H3C Passives

Saint Lucia - part of the Commonwealth
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Saint Lucia - part of the Commonwealth

Slide 1 - Tekstslide

Lesson goals 
I know what I still need to work on for the test week  
I know what a passive sentence is and how to use it
I can rewrite a sentence from active to passive 

Slide 2 - Tekstslide

Toetsstof
1. Woorden hoofdstuk 2: 
- Theme words En- Ne 
- Andere woorden En-Ne en Ne-en
2. Grammatica hoofdstuk 1
3. Grammatica hoofdstuk 2; alleen de past perfect. Passives als bonus. 
4. Leestekst 

Slide 3 - Tekstslide

Lees de onderstaande zinnen en bepaal het onderwerp van de zin
The criminals were arrested. 
London is visited by millions of tourists every year
You will be given detention for this! 
His leg was broken in a car accident 
You must be tested to go to the concert
The passive is being explained to us 

Slide 4 - Tekstslide

In blauw: de onderwerpen. De hoofdwerkwoorden staan rood gemarkeerd. Voeren de onderwerpen het hoofdwerkwoord zelf uit? 
The criminals were arrested
London is visited by millions of tourists every year
You will be given detention for this! 
His leg was broken in a car accident 
You must be tested to go to the concert
The passive is being explained to us 

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een passive? 
Een passive (passieve zin) is een zin waarin het onderwerp zelf niks doet, dus het voert het werkwoord niet uit. 
Het onderwerp ondergaat de handeling, het werkwoord wordt met het onderwerp gedaan. 

The thieves were arrested. 

Slide 6 - Tekstslide

Wanneer gebruik je een passive? 
Ten eerste: zo min mogelijk. Een passive haalt de vaart uit de zin en klinkt vaak niet mooi. 

Wanneer dan wel? 
- Als wat er gebeurt (en met wie) veel belangrijker is dan wie het doet.
- Als je niet weet wie het doet, alleen dat het gebeurt. 
- Om afstand te nemen van wat er gebeurt. Populair bij politici. 
"Mistakes were made" ipv "I made a mistake" 
- Op toetsen, om te laten zien dat je hem indien nodig kunt gebruiken. 

Slide 7 - Tekstslide

Hoe vorm ik een passive 
Een passive bestaat ALTIJD uit: 

- een vorm van het werkwoord "to be"
- het voltooid deelwoord van een hoofdwerkwoord (3e rijtje) 

Wij beginnen met de present simple, past simple en na modal verbs. 
LET OP: als je in een actieve zin een bepaalde werkwoordstijd zou moeten gebruiken, gebruik je in de bijbehorende passive dezelfde tijd! I bought milk / Milk was bought 

Slide 8 - Tekstslide

Passive 
Active
Passive
present simple
I do the homework.
She eats the apples.
The homework is done (by me).
The apples are eaten (by her).
werkwoord present
am/is/are + voltooid deelwoord
past simple
I did the homework.
She ate the apples.
The homework was done (by me).
The apples were eaten (by her).
werkwoord past
was/were + voltooid deelwoord
Na modal verb
I must buy groceries
Groceries must be bought 
Modal + hele werkwoord
Modal + be + voltooid deelwoord 

Slide 9 - Tekstslide

Passive
object
subject

Slide 10 - Tekstslide

Passive

Slide 11 - Tekstslide

Stappen: active of passive 
1. Bepaal wat het onderwerp betekent
2. Bepaal wat het werkwoord betekent. 
3. Is het logisch dat het onderwerp het werkwoord uitvoert? Ja - active 
                                                                                                                               Nee - passive 
4. Ga op zoek naar de juiste werkwoordstijd 
5. Actief: gebruik de vormen die je al kent. 
6. Passief: gebruik de juiste vorm van "to be" voor die tijd en zet er het voltooid deelwoord achter.

Slide 12 - Tekstslide

Choose the correct passive.

She writes poems.
A
Poems are written by her.
B
Poems were written by her.
C
Poems are being written by her.
D
Poems have been written by her.

Slide 13 - Quizvraag

Active: They make cloth.

Passive:
A
Cloth is made.
B
Cloth was made.
C
Cloth has been made .
D
Cloth had been made.

