er bijvoorbeeld precies hetzelfde uit. 
Het zijn alle drie heldere, kleurloze vloeistoffen. 
Helder betekent dat je erdoorheen kunt kijken.

Veel stoffen hebben een geur waaraan je ze meteen herkent. Denk maar aan azijn of aan chloor dat je in een zwembad ruikt.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eigenschappen van stoffen
Stofeigenschap
Kenmerk waaraan je een stof kunt herkennen.
Je kunt stofeigenschappen gebruiken om stoffen van elkaar te onderscheiden.

Voorbeelden van stofeigenschappen zijn:
geur: alcohol heeft een andere geur dan benzine.
kleur: koper is rood-oranje, goud is geel, lood is grijs.
smaak: suiker smaakt zoet, keukenzout smaakt zout.
brandbaarheid: benzine is brandbaar, water niet.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Roest en oxideren
  • Bij ijzer en staal noem je de aantasting door zuurstof roesten. 
  • Bij andere metalen noem je de aantasting door zuurstof oxideren. 
  • In figuur 1 zie je nieuwe en geoxideerde metalen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oplosbaarheid en geleiding
  • Oplosbaarheid kun je alleen vaststellen door proeven te doen.
  • Elektrische geleiding:
  •             Op basis van die proeven kun
  •             je stoffen onderverdelen in 
  •             geleiders en isolatoren. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vaste stof, vloeistof en gas
Fase:
Vorm waarin een stof voor kan komen: als vaste stof, als vloeistof of als gas.

De fase is één van de eigenschappen waaraan je een stof kunt herkennen.
Water bij 25°C  => Vloeistof  (vloeibaar fase)
Water bij 0 °C  =>  Ijs (vaste-fase) 
Water bij 100°C => Waterdamp (gas-fase)

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Smeltpunt en stolpunt
  • Smeltpunt:
  • Temperatuur waarbij een stof smelt.
  • Iedere stof heeft een eigen smeltpunt. 
  • Smeltpunt is een stofeigenschap

  • Stolpunt:
  • Temperatuur waarbij een vloeistof vast wordt.
  • Iedere stof heeft een eigen stolpunt.
  • Stolpunt is een stofeigenschap

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kookpunt
Kookpunt
  • Temperatuur waarbij een stof kookt.
  • Iedere stof heeft een eigen kookpunt.
  • Kookpunt is een stofeigenschap.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Maak van paragraaf 2.1 Stoffen herkennen
 opdracht 1 t/m 4 en  8 t/m 12 en 17 en 19
Je mag samenwerken!

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nabespreken 
Antwoorden opdrachten

Slide 20 - Tekstslide

Wetenschap is het opdoen van kennis en deze toepassen.
Natuurwetenschappers kijken naar de natuurlijke wereld, en nemen verschijnselen waar. En proberen die te verklaren en te voorspellen.
Ze doen ONDERZOEK en ontdekken zo nieuwe dingen over de natuur om ons heen.
Techniek wordt gebruikt om die kennis in uitvindingen toe te passen

Verschil Natuurkunde en Scheikunde: tijdelijk en blijvende veranderingen: Je kan het niet meer terug krijgen in de oude staat.
Eigenlijk IS scheikunde ook natuurkunde, maar dan specifiek gericht op stoffen en hoe die met elkaar reageren DUS een blijvende verandering


Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke 3 dingen heb jij deze les geleerd?

Slide 22 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Waar wil je nog extra uitleg over?

Slide 23 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting: we weten.....
  1. Je kunt stofeigenschappen benoemen.
  2. Je kunt stoffen herkennen aan hun stofeigenschappen.
  3. Je kunt fasen benoemen waarin stoffen voor kunnen komen. Je kunt uitleggen wat het stolpunt, smeltpunt en kookpunt van een stof is.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik snap de leerdoelen:
Je kunt stofeigenschappen benoemen.
Je kunt stoffen herkennen aan hun stofeigenschappen.
Je kunt fasen benoemen waarin stoffen voor kunnen komen. Je kunt uitleggen wat het stolpunt, smeltpunt en kookpunt van een stof is.
A
Ja
B
Nee
C
Een beetje....

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Volgende les:

Huiswerk:
  • Zet in je planner

Maak van paragraaf 2.1 Stoffen herkennen opdracht 1 t/m 4 en 8 t/m 12 en 17 en 19
Dank voor jullie aandacht!

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies