H1 Wat is criminaliteit? + H2 Ons beeld van criminaliteit 2324

Criminaliteit 
Hoofdstuk 1
Wat is criminaliteit? 
Log in op LessonUp met klascode bisyn
Log in op de Eindexamensite met code UAVNW
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

Onderdelen in deze les

Criminaliteit 
Hoofdstuk 1
Wat is criminaliteit? 
Log in op LessonUp met klascode bisyn
Log in op de Eindexamensite met code UAVNW

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toets bespreken
  • Geef antwoord op de hele vraag/alle onderdelen van de vraag.  Dus lees goed! 
  • Geen HIJ, ZIJ, HUN, dingen etc gebruiken. Dan is het fout! .....
  • Noteer een multiplechoice-antwoord met een HOOFDLETTER.
  • Als er een begrip in de vraag staat > Laat in je antwoord blijken dat je het begrip kent. Herhaal de vraag! Of staat er: Doe het zo: ..... Doe dat dan!
  • Tel je punten na!  Lees de tips op je toets....
  • Op een SE noteer je je voor- en achternaam. Klas, vak en SE-nr
  • Geen pijltjes oid gebruiken. Wijzig eventueel het vraagnummer.
  

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen? 
Toets inzien 
Uitleg H1 
Zelfstandig werken

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
-Je kan beschrijven wat crimineel gedrag is en wanneer iemand een crimineel is.
-Je kan uitleggen waarom criminaliteit tijd- en plaatsgebonden is.
-Je kan het verschil tussen een overtreding en een misdrijf uitleggen.
-Je kan het verschil tussen zware criminaliteit en veelvoorkomende criminaliteit uitleggen.
   
Klascode LessonUP bisyn
Klascode Eindexamensite UAVWN

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Samenvattingsvideo van dit hoofdstuk 'Wat is criminaliteit'

Wat is criminaliteit? 



  • Criminaliteit is het geheel van gedragingen dat door de wet strafbaar is gesteld. Overtreed je deze wet(ten) dan begaat iemand een strafbaar feit of delict. 
  • De meeste strafbare feiten staan beschreven in het Wetboek van Strafrecht.  bv: moord, verkrachting, inbraak,  mishandeling, oplichting

LET OP: Staat een vergrijp NIET i/h wetboek van strafrecht of ander rechts- of wetboek > dan is het geen criminaliteit en niet strafbaar

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Meerdere wetboeken
In het wetboek van strafrecht staan strafbare feiten omschreven zoals mishandeling, moord, fraude, diefstal etc. 

Er zijn ook andere wetboeken voor andere misdrijven zoals 
  • Wegenverkeerswet 
  • Opiumwet (drugs) 
  • Wet wapens en munitie 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is crimineel gedrag?

In de samenleving gelden wetten en regels die bepalen hoe we ons dienen te gedragen. Deze regels hebben altijd te maken met waarden en normen: 

  • Waarde = een principe of uitgangspunt dat iemand belangrijk vindt/ 1 woord
  • Norm = afspraken of regels hoe mensen zich moeten gedragen. 
 Er is onderscheid tussen verschillende regels: 

  • Wetten of rechtsregels zijn geschreven regels
  • Fatsoensnormen zijn ongeschreven regels


Rechtsregels zijn in de wet opgenomen

-Je kan beschrijven wat crimineel gedrag is en wanneer iemand een crimineel is.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke misdrijf hoort bij welk wetboek?

Opiumwet

Wegen-
verkeerswet
Wet van wapens 
en munitie

Wetboek van strafrecht

XTC verkopen aan je beste vriend
Dronken terugrijden naar huis
Een zakje snoep stelen
Een flesje pepperspray meenemen

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Niet iedere vorm van criminaliteit is even erg.
We maken onderscheid
Je kan het verschil tussen een overtreding en een misdrijf uitleggen.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Twee soorten criminaliteit

Zware criminaliteit
  • moord, inbraak, verkrachting, overvallen, heling, verkoop van hard-drugs (ook: georganiseerde misdaad)

Veelvoorkomende criminaliteit
  • winkeldiefstal, voetbalvandalisme, zinloos geweld, graffiti, zwartrijden  (meestal: vooral hinderlijk)

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Godslastering was  vroeger verboden
  • Sinds 2000 is prostitutie niet meer verboden
  • Overspel is niet meer strafbaar
  • Hacken van computers of cybercriminaliteit is nu strafbaar
  • Vroeger stonden er gevangenisstraffen op homoseksualiteit

Je kan uitleggen waarom criminaliteit tijd- en plaatsgebonden is.
Criminaliteit is tijdgebonden

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

  • In Nederland is abortus en euthanasie toegestaan. 
  • (Vuur)wapens zijn in Nederland verboden. In de VS niet
  • Nederland kent geen doodstraf maar in Iran staat de doodstraf op homoseksualiteit
  • In Iran moeten vrouwen een hoofddoek dragen. 
Je kan uitleggen waarom criminaliteit tijd- en plaatsgebonden is.
Rechtsregels zijn plaatsgebonden

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jongeren en criminaliteit

  • Met name jongeren (vooral jongens)  tussen 16-23 jaar plegen veelvoorkomende criminaliteit (diefstal, vandalisme)

  • Tot 18 jaar (bij veelvoorkomende criminaliteit) een lichte taakstraf (HALT= Het Alternatief

  • 5% van de jongeren pleegt vaker iets strafbaars (recidive), meestal steeds zwaardere misdrijven.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag! 

