Steden - Quiz + nakijken

• Aardrijkskunde
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 1

Je hebt de herhalingsopdrachten gemaakt

Je herhaalt de lesstof van 2.1 t/m 2.3

LessonUp quiz

Aardrijkskunde

Je kijkt de opdrachten na

Je verbetert de foute antwoorden

Je stelt vragen over wat je fout had

Hoe ging het?

Wat heb je geleerd?

Was het moeilijk - makkelijk?

Leren voor het SO 2.1 - 2.3

Wat is géén kenmerk van een stad?

1. Veel gebouwen op een klein gebied
2. Veel mensen
3. Veel mensen die werken in de landbouw
4. Veel voorzieningen

Waar liggen de minste steden op de wereld?

1. Aan de kust
2. In een heuvelachtig gebied
3. Waar veel grondstoffen zijn
4. Waar een goed klimaat is voor landbouw

Hoe wordt het genoemd als steden veel met elkaar te maken hebben?

1. Stedelijk landschap
2. Stedelijk netwerk

Wat is een
primate city?

1. Den Haag
2. Amsterdam
3. Brussel
4. Luxemburg

Welk begrip hoort bij:
percentage dat in de stad woont

Wat is een reden waarom de stedelijke bevolking meer groeit dan die op het platteland?

1. Dat is niet zo
2. Er wonen meer jonge mensen in de stad. Die krijgen meer kinderen.
3. Er verhuizen veel mensen van het platteland naar de stad
4. Er worden op het platteland meer condooms gebruikt

Welke afkorting wordt er gebruikt voor een (zaken)centrum van de stad?

1. TBD
2. CDB
3. CBD
4. SkiBD

Hoe wordt een buitenwijk ook genoemd?

Wat is niet een probleem in de stad?

1. Erosie
2. Vervuiling
3. Segregatie
4. Luchtkwaliteit

Noem een voorbeeld van een baantje in de informele sector

Welke stad is dit?

1. Marseille
2. Dubai
3. Sydney
4. Los Angeles

Vragen? :-)

Aan de slag:

1. Kijk alle opdrachten na die je hebt gemaakt

2. Verbeter je gegeven antwoorden als het niet 

goed gemaakt is

3. Stel vragen als je het niet snapt

Klaar? Leer voor SO of kies iets van de kast

Lesafsluiting

Hoe ging het?

Wat heb je geleerd?

Was het moeilijk - makkelijk?

Is er huiswerk?