Sterke werkwoorden (verleden tijd)
1 / 11
Lesduur is: 10 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wir (gehen) früher immer zusammen nach Spanien
A
gehten
B
gingen
C
gangen
D
ginget
Slide 2 - Quizvraag
Wieso (schlafen) ihr so lang
A
schlieft
B
schlaft
C
schläft
D
schlif
Slide 3 - Quizvraag
(halten) ihr den Bann lang hoch?
Slide 4 - Open vraag
Du (lesen) das Buch über Rosen, oder?
Slide 5 - Open vraag
Gestern (springen) er ins Wasser.
Slide 6 - Open vraag
Frau Müller, (schreiben) Sie gestern Berichte?
Slide 7 - Open vraag
(sehen) du gestern diesen Film?
Slide 8 - Open vraag
Das Kind (schneiden) sich in seinen Finger.
Slide 9 - Open vraag
Ik snap de theorie over de verleden tijd van de sterke werkwoorden
A
JA
B
NEE
C
BIJNA
Slide 10 - Quizvraag
Ik kan de theorie in zinnen toepassen?
A
JA
B
NEE
C
BIJNA
