Les 1 4 Basis 10-9-2020 H2

H2 - Les 1 10 september
  • Herhalen via Lessonup
  • Zelfstandig werken

Doel: 

  1. Je hebt de voorkennis van de Lengtematen opgehaald.

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

H2 - Les 1 10 september
  • Herhalen via Lessonup
  • Zelfstandig werken

Doel: 

  1. Je hebt de voorkennis van de Lengtematen opgehaald.

Slide 1 - Tekstslide

Afspraken
U vorm
Muziek mag alleen via de laptop.


Slide 2 - Tekstslide

§ 2.1 - Lengtematen
Lesdoel(en):
Aan het einde van de les ben ik in staat om...
  • Uit te leggen wat een Lengte is
  • Een schema van de lengtematen op te stellen.
      Ezelsbruggetje: kan het dametje met de centimeter meten
  • Lengtematen om te rekenen naar een andere eenheid.
      Van een grote maat naar een kleine maat en andersom

Slide 3 - Tekstslide

H2 - Maten omrekenen
Moderne Wiskunde
VMBO 4 Basis

Slide 4 - Tekstslide

onthoud dit goed

Slide 5 - Tekstslide

Kan
Het
Dametje
Met
De
Centimeter
Meten

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Iedere stap naar een kleinere lengte maat, doe je ......
A
x 10
B
x100
C
: 10
D
: 100

Slide 8 - Quizvraag

Dus als je van hm naar dm moet omrekenen, dan doe je .....
A
x 1000
B
x10 x10 x10
C
: 1000
D
x 100

Slide 9 - Quizvraag

Dus als je van cm naar m moet omzetten, dan doe je ......
A
: 10 :10
B
x 100
C
: 1000
D
: 100

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de juiste volgorde van de lengtematen?

A
Km Dam Hm m Dm Mm Cm
B
Mm Cm Dm Dam M Km Hm
C
Km Hm Dam M Dm Cm Mm
D
Km Hm Dam M Dm Mm Cm

Slide 11 - Quizvraag

3000 cm = ........ m
A
30
B
300
C
3
D
0,3

Slide 12 - Quizvraag

Schrijf de 7 Lengtematen op,
van groot naar klein

Slide 13 - Open vraag

2,5 dm = .... cm
A
25
B
0,25
C
0,025
D
2,5

Slide 14 - Quizvraag

0,5 m = .... cm
A
5
B
0,05
C
0,5
D
50

Slide 15 - Quizvraag

5 km = ..........m
A
0,005 m
B
500 m
C
5.000 m
D
0,05 m

Slide 16 - Quizvraag

1 m =
A
10 cm
B
1000 cm
C
100 cm
D
10000 cm

Slide 17 - Quizvraag

100 mm =
A
100 CM
B
1 CM
C
10 CM
D
1000 CM

Slide 18 - Quizvraag

4 dam=
A
0,04 km
B
0,4 km
C
400 km
D
40 km

Slide 19 - Quizvraag

200 m = ...
A
20 km
B
2 km
C
0,2 km
D
0,02 km

Slide 20 - Quizvraag

45,5 meter =
A
4550 cm
B
455000 cm
C
4.55 cm
D
45.5 cm

Slide 21 - Quizvraag

Een marathon is 42195 m. Hoeveel km is dit?
A
4,2195 km
B
42,195 km
C
421,95 km
D
4219,5 km

Slide 22 - Quizvraag

Hij rent 1000 ... ?
A
1 dm
B
1 cm
C
1 m
D
1 km

Slide 23 - Quizvraag

Hoe hoog is de toren ongeveer?
A
800 mm
B
800 cm
C
800 dm

Slide 24 - Quizvraag

Hoeveel meter is 2 km?

Slide 25 - Open vraag

Hoeveel meter is 2,5 km?

Slide 26 - Open vraag

Hoeveel meter is 2,55 km?

Slide 27 - Open vraag

Hoeveel km is 18000 meter?

Slide 28 - Open vraag

Hoeveel km is 18900 meter?

Slide 29 - Open vraag

§ 2.1 - Lengtematen

Gezamenlijk opdracht 1 t/m 4 maken.

Zelfstandig opdracht 1 t/m 7 maken.

Succes!!!

Slide 30 - Tekstslide

Zelfstandig werken
timer
1:00

Slide 31 - Tekstslide