Module 5: workshop 7 feedback

Workshop Feedback
Doelen:
Betekenis en inhoud feedback
• Doelstelling feedback
• Vormen van feedback
• Voorwaarden feedback
• Feedback geven en ontvangen mbv de 4 G’s


1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Workshop Feedback
Doelen:
Betekenis en inhoud feedback
• Doelstelling feedback
• Vormen van feedback
• Voorwaarden feedback
• Feedback geven en ontvangen mbv de 4 G’s


Slide 1 - Tekstslide

Wat is volgens jou de betekenis van feedback?

Slide 2 - Open vraag

Slide 3 - Tekstslide

Wat is het doel van feedback?

Slide 4 - Woordweb

Vraag:
Benoem wat je ziet op de volgende dia

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

conclusie
Men is geneigd te kijken naar wat er mist, ontbreekt of nog niet goed gaat.
Tip: 
Probeer je feedback te richten op wat al goed gaat en vervolgens stap voor stap toewerken naar wat de mogelijkheden zijn voor verbetering.
Kijk nogmaals naar de auto en benoem nu enkel positieve zaken!

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 1: 

Individueel: bekijk en vraag op stage naar wijze van feedback geven. Hanteert men een tool, gebruikt men rapporten of port folio's etc.... 

Hoe geeft de leerkracht feedback aan leerlingen tijdens de les op zowel proces als product?
Beschrijf dit in een kort verslag en voeg eventueel foto's toe.
(Op de volgende dia's zie je een aantal feedback tools)

Slide 8 - Tekstslide

3 soorten feedback
Effectieve feedback bestaat uit drie vragen: 

1. Feed up: Waar werk ik naartoe? (wat zijn de lesdoelen waar naartoe gewerkt wordt?) 
2. Feed back: Doe ik het zo goed? (feedback geven over de voortgang van het leerproces, zit je op de goede weg of is er nog iets nodig)
3. Feed forward: Wat moet ik hierna doen? (wat kunnen de vervolgstappen zijn?)

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 2:
Oefenen met feed up, feedback en feed forward.

Tweetallen: Beschrijf om en om aan elkaar een opdracht die je op dit moment voor een vak of op je stage moet maken
Geef elkaar feed up, feedback en feed forward over de voortgang.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Tekstslide

Feedback volgens de 4G's
1. gedrag 
2. gevoel
3. gevolg
4. gewenst

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 3 en 4:
Opdracht 3:  individueel
* Bekijk de strip "feedback geven met de 4 G's" 
* Lees daarna de 4 situaties en noteer voor elke situatie feedback volgens de 4 G's (alles via onderstaande link)
Link naar de strip en situaties: https://drive.google.com/file/d/1wgIegzTj6-Ysg5irxHrkQjCPYvT5BUbY/view
(Kopieer en plak de link en zoek op internet, uit boek "Makers" blz. 86) 

Opdracht 4: tweetallen
*Beschrijf vervolgens een eigen situatie en laat een medestudent feedback hierop geven volgens de 4 G's
* Deel tot slot je bevindingen in 4 tallen in een vergaderruimte in teams


Slide 14 - Tekstslide

Werkwijze feedback geven op gedrag
1: Kies het juiste moment, wanneer iets gebeurt en als de ander ervoor open staat
2: Gedrag: bespreek concreet gedrag, wat is er gebeurd? Wat zie en hoor je? (gebruik ik-boodschappen, "ik zie, ik merk, ik hoor..")
3: Gevolg: geef het effect of het gevolg van dat gedrag op jou
4: Gewenst gedrag: vertel welk gedrag  je graag zou willen of zoek naar een oplossing 

Slide 15 - Tekstslide

Werkwijze feedback krijgen op gedrag
1: Stel je open, luister wat de ander zegt
2: Leg eventueel uit, vraag een voorbeeld maar ga geen discussie voeren
3: Probeer het te begrijpen, verplaats je in de ander
4: Vertel je plan, vertel wat je met de feedback gaat doen en wat dat is

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Valkuilen 
Wees alert op valkuilen bij het geven van feedback!
Minst effectief is feedback geven op de persoon, je geeft dan geen info over iemands leren of beheersing van de taak.

In het volgende filmpje worden nog meer valkuilen benoemd en wordt een voorbeeld gegeven.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Oefening feedback op gedrag:
In jouw les zit een leerling steeds op zijn telefoon.
Welke feedback geef je?

Slide 21 - Open vraag

Oefenen met feedback op product:
Een medestudent heeft een compleet verslag gemaakt incl. duidelijke voorbeelden, foto's en bronvermelding.
Wat is jouw feedback?

Slide 22 - Open vraag

360 graden feedback
Om een compleet beeld te kunnen krijgen kun je feedback vragen aan mensen om je heen, mensen waarmee je werk, studeert, ontspant etc. Denk o.a. aan:
- stagebegeleider, collega's 
- docent(en)
- je medestudenten, peers
- ouders
- vrienden

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Opdracht 5:
* Drietallen: Vraag aan 3 medestudenten waarmee je tot nu toe eens gewerkt hebt het 360 graden formulier (zie link) in te vullen.
* Lees en bespreek het daarna met deze studenten en bedenk wat je leerpunten zijn.
Link naar 360 graden formulier:  http://leslab.qrd.by/17-3
(kopieer, plak en zoek op internet)
* Individueel: Verwerk je conclusies in een onderzoeksverslag en een SMART doel. 

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht 6: 
* Tweetallen: Bedenk samen twee casussen waarin iemand feedback krijgt.
1 casus over feedback omtrent gedrag
2 casus over feedback omtrent een proces 
* Verwerk je casus in een instructievideo waarin je goede of juist geen goede feedback geeft. Klassikaal: deel en bespreek deze met de grote groep.

Slide 26 - Tekstslide