Slide 14 - Quizvraag

They are going to release him.
Passive =
A
he will be released
B
him is released
C
he is going to be released
D
he has been released

Slide 15 - Quizvraag

Choose the correct passive

Active: We built a house last year.
A
A house is built by us last year.
B
Last year we built a house
C
A house built by us last year
D
A house was built by us last year.

Slide 16 - Quizvraag

Choose the correct Passive:

Active: My brother gave me a birthday present
A
I was given a birthday present by my brother
B
A birthday present was given to me by my brother
C
Me was given a birthday present by my brother
D
A birthday present was given by my brother

Slide 17 - Quizvraag

Choose the correct Passive:

Active: I was really tired after the long week
A
I was made really tired by the long week
B
Really tired was I after the long week
C
Not possible to make this sentence passive
D
Really tired was been by me after the long week

Slide 18 - Quizvraag

Choose the correct Passive:

Active: I will always love them
A
They are always loved by me
B
Them will always be loved by me
C
They will always be loved by me
D
C is correct, but ugly as ***

Slide 19 - Quizvraag

Herschrijven van active naar passive. 

Slide 20 - Tekstslide

Stappen bij herschrijven van active naar passive

1. Heeft de actieve zin een meewerkend voorwerp? Dit wordt onderwerp van de passieve zin en komt vooraan in de zin.
2. Heeft de actieve zin wel een lijdend voorwerp, maar geen meewerkend voorwerp? Het lijdend voorwerp wordt onderwerp van de passieve zin en komt vooraan in de zin.
3. Geen lijdend én geen meewerkend voorwerp? Je kunt de zin niet passief maken.
4. Kijk naar de tijd waarin de persoonsvorm staat. Present simple? Schrijf op am / is / are. Past simple: schrijf op was / were. Hulpwerkwoord? Schrijf het hulpwerkwoord over en zet er be achter.
5. Zet het oorspronkelijke hoofdwerkwoord in het voltooid deelwoord.
6. Is je meewerkend voorwerp onderwerp geworden? Dan komt het lijdend voorwerp van de actieve zin als lijdend voorwerp in de passieve zin, direct na het voltooid deelwoord.
7. Zet er eventueel by + het oorspronkelijke onderwerp bij als dit zin heeft. 
8. Zet de bijwoordelijke bepalingen erbij. 

Slide 21 - Tekstslide

Example 
Shopowners decorate everything for Christmas 

LV everything                                          wordt onderwerp 
PV decorate                                             wordt vorm van to be + vt. dw
OW: Shopowners                                  komt achteraan, na by
Adverb: for Christmas                         verandert niet 
Everything is decorated for Christmas by shopowners 

Slide 22 - Tekstslide

Make these sentences passive. You have 10 minutes and can of course work together 
1. They worked on the assignment together 
2. Our teacher taught us the passive
3. Our teacher didn't explain this very well.
4. Millions of tourists visit London every year. 
5. The American people will not vote the orange idiot back into office. 
6. The doctor diagnosed him with being a hypochondriac. 
7. My brother and sister go to this school too.
8. We must hand in this assignment before tomorrow. 

Slide 23 - Tekstslide

Correct answers 
Correct answers: 

1. Not possible
2. We were taught the passive by our teacher / the passive was taught to us by our teacher.
3. This wasn't explained very well by our teacher
4. London is visited by millions of tourists every year.
5. The orange idiot will not be voted back into office by the American people
6. He was diagnosed (by the doctor) with being a hypochondriac
7. Not possible
8. This assignment must be handed in (by us) before tomorrow. 

Slide 24 - Tekstslide

How many correct
answers?

Slide 25 - Woordweb

I understand the passive now

0100

Slide 26 - Poll

What's next? 
- Go online in the Stepping Stones environment
- Go to chapter 2.
- Do the Test Yourself 
- Ready? Take a good look at any problems you had and act accordingly, using the list of options on the next page. 
You do this in preparation for your test. 

Slide 27 - Tekstslide

Help preparing for the test 
Go to Stepping Stones online.
Go to chapter 1 to only practise grammar, chapter 2 to practise grammar and words. 
Use Slim Stampen 
Use "Extra opdrachten"
Study from the book
Ask questions 

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide