Les 24 opstart

Les 24: even alles weer wakker schudden
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Les 24: even alles weer wakker schudden

Slide 1 - Tekstslide

                                             vind ik moeilijk => beheers ik helemaal    
                                                             1                                    5
werkwoordstijden 
bijv.nw. en bijw. + trappen van vergelijking
qui/quae/quod en quis/quid

Slide 2 - Tekstslide

Werkwoordstijden
6 vragen met het werkwoord ponere (plaatsen)

Slide 3 - Tekstslide

posuerunt

Slide 4 - Open vraag

posueram

Slide 5 - Open vraag

ponebatis

Slide 6 - Open vraag

ponimus

Slide 7 - Open vraag

ponit

Slide 8 - Open vraag

posuisti

Slide 9 - Open vraag

Dat waren de zes vragen
Alle zes goed en snel? Je beheerst het helemaal: 5
Toch wat getwijfeld? Bepaal zelf je score: 2/3/4
Meer dan de helft fout: 1

Slide 10 - Tekstslide

Dan: bijv.nw. en bijw. met trappen van vergelijking

Slide 11 - Tekstslide

bijv.nw.
bijw.
trappen van vergelijking

Slide 12 - Woordweb

Bijv.nw./Bijw./Trappen van Vergelijking
Je zou zelf de uitleg kunnen geven: 5
Zodra dingen voorbij kwamen wist je weer hoe het zat: 2/3/4
Je was veel vergeten: 1

Slide 13 - Tekstslide

Qui/Quae/Quod en Quis/Quid
rijtjeskennis (sleepvraag volgorde)
en 
gebruik (vertaalkeuze in zinnen)

Slide 14 - Tekstslide

nom.ev.
dat.ev.
acc.ev.
abl.ev.
gen.ev.
quo
cuius
qui
quem
quae
quod
cui

Slide 15 - Sleepvraag

nom.mv.
dat.mv.
acc.mv.
abl.mv.
gen.mv.
quos
qui
quarum
quas
quae
quibus
quorum

Slide 16 - Sleepvraag

Vir, quem video, est pater.
A
die
B
welke
C
omdat
D
wie

Slide 17 - Quizvraag

Quam urbem oppugnamus?
A
die
B
welke
C
omdat
D
wie

Slide 18 - Quizvraag

Saxa, quibus laborant, gravia sunt.
A
die
B
welke
C
waarmee
D
wie

Slide 19 - Quizvraag

Cuius filius?
A
die
B
welke
C
wie
D
wiens

Slide 20 - Quizvraag

Cui laboras?
A
met wie
B
wie
C
voor wie
D
waarom

Slide 21 - Quizvraag

Qui/Quae/Quod en Quis/Quid
Je herkent de naamvallen en kan het goed vertalen: 5
Je had sommige naamvallen en vertaalkeuzes fout: 2/3/4
Je was eigenlijk alles een beetje vergeten: 1

Slide 22 - Tekstslide

Keuzetijd
werkwoordstijden oefenen: repetitio p. 102
trappen van vergelijking oefenen: drillsters thema 3
qu-woordjes: drillsters les 22-24

Slide 23 - Tekstslide