Het zeepaardje > les 3 > groep 5/ 6

Les 3
Wat betekent de tekst? 
  • Zoek je vaste plek.
  • Schuif je laatje in de tafel. 
  • Pak je begrijpend leesmapje. 
  • Ga klaar zitten voor de instructie.

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
LezenBasisschoolGroep 5,6

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Les 3
Wat betekent de tekst? 
  • Zoek je vaste plek.
  • Schuif je laatje in de tafel. 
  • Pak je begrijpend leesmapje. 
  • Ga klaar zitten voor de instructie.

Slide 1 - Tekstslide

Les 3: Wat betekent de tekst? 

Slide 2 - Tekstslide

Tekstgerichte vragen
  • Wat maakt het zeepaardje bijzonder?

  • Wat vindt de schrijfster van het zeepaardje en welke woorden gebruikt zij om aan te geven wat zij van het zeepaardje vindt? 

Slide 3 - Tekstslide

Leesdoelen
  • Ik kan vertellen wat het zeepaardje bijzonder maakt.

  • Ik kan vertellen hoe je in de tekst kunt zien wat de schrijfster van het zeepaardje vindt. 

Slide 4 - Tekstslide

Terugblik
  • 'De zeepaardjes strengelen hun staart om elkaar heen'
  • 'Het mannetje draagt in zijn buidel de eitjes'

Slide 5 - Tekstslide

Tekstgerichte vraag

Wat maakt het zeepaardje bijzonder? 

Werkvorm: Denken-delen-uitwisselen

Slide 6 - Tekstslide

Tekstgerichte vraag

Wat vindt de schrijfster van het zeepaardje en welke woorden gebruikt zij om aan te geven wat zij van het zeepaardje vindt? 


Slide 7 - Tekstslide

Lezen
  • Lees in tweetallen de rest van de tekst
  • Onderstreep woorden de schrijfster gebruikt om aan te geven wat zij van het zeepaardje vindt. 

Slide 8 - Tekstslide

Uitwisselen

Wat vindt de schrijfster van het zeepaardje? 


Werkvorm: Denken-delen-uitwisselen

Slide 9 - Tekstslide

Verwerking
 
  • Wat vind jij van het zeepaardje? 

  • Schrijf op wat je van het zeepaardje vindt en waarom. 

Slide 10 - Tekstslide

Verwerking
 Ga in gesprek over wat jij van het zeepaardje vindt en leg uit waarom je dat vindt. 


Werkvorm: Denk-schrijf-rondpraat

Slide 11 - Tekstslide

Afsluiting

  • Past deze tekst in het boek 'Bibi's bijzondere beestenboek'?

  • Waarom wel of niet? 

Slide 12 - Tekstslide

Leesdoelen
  • Ik kan vertellen wat het zeepaardje bijzonder maakt.

  • Ik kan vertellen hoe je in de tekst kunt zien wat de schrijfster van het zeepaardje vindt. 

Slide 13 - Tekstslide

Welke woord vind jij het beste passen bij het zeepaardje en waarom:

geëmancipeerd - zorgzaam - uniek

Slide 14 - Open vraag

Bedankt voor je inzet in de les.
Als de bel gaat: 
  • Schuif je stoel aan
  • Ruim je spullen op en neem ze mee
  • Verlaat het lokaal rustig

Slide 15 - Tekstslide