4.5 optimale bestelgrootte deel 2 JNLS

• Bedrijfseconomie
• MBO
• Studiejaar 1

leerdoel

Aan het einde van de les kan je:

de bestelkosten berekenen.

de totale kosten berekenen bij een gegeven bestelfrequentie.

Van een winkel zijn de volgende gegevens bekend:
De consumentenomzet is € 258.0000
70% van de consumentenomzet heeft een btw-tarief van 21%.
30% van de consumentenomzet heeft een btw-tarief van 9%.
De brutowinst bedraagt 40% van de omzet.
Bereken de inkoopwaarde van de omzet.

Van een bepaald artikel is de afzet 40 stuks per maand. Er worden 20 stuks per keer besteld. Bereken de bestelfrequentie (jaarlijks).

1. 20
2. 24
3. 26
4. 28

Van een bepaald artikel is de afzet 40 stuks per maand. Er wordt 10 keer per jaar besteld.
Bereken de bestelgrootte.

1. 400
2. 48
3. 4
4. 120

Afzet 30.000 stuks per jaar.
De inkoopprijs is € 2,80 per stuk. De voorraadkosten bedragen 15% van de inkoopprijs van het artikel. Per bestelling bedragen de vaste bestelkosten € 12,50. Wat is de optimale bestelgrootte als je de formule van Camp gebruikt?

jaarafzet: 8.610 stuks.
bestelkosten: per keer € 110
voorraadkosten: € 2,50 per artikel per jaar
ga uit van een bestelfrequentie van 30

Bereken de bestelkosten per jaar.

jaarafzet: 8.610 stuks.
ga uit van een bestelfrequentie van 30
Bereken de bestelgrootte.

bestelgrootte is 8.610 / 30 = 287 artikelen (antw A)
Bereken de gemiddelde voorraad in aantallen.

gemiddelde voorraad 143,5 artikelen (antw B)
voorraadkosten: € 2,50 per artikel per jaar


Bereken de waarde van de gemiddelde voorraad.

voorraadkosten €358,75 (antw c)
bestelkosten: per keer € 110
ga uit van een bestelfrequentie van 30

Bereken de totale bestel- en voorraadkosten per jaar.

jaarafzet: 8.610 stuks.
bestelkosten: per keer € 110
voorraadkosten: € 2,50 per artikel per jaar
Bereken de totale bestel- en voorraadkosten per jaar bij een bestelfrequentie van 10.