Wondzorg
1 / 26
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Je mag wonden spoelen met kraanwater
A
Waar
B
Niet waar
Slide 2 - Quizvraag
Droge wonden moet je altijd droog verbinden
A
Waar
B
Niet waar
Slide 3 - Quizvraag
Granulatieweefsel is een teken van infectie
A
Waar
B
Niet waar
Slide 4 - Quizvraag
Een wond kan verschillende kleuren hebben
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Een fles met spoelvloeistof is na opening een week houdbaar.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quizvraag
Een gele wond is altijd geïnfecteerd
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Je op vraag van arts ook een necrotomie (verwijderen zwart dood weefsel) uitvoeren.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quizvraag
Bij een brandwond prik je de blaren liefst door.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 9 - Quizvraag
Gele wond
Mechanische wond, door scherp voorwerp ontstaan
Brandwond, oorzaak verbranding
Circulatie-wond, oorzaak slechte doorbloeding
Rode wond
Oncologische wond, oorzaak kanker
Zwarte wond
Chemische wond door bijtende stoffen
Slide 10 - Sleepvraag
Oppervlakkige, natte, schone wond
Diepe, droge geinfecteerde wond
Oude, vieze (gecontamineerde) natte wond
Slide 11 - Sleepvraag
Mevrouw Timmer liep te dicht langs een deurpost en haalt haar huid open. Wat voor soort wond is dit?
A
Chirurgische wond
B
Mechanische wond
C
Thermische wond
D
Infectie-wond
Slide 12 - Quizvraag
Dhr. Tos krijgt bestralingen voor slokdarmkanker. Daardoor heeft hij zweren in zijn mond en keel. Dit is een
A
Chirurgische wond
B
Thermische wond
C
Oncologische wond
D
Mechanische wond
Slide 13 - Quizvraag
Gele wond
Snijwond
Brandwond
Circulatie-wond, oorzaak slechte doorbloeding
Rode wond
Oncologische wond, oorzaak kanker
zwarte wond
Chemische wond door bijtende stoffen
Slide 14 - Sleepvraag
Verzorging van een rode wond
Verzorging van een gele wond
Verzorging van een zwarte wond
Bescherming van het nieuwe weefsel en uitdroging voorkomen van het wondbed
•Reiniging van de wond, door oplossen van fibrineusbeslag
•Opheffen infectie
•Absorberen wondvochtst
Verwijderen necrose
Slide 15 - Sleepvraag
Weefsel
Infectie
Vochtigheid
Wondranden
Slide 16 - Sleepvraag
Bij decubitus graad 1 spreekt men van -niet wegdrukbare roodheid, wat wordt hiermee bedoelt?
A
Als je op de huid drukt blijft de huid rood ipv dat de huid even wit kleurt bij het drukken
B
Als je op de huid drukt verschijnt er een rode plek
C
Je kunt de rode huid niet meer goed bewegen, het weefsel is hard geworden
D
Als je op de huid drukt zie je dat de huid rood wordt en daarna verdwijnt de rode plek en wordt de huid weer de normale kleur
Slide 17 - Quizvraag
Te lang een natte inco dragen, kan wondjes veroorzaken aan de huid van de zorgvrager.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 18 - Quizvraag
Wat is geen fase van de wondgenezing?
A
Reactiefase
B
Regeneratiefase
C
Acutefase
D
Rijpingsfase
Slide 19 - Quizvraag
Ontstekingsfase
Granulatiefase
Maturatiefase
Slide 20 - Sleepvraag
Wat hoort NIET bij de reactiefase?
A
Er ontstaat zwelling van het weefsel rondom de wond: ontstekingsverschijnselen
B
Bloed gaat stollen
C
Fibrinedraden verbinden wondranden
D
Aanmaak van nieuwe bloedvaatjes
Slide 21 - Quizvraag
Dit is een primaire wondgenezing
A
Waar
B
Niet waar
Slide 22 - Quizvraag
Zuurstofvoorziening rondom de wond zorgt voor een optimale wondgenezing
A
Waar
B
Niet waar
Slide 23 - Quizvraag
Alginaat wondverband is gemaakt van
A
Algen
B
Zeewier
C
Goede bacteriën
D
Synthetische watten
Slide 24 - Quizvraag
Je gebruikt een wondverband met koolstof bij
A
Geïnfecteerde wonden
B
Brandwonden
C
Rode wonden
D
Sterk ruikende wonden
Slide 25 - Quizvraag
Barrière crème
A
Zorgt ervoor dat de decubitus niet erger wordt
B
Zorgt ervoor dat een wondzalf goed blijft zitten
C
Beschermt de huid tegen inwerking van vocht
D
Beschermt de wondranden tegen week worden
