Verpleegkundig proces

Verpleegkundig proces
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Verpleegkundig proces

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het doel van klinisch redeneren?
A
Het voorschrijven van medicijnen
B
Het systematisch en logisch oplossen van patiëntenproblemen.
C
Het uitvoeren van laboratoriumtesten
D
Het uitvoeren van chirurgie

Slide 2 - Quizvraag

Welke stappen zijn betrokken bij klinisch redeneren?
A
Data verzamelen, analyse, diagnose stellen, behandeling plannen.
B
Patiënt interviewen, bloedmonsters nemen, fysieke therapie toepassen
C
Laboratoriumtesten uitvoeren, medicatie voorschrijven, fysiotherapie toepassen
D
Bloeddruk meten, röntgenfoto maken, operatie uitvoeren

Slide 3 - Quizvraag

Wat is het doel van het stellen van een verpleegkundige diagnose?
A
Het plannen van de operatie voor de patiënt.
B
Het uitvoeren van laboratoriumtests bij de patiënt.
C
Het voorschrijven van medicijnen aan de patiënt.
D
Het identificeren van de gezondheidsproblemen van de patiënt.

Slide 4 - Quizvraag

Welke stap komt na het verzamelen van gegevens bij het stellen van een verpleegkundige diagnose?
A
Het analyseren en interpreteren van de gegevens.
B
Het rapporteren van de gegevens aan de patiënt.
C
Het opstellen van een behandelplan voor de patiënt.
D
Het uitvoeren van fysieke examens bij de patiënt.

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een mogelijke consequentie van het negeren van een verpleegkundige diagnose?
A
Het verminderen van de wachttijden in het ziekenhuis.
B
Het verhogen van de patiënttevredenheid over de zorg.
C
Het verbeteren van de communicatie tussen zorgverleners.
D
Het risico op verkeerde behandelingen voor de patiënt.

Slide 6 - Quizvraag

Hoe draagt een verpleegkundige diagnose bij aan de zorg van de patiënt?
A
Het bepaalt de duur van het ziekenhuisverblijf.
B
Het bepaalt de financiële kosten van de zorg.
C
Het helpt bij het vaststellen van verpleegkundige interventies.
D
Het beïnvloedt de keuze van de patiënt voor behandeling.

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het eerste stadium van het klinisch redeneerproces?
A
Medicatie voorschrijven
B
Bloedonderzoek uitvoeren
C
Anamnese afnemen
D
Diagnose stellen

Slide 8 - Quizvraag

Waarom is het stellen van verpleegkundige diagnose belangrijk?
A
Het vermindert de rol van de verpleegkundige.
B
Het verhoogt de kosten van zorg.
C
Het verbetert de nauwkeurigheid van zorgplanning.
D
Het leidt tot verwarring bij de patiënt.

Slide 9 - Quizvraag

Wat houdt de fase 'Planning' in het verpleegproces in?
A
Het evalueren van de zorg
B
Het uitvoeren van interventies
C
Het stellen van een diagnose
D
Het opstellen van een zorgplan

Slide 10 - Quizvraag

Welke vaardigheden zijn belangrijk voor anamnese door verpleegkundige?
A
Medicatie voorschrijven.
B
Laboratoriumanalyses uitvoeren.
C
Communicatie, luistervaardigheid en empathie tonen.
D
Chirurgische technieken beheersen.

Slide 11 - Quizvraag