1.5 De juiste plek voor iedere plant

• Groen
• Middelbare school
• vmbo b, k, g
• Leerjaar 3,4

De basis van de tuin aanleggen

Lesdoelen

Je weet hoe je de bodem van een tuin kunt verbeteren.

1

Je weet hoe je een tuin plantklaar kunt maken.

2

Je kunt op basis van een beplantingsplan een tuin aanplanten.

3

Je kunt verschillende plantverbanden toepassen.

4

Beplantingsplan

Als je een plan maakt moet je plantenkennis hebben:

• welke vorm heeft het blad
• welke kleur de bloem
• wanneer bloeit de plant
• wat is het eindbeeld van de plant
• welke verzorging heeft de plant nodig 

(zon-schaduw/veel-weinig water of mest)

• welke grondsoort

Beplantingslijst

In het beplatingsplan staat: welke planten in welk vak komen.

Elk vak heeft een nummer

Hier hoort een beplantingslijst bij: 

Hoeveel planten heb je van iedere soort nodig?

Soorten planten

1. Houtachtige planten

• vanaf bodem vertakt = heester/struik
• eerst een stam en daarop een kroon = boom

2. Kruidachtige planten

• éénjarige
• tweejarige
• meerjarige of vaste

3. Bollen en knollen

Iedere plant wordt op zijn eigen manier geplant!

Plantverbanden

Haag planten

Vruchtbare grond 

Vruchtbare bodem: hoog gehalte organisch stof en juiste pH

• Compost/organische mest toevoegen: bodemleven neemt toe > meer poriën (wortels meer O2  en voedingsstoffen)
• Zuurgraad van de bodem: pH (toevoegen: turf voor zure grond/ kalk voor voor basisiche grond)

Grond gebruiksklaar maken

1. Organische mest eerst onderwerken (onder spitten > ompunten/spitten met een voor)
2. Grond grof egaliseren met een spa of bats
3. De grond verkruimelen met een rechttandhark
4. Stenen en wortels verwijderen
5. Tweede keer harken dwars op de richting
6. Fijn harken

Praktijkopdracht 1

Maak praktijkopdracht 1  van les 5.

Je werkt samen.

Ben je klaar: maak het huiswerk van deze les.

Huiswerk

Lees 1.5

Maak een samenvatting

Maak de vragen in het werkboek