M3 P4 W8 recap writing

Basic rules
  • We do our work when we should
  • We are silent during explanations
  • We raise our hands for questions
  • Our phone is in our bag on the floor
  • We don't eat, drink or chew gum in class 
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Basic rules
  • We do our work when we should
  • We are silent during explanations
  • We raise our hands for questions
  • Our phone is in our bag on the floor
  • We don't eat, drink or chew gum in class 

Slide 1 - Tekstslide

Writing an informal letter/email may sound like a game without rules, but it’s not. When you write to a friend, a family member, a colleague or an acquaintance, it doesn’t mean there are no conventions or do’s and don’ts. The only thing is that there are fewer than in a formal letter/email. 

Slide 2 - Tekstslide

E-mail
Langere berichten
Duidelijke structuur
Formeel en informeel
Geen sms-taal
Niet altijd een reactie
Je denkt meer na over inhoud
Komt goed over
Bedrijven en organisaties/ vrienden
IM
Korte berichtjes
Meteen zeggen wat je wilt
Informeel
Afkortingen en sms-taal
Vaak een reactie
Vaak even snel reageren
Kan slordig overkomen
Vrienden en familie

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

What to keep in mind during writing:
  • language

  • spelling

  • grammar

  • punctuation

Slide 5 - Tekstslide

Spelling
Spelling is extremely important in a letter/email. Other people will get a bad impression of you when your writing is full of errors. So use a spelling control (UK) when you write on a pc or a dictionary when you write on paper. 

Slide 6 - Tekstslide

Grammar
Likewise, grammar mistakes will distract the receiver from enjoying your letter. Use the correct word order and tense.

Slide 7 - Tekstslide

punctuation
Punctuation is another thing to notice (and use). Although some people talk without ever stopping, a comma is generally used wherever you would normally take a breath. In other words, in longer sentences there should always be a comma. A question needs a question mark (?) and when you make something specific you use a colon (:). We arrived at our destination: London Paddington station. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Let's find the mistake

Slide 10 - Tekstslide

Verbeter de fout van het vorige plaatje.
A
if you're good
B
if youre good
C
when your good
D
there is no mistake

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Hoe hoor je het woord wat bedoeld wordt eigenlijk te schrijven?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Hoe hoor je het woord wat bedoeld wordt eigenlijk te schrijven?
A
happiness
B
happines
C
hapiness
D
happieness

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Wat betekent sewer?
A
zaaier
B
riool
C
naaier
D
naaister

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Wat betekent "their"?
A
zij zijn
B
van hen (bezittelijk)
C
daarom
D
daar

Slide 19 - Quizvraag

Waar op te letten?
  • Begin altijd met een begroeting (aanhef)
  • Gebruik geen "Hey!" tenzij je de persoon echt heel goed kent of dezelfde functie hebt. Formeel = formeel, informeel = informeel. 
  • Let op de tijd (geen "good morning" schrijven naar America als het daar avond is...). Wanneer leest de ontvanger jouw mail? Misschien wel de volgende dag...

Slide 20 - Tekstslide

  • Na de aanhef komt een komma.
  • Schrijf iemands (achter)naam goed... Controleer dit altijd.
  • Begin met de reden waarom je iemand een mail stuurt.
  • Keep It Short and Simple (KISS).  Neem geen risico, hou het simpel.

Slide 21 - Tekstslide

Naar mijn mening
A
After my opinion
B
In my opinion
C
To my opinion
D
At my opinion

Slide 22 - Quizvraag

Wat zet je aan het eind van een e-mail als je een vriend schrijft?
A
Best
B
with friendly greetings
C
Kind regards
D
Regards

Slide 23 - Quizvraag