4h SA 3.3 Natuurlijke landschapszones

3.3 Natuurlijke landschapszones - herhaling

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3.3 Natuurlijke landschapszones - herhaling

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Burning man festival
Death valley (USA) 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Juli 2020: Extreme hitte in Death Valley: temperaturen tot 54°C
Bij H of L droogte?
L = wolkenvorming en neerslag
H = droog

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Death Valley
Woestijnvallei in California

goudzoekers verdwaalde op weg naar het goud,
vandaar de naam
Wat zijn de verschillende landschappen op aarde?
tropisch
aride
gematigd
boreaal
pool

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Landschapszones
Worden gevormd door de 
geofactoren

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De geofactoren bestaan uit
A
zeestromen, reliëf, klimaat, lucht, bodem, flora, fauna, de mens
B
gesteente, reliëf, klimaat, lucht, bodem, water, flora, fauna, tijd en de mens
C
gesteente, regen, lucht, bodem, water, flora, fauna, de mens
D
gesteente, regen, lucht, bodem, water, flora, fauna, de mens, temperatuur

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de geofactor substraat?
A
ondergrond, bodem
B
onderin de atmosfeer
C
voeding van de planten
D
temperatuur, neerslag

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen geofactor?
A
De mens
B
Het klimaat
C
Water
D
Het Heelal

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Landschapszones

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke landschappen horen daar dan bij?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Polaire zone
Boreale zone
Gematigde zone
Subtropische zone
Aride Zone
Tropische zone
Sleep de landschapszones naar het juiste gebied

Slide 12 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

welke landschapszone
is dit?
A
naaldwoud
B
polaire zone
C
toendra
D
boreaal

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kenmerkt de boreale landschapszone?
A
Milde zomers, koude winters
B
Naaldbomen, lange koude winters, hete zomers, droog
C
Lage temperaturen in zomer en winter
D
Korte milde winters en loofbomen

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

sleep naar de goede plek
hele jaar neerslag
droge maanden
(bijna) geen neerslag)
woestijn
tropisch regenwoud
woestijn

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kenmerkt de tropische landschapszone savanne?
A
Veel regen
B
Koude temperaturen
C
Droge maanden
D
Rijke voedingsstoffen

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk type vegetatie
overheerst in de savanne?
A
Loofbomen
B
Naaldbomen
C
Gras
D
Cactussen

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk kenmerkt de
subtropische zone?
A
Gematigd en vochtig klimaat
B
Droge maanden, warme zomers, milde winters
C
Warm en nat klimaat
D
Heet en regenachtig klimaat

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een typerend verschil
tussen een steppe
en een woestijn?
A
Steppe heeft hogere temperaturen dan woestijn
B
Woestijn heeft meer begroeiing dan steppe
C
Steppe heeft meer neerslag dan woestijn
D
Woestijn heeft vruchtbaarder grond dan steppe

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

6 Landschapszones
Tropische zone
Subtropische zone
Gematigde zone
Boreale zone
Polaire zone
Aride zone

Slide 20 - Tekstslide

Benadruk de aride zone:
- ook koude woestenen
- ook door hogedrukgebieden bij de keerkringen droogte

Wat kenmerkt de
gematigde zone in de winter?
A
Dunne humuslaag, temperaturen onder -3
B
Temperaturen gemiddeld onder -3 graden
C
Dunne humuslaag, Hoge luchtvochtigheid
D
Temperaturen gemiddeld boven -3 graden

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk type bos wordt
vaak aangetroffen
in de boreale zone?
A
Loofbos
B
Regenwoud
C
Steppe
D
Taiga (naaldwoud)

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke factor draagt bij
aan de soort bodem
in de boreale zone?
A
Weinig uitspoeling
B
Podsol met veel uitspoeling
C
Warme en droge klimaat
D
Winderig klimaat

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar hoort de foto?
Eentje blijft over


Slide 24 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een ander woord
voor permafrost?
A
Altijd koude en losse zandgrond
B
Harde rotsachtige bodem
C
Blijvend bevroren grond
D
Zompige moerasgrond

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een typerend
kenmerk van de polaire zone?
A
Korte zonnige dagen in de zomer
B
Lange zomers, korte winters
C
Gematigde klimaat
D
Langdurige donkere winters

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een kenmerk
van een steppeklimaat?
A
Veel droogte, vaak gras
B
Constante regenval het hele jaar door
C
Extreem lage temperaturen en veel sneeuw
D
Extreem droog, cactussen of woestijnen

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies