Par. 1 - Stoffen in huis

1. Huiswerkcheck en nakijken
2. Uitleg 2.1
3. Notities maken
4. Zelfstandig aan het werk
Wat gaan we doen vandaag?
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
NaskMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

1. Huiswerkcheck en nakijken
2. Uitleg 2.1
3. Notities maken
4. Zelfstandig aan het werk
Wat gaan we doen vandaag?

Slide 1 - Tekstslide

200
1,65
2600
80
0,013

Slide 2 - Tekstslide

0,125
500
1,28
37
0,46

Slide 3 - Tekstslide

7200
90
2,25
0,25
8400

Slide 4 - Tekstslide

2000
0,9
1400
0,0015
0,0008

Slide 5 - Tekstslide

H2: Stoffen
Par. 1: Stoffen in huis

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen
- Je kunt 4 stofeigenschappen benoemen die    gebruikt worden om stoffen te herkennen

- Je kunt uitleggen in welke gevallen een stof       gevaarlijk kan zijn

- Je kunt de betekenis van gevarensymbolen       herkennen

Slide 7 - Tekstslide

Welke stoffen heb je in huis?

Slide 8 - Woordweb

Hoe herken je de stof?

Slide 9 - Tekstslide

Hoe herken je de stof?

Slide 10 - Tekstslide

Hoe herken je de stof?

Slide 11 - Tekstslide

Hoe herken je de stof?

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Eigenschappen waaraan je stoffen kunt herkennen, noem je stofeigenschappen. Bijvoorbeeld:

Geur, kleur, smaak en brandbaarheid

Sommige stoffen zijn giftig en mag je nooit proeven.
Andere kunnen schadelijk zijn voor je neus en longen. Let daarom altijd op de gevarensymbolen.

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk maken
Maak opgave 1 t/m 7
timer
5:00
Klaar? Speel het gevarensymbolen domino spel!

Slide 15 - Tekstslide

1a) Wat wordt er bedoeld met een stofeigenschap?

Slide 16 - Open vraag

1b) Geef vier voorbeelden van stofeigenschappen

Slide 17 - Open vraag

2a) Geef van elke elke stof 1 of 2 kenmerkende eigenschappen aan:

Koper
A
Brandbaarheid
B
Geur
C
Kleur
D
Smaak

Slide 18 - Quizvraag

2b) Geef van elke elke stof 1 of 2 kenmerkende eigenschappen aan:

Benzine
A
Brandbaarheid
B
Geur
C
Kleur
D
Smaak

Slide 19 - Quizvraag

2c) Geef van elke elke stof 1 of 2 kenmerkende eigenschappen aan:

Suiker
A
Brandbaarheid
B
Geur
C
Kleur
D
Smaak

Slide 20 - Quizvraag

2d) Geef van elke elke stof 1 of 2 kenmerkende eigenschappen aan:

Alcohol
A
Brandbaarheid
B
Geur
C
Kleur
D
Smaak

Slide 21 - Quizvraag

3a) Leg uit waarom een corrosieve stof gevaarlijk is

Slide 22 - Open vraag

3a) Leg uit waarom een ontvlambare stof gevaarlijk is

Slide 23 - Open vraag

3a) Leg uit waarom een oxiderende stof gevaarlijk is

Slide 24 - Open vraag

Corrosieve stof
ontvlambare stof
Oxiderende stof
Giftige stof
Irriterende stof
Explosieve stof

Slide 25 - Sleepvraag

4a) Noteer een kenmerkende eigenschap van: azijn

Slide 26 - Open vraag

4b) Noteer een kenmerkende eigenschap van: lood

Slide 27 - Open vraag

4c) Noteer een kenmerkende eigenschap van: olijfolie

Slide 28 - Open vraag

4d) Noteer een kenmerkende eigenschap van: spiritus

Slide 29 - Open vraag

Lees de tekst. Maak daarna vraag 5a en 5b

Slide 30 - Tekstslide

5a) Hoe kan hij erachter komen welke stof in welke fles zit?

Slide 31 - Open vraag

5b) Aan welke stofeigenschappen kan hij deze stoffen dus herkennen?

Slide 32 - Open vraag

6a) Dezelfde stof kan er soms verschillen uitzien.
Hoe kan suiker eruitzien?
(denk aan hoe het verkocht kan worden)

Slide 33 - Open vraag

6b) Dezelfde stof kan er soms verschillen uitzien.
Hoe kan water eruitzien?
(denk aan weersomstandigheden)

Slide 34 - Open vraag

Ik kan de 4 stofeigenschappen benoemen
0100

Slide 35 - Poll

Ik kan uitleggen in welke gevallen een stof gevaarlijk kan zijn
0100

Slide 36 - Poll

Ik kan de betekenis van de gevarensymbolen benoemen
0100

Slide 37 - Poll