SO 4.1 en 4.2 tweede wereldoorlog

De tweede wereldoorlog in Nederland


10 mei 1940  - 5 mei 1945
S.O. 4.1 en 4.2
10 mei 1940 - 5 mei 1945
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

De tweede wereldoorlog in Nederland


10 mei 1940  - 5 mei 1945
S.O. 4.1 en 4.2
10 mei 1940 - 5 mei 1945

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Tijdens deze les zal ik 15 meerkeuze vragen aan jullie stellen over het afgelopen hoofdstuk. Het doel van deze les is om te testen wat je van dit hoofdstuk geleerd hebt. Nederland tijdens de tweede wereldoorlog. 

Slide 2 - Tekstslide

Op welke datum begon de tweede wereldoorlog in Nederland?
A
1 september 1939
B
5 mei 1940
C
10 mei 1940
D
15 mei 1940

Slide 3 - Quizvraag

Opnemen in de eigen staat
Overgeven
overleg tussen staten
bijeenkomst, vergadering
Snelle aanval
samenwerking
Bondgenootschap
Diplomatie
Inlijven
Conferentie
Blitzkrieg
Capituleren

Slide 4 - Sleepvraag

Noteer het argument van Hitler om in 1938 grote gebieden bij Duitsland te voegen

Slide 5 - Open vraag

Censuur is...
A
Het vervangen van alle mensen die het oneens zijn met de Nazi's
B
Overgave
C
Het controleren van alle media
D
Het opdringen van ideeën

Slide 6 - Quizvraag

Het helpen van een onderduiker
A
Verzet
B
Aanpassing
C
Collaboratie

Slide 7 - Quizvraag

Wat betekent het begrip: Illegaal
A
Onpartijdig
B
In strijd met de wet
C
verbieden van publicatie
D
alleenheerschappij

Slide 8 - Quizvraag

Wie was Arthur Seyss Inquart?
A
Aanhanger van Hitler en Rijkscommissaris van Nederland
B
Nederlandse commissaris
C
Een overleden Joodse burger
D
Anti-Duitser

Slide 9 - Quizvraag

Wat was de aanleiding voor de Nederlandse legerleiding om te capituleren (overgeven)?
A
De inval van Duitsland
B
Het gevangen nemen van Wilhelmina
C
Het bombardement op Rotterdam
D
Verloren veldslagen

Slide 10 - Quizvraag

Wanneer was de Duitse invasie van Polen?
A
10 mei 1939
B
1 September 1939
C
10 mei 1940
D
1 September 1940

Slide 11 - Quizvraag

Wie is deze man?
A
Anton Mussert
B
Seyss Inquart
C
Adolf Hitler
D
Koningin Wilhelmina

Slide 12 - Quizvraag

Hoelang vocht Nederland tegen de Duitsers voordat zij zich overgave?
A
5 dagen
B
10 dagen
C
15 dagen
D
20 dagen

Slide 13 - Quizvraag

Wat is een blitzkrieg?
A
Duits voor Binnenhof
B
een Duitse tank
C
een snelle aanval
D
neutraal zijn

Slide 14 - Quizvraag

De Duitsers wilde Nederland tot overgave dwingen door het bombarderen van een stad. Welke stad was dat?
A
Rotterdam
B
Amsterdam
C
Den Haag
D
Utrecht

Slide 15 - Quizvraag

Wat is collaboratie?
A
Het maken van coca cola.
B
Onderduikers helpen
C
Tegenwerken van de vijand
D
Samenwerken met de vijand.

Slide 16 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van gewapend verzet?
A
Illegale krantjes rondbrengen
B
Duitsers uitschelden
C
aanslagen plegen
D
Onderduikers helpen

Slide 17 - Quizvraag

Welk van de onderstaande groepen behoorde niet tot de ongewensten?
A
Joden
B
Homo's
C
Gewone Nederlanders
D
Gehandicapten

Slide 18 - Quizvraag

Wie vluchtte tijdens het bezet van Nederland naar London?
A
koningin Wilhelmina en de ministers
B
Westerbork
C
Arthur Seyss Inquart
D
De ministers

Slide 19 - Quizvraag

In september 1944 wilde de Geallieerden Nederland bevrijden door middel van het sturen van 35.000 parachutisten. Bij welke stad mislukte deze slag? De slag staat ook wel bekend als Operatie Market Garden.
A
Eindhoven
B
Den Bosch
C
Den Haag
D
Arnhem

Slide 20 - Quizvraag

Noteer de letters van de twee juiste zinnen
A
Alle Nederlanders kwamen in verzet tegen de Duitsers.
B
De Duitse bezetting van Nederland begon in mei 1940
C
Nederlandse mannen werden gedwongen om in Duitsland te werken
D
Op 5 mei 1940 gaven de Duitsers in Nederland zich over.

Slide 21 - Quizvraag

Lees de vier omschrijvingen van personen (A-D).
Welke van deze mensen waren 'fout' in de Tweede Wereldoorlog? Noteer de letters van de twee juiste antwoorden.

A
een collaborateur
B
een NSB'er
C
een onderduiker
D
een verzetstrijder

Slide 22 - Quizvraag

De laatste winter van de oorlog was het koudste en eiste de meeste levens. Hoe heet deze winter?
A
Koude winter
B
Koude oorlog
C
Honger oorlog
D
Honger winter

Slide 23 - Quizvraag

Op 4 mei zijn we 2 minuten stil voor alle mensen die zijn omgekomen door oorlogsgeweld. Hoe laat zijn we twee minuten stil?
A
18:00 uur
B
19:00 uur
C
20.00 uur

Slide 24 - Quizvraag

Vanaf welke datum tot welke datum duurde de tweede wereldoorlog in Nederland?
A
1 sept 1939 tot 15 augustus 1945
B
10 mei 1940 tot 15 augustus 1945
C
10 mei 1940 tot 15 mei 1945
D
15 mei 1940 tot 5 mei 1945

Slide 25 - Quizvraag

Einde Toets
Dank je wel voor het maken van de ditigale toets.


Slide 26 - Tekstslide