Verplicht
Lezen: H1 blz 6 t/m 9  
Maken: opdr. 1, 4ab, 8, 12, 13, 14 en samenvatting blz 15

Keuze
Eindexamensite > criminaliteit
Quizlet
Begrippenlijst blz 14
Kijken: docu's in deze LessonUp
Klascode LessonUP bisyn
Klascode Eindexamensite UAVWN

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Criminaliteit 
Hoofdstuk 2
Ons beeld van criminaliteit 
Log in op LessonUp met klascode bisyn
Log in op de Eindexamensite met code UAVNW

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen? 
Nieuws kijken
H1 herhalen
Uitleg H2
Zelfstandig aan het werk! 
Meld je alvast even aan bij LessonUp! 
Klascode LessonUP bisyn
Klascode Eindexamensite UAVWN

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting (sleep naar de juiste plek)
Als iemand fatsoensregels overtreedt, noemen we dit                          gedrag. Als je een wet overtreedt, dan is dat            gedrag. Als je niet stopt voor rood licht, is dat een                         . De politie kan je daarvoor bekeuren. Diefstal is een voorbeeld van een                   . De                   kan dan voor de rechter komen. Als je schuldig bent kun je een                    krijgen.
timer
5:00
Asociaal
misdrijf
overtreding
strafblad
strafbaar
verdachte

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een ander woord voor strafbaar feit noem je een
A
conflict
B
inzicht
C
delict
D
stoplicht

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk gedrag wordt beschouwd als een misdrijf?
A
Geen id kaart bij je hebben
B
In het donker fietsen zonder licht
C
Mobiel bellen achter het stuur
D
Een winkeldiefstal plegen

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Criminaliteit
Les 2: H2 Ons beeld van criminaliteit


Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Criminaliteit is een maatschappelijk probleem

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom?


1. Veel mensen hebben er last van 
(niet-materieel /materieel)
> het bedreigt maatschappelijke normen en waarden >
Idee:  Politie doet weinig aan fietsendiefstal 
Reactie: mensen pikken andere fiets "terug"
2. Veel verschillende meningen en belangen bij de oplossing van het probleem. 


Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom?

3.  De media berichten veelvuldig over het probleem en beïnvloeden zo de publieke opinie

4.  Het is een politiek probleem en behoeft gezamenlijke oplossing. 

Criminaliteit staat altijd op de politieke agenda. Er moeten wetten en regels gemaakt worden en oplossingen bedacht worden


Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Materiële gevolgen van criminaliteit
  • Kosten die je maakt als je zelf slachtoffer bent (ziekenhuisopname, nieuw slot op de deur laten zetten)
  • Hogere prijzen voor producten of diensten
(verzekeringskosten, duurdere producten )

  • De kosten voor de bestrijding van criminaliteit
(salaris van politieagenten, bewaking van je bedrijf, kosten voor camera's, sloten enz)
Je kan een voorbeeld noemen van materiële schade en een voorbeeld van niet-materiële schade noemen.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Immateriële gevolgen
  • Gevoelens van angst en onzekerheid (niet meer over straat durven, altijd bang)
  • Criminaliteit tast je rechtsgevoel aan (morele verontwaardiging: boosheid/ oneerlijk)
  • Normvervaging - verdwijnen van het besef dat regels nageleefd moeten worden
  • Criminaliteit is een bedreiging voor de rechtsstaat; gevaar voor eigenrichting
mensen vinden de regels steeds minder belangrijk
mensen gaan voor eigen rechter spelen
Je kan een voorbeeld noemen van materiële schade en een voorbeeld van niet-materiële schade noemen.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De rol van de media
  • De media hebben invloed op hoe wij over criminaliteit denken:
  • De media berichten veel over criminaliteit omdat mensen het graag lezen/horen. Dit wordt vaak op een sensationele manier gedaan (zodat de media meer kijkers/lezers krijgen)
  • Door de media kunnen er stereotypen ontstaan. 
  • De media hebben dus een grote invloed op de beeldvorming en daarmee ook op de publieke opinie
De manier waarop een beeld over een persoon, een groep mensen of een organisatie ontstaat in de media. Dit beeld hoeft niet de werkelijkheid te zijn.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe wordt criminaliteit gemeten? 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Criminaliteit is een tijd- en plaatsgebonden begrip. Welk van de onderstaande voorbeelden is een voorbeeld van criminaliteit als plaatsgebonden begrip?
A
In grote steden vindt meer criminaliteit plaats dan in dorpen.
B
In Nederland worden jaarlijks meer fietsen gestolen dan in Noorwegen.
C
In veel landen is abortus verboden, in Nederland niet.
D
Vroeger was prostitutie in Nederland verboden, nu niet meer.

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Er bestaan verschillende manieren om de aard en omvang van criminaliteit te meten.

Welk soort statistiek of onderzoek zal het beste beeld geven van de omvang van internetfraude?
A
dader-enquêtes
B
politiestatistieken
C
rechtbankstatistieken
D
slachtofferenquêtes

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Door criminaliteit gaan de verzekeringspremies omhoog.
Dus het heeft:
A
immateriële gevolgen
B
Materiële gevolgen

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een juwelier wordt overvallen wat zijn de materiele gevolgen?
A
nachtmerries
B
nieuwe beveiligingscamera's ophangen
C
nieuwe sieraden bestellen
D
medewerkers durven niet meer te werken

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag! 
H2 Ons beeld van criminaliteit + tabellen en grafieken

Verplicht: 
Lees H2 blz.16 t/m 18.  
H2 Maken opdr: 10 + maken Examenopgaven blz 26 en 27 + tabellen en grafieken blz 28 en 29

Keuze: 
Oefen met de eindexamensite
oefen de begrippen met Quizlet
Lees vast H3 door.
timer
15:00
Klascode LessonUP bisyn
Klascode Eindexamensite UAVWN

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Link

Deze slide heeft geen instructies