Didactiek 2.3

• Onderwijsassistenten
• MBO
• Studiejaar 1

Didactiek lesweek 3

Hoofdstuk 1: methodisch en didactisch werken,
paragraaf 1.4 methodisch werken. 

Sneeuwbal effect 

Schrijf op je blaadje alle begrippen of kennis wat je nog weet van de voorgaande les. 

Of geef een voorbeeld bij de volgende werkvormen:

• Interactievormen:
• Instructievormen:
• Opdrachtvormen:

Werkwijze 

• Terug kijken voorgaande les.
• Doelen van de les.
• Theorie lesvoorbereiding en methodisch werken.
• Werkboek maken paragraaf 1.4 (methodisch werken).
• Uitleg eindopdracht. 

Lesdoelen 

Paragraaf 1.4. 

• De student weet wat methodisch handelen is.
  
• De student weet wat je een activiteit moet voorbereiden met een lesvoorbereiding (DA-model).
• De student weet dat je na de lesactiviteit moet evalueren (STARRT methode). 

Wat weet je al over een
lesvoorbereiding?

Lesvoorbereiding 

Methodisch werken: doel,
plan, evalueren en bijstellen.

--> DA model: 

Voorbeeld lesvoorbereiding

Methodisch werken, PDCA- cyclus

• Plan: Lesvoorbereiding waarin lesdoelen worden nagestreefd
• Do: Uitvoering van de les
• Check: Zijn de lesdoelen bereikt na de les?
• Act: Zo nee, wat moet ik aanpassen
   in mijn les om de doelen te bereiken?

PDCA-cyclus = Een cirkel waarin je steeds vaste
stappen neemt om een doel bij te stellen. 

Voorbereiding 

Lees paragraaf 1.4 methodisch werken. 

Vul de mind-map aan met overige begrippen
en leg deze uit.

• 10 minuten, de tijd! 

 

Bij methodisch handelen stem je activiteiten af op de beginsituatie van een kind.

1. Juist
2. Onjuist

Bij de PDCA- cyclus wordt er met doelen gewerkt

1. Waar
2. Niet waar

Eindopdracht 2.3

Kopieer de afbeelding van de STARRT-methode en voeg deze toe in een word document. 

• Kies een situatie van stage en
  reflecteer/evalueer aan de hand van de
  STARRT-methode op deze situatie. 

Verantwoording

1.Een beknopte samenvatting van de theorie die is behandeld tijdens de les waar de eindopdracht bij hoort. (Ong. 6 regels)

 

2. Waarom het voor jou als onderwijsassistent van belang is dat je kennis hebt van deze theorie. (Gebruik voorbeelden)

3. Op welke manier je deze theorie kan toepassen in de beroepspraktijk. (Gebruik ook voorbeelden). 

Voor volgende week! 

Lees, voor volgende week:

• Hoofdstuk 1: Methodisch en didactisch werken, paragraaf 1.5 Planmatig werken