Voorstuwen en tegenwerken, optrekken en afremmen

Voorstuwen en tegenwerken
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Voorstuwen en tegenwerken

Slide 1 - Tekstslide

Voortstuwen en tegenwerken
Voortstuwende kracht
Tegenwerkende kracht

Slide 2 - Tekstslide

Voortstuwen en tegenwerken
Om voorwerpen van snelheid te laten veranderen, heb je voortstuwende krachten of tegenwerkende krachten nodig. 
Voorbeeld van tegenwerkende krachten:
  • windkracht (luchtwrijving)
  • remkracht
  • rolwrijving

Slide 3 - Tekstslide

Nettokracht

Slide 4 - Tekstslide

Nettokracht laat de richting veranderen

Slide 5 - Tekstslide

Opgave 1





  • Kracht links = 700 + 800 = 1500 N
  • Kracht rechts = 500 + 400 + 500 = 1400 N
  • Nettokracht = Kracht links - Kracht rechts = 1500 - 1400 = 100 N

Slide 6 - Tekstslide

Opgave 2: Nettokracht
Motorkracht = 400 N
Rolweerstand = 100 N
Luchtweerstand = 200 N
Nettokracht = ?
  • 400 - 100 - 200 =
  • 400 - 300 = 100 N
  • De auto gaat sneller!

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Traagheid
Een voorwerp met een grote massa heeft een grote traagheid.

F = m x a

F = kracht (N)
m = massa (kg)
a = versnelling (m/s2)

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Formule snelheid
Snelheid = afstand : tijd

Slide 11 - Tekstslide

Snelheid
- De eenheid van snelheid is in Km/u of m/s
- De afkorting van snelheid is v (velocity)

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video