Le programme pour aujourd'hui :
- Jij kunt de kleuren noemen;
-Jij kunt het bijvoeglijk naamwoord aanpassen (herhaling);
- Jij kunt beschrijven wat voor kleren jij draagt;
- Jij kunt beschrijven wat voor kleren iemand draagt.
= je kunt de video-opdracht maken (weging 2).