Nederland is goed in het maken van kaas, daarom gaat het in dit geval om meer keus uit producten/ merken.
Slide 2 - Tekstslide
Opdracht 2 (1 punt)
c
Slide 3 - Tekstslide
Opdracht 3 (1 punt)
4.600.000.000 × € 0,91 = € 4.186.000.000
Of: 4.600 miljoen × € 0,91 = € 4.186.000.000
Slide 4 - Tekstslide
Opdracht 4 (1 punt)
Nederland verdient een groot deel van het nationaal inkomen
met export. Daarnaast besteedt Nederland een groot deel van het nationaal inkomen aan import.
Slide 5 - Tekstslide
Opdracht 5 (1 punt)
internationale concurrentiepositie
Slide 6 - Tekstslide
Opdracht 6 (1 punt)
3 -> 1 -> 2
Globalisering -> Oude banen verdwijnen -> Werknemers moeten een andere baan zoeken -> Werknemers zijn onervaren in dat beroep -> daling van het inkomen.