Adviseren en instructie

Voorlichting, advies en instructie
K1 - W2
Voorlichting, advies en instructie
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Voorlichting, advies en instructie
K1 - W2
Voorlichting, advies en instructie

Slide 1 - Tekstslide

Werkpad K1 - W2
- uitleg over het werkproces (waar kan ik het vinden)
- hoe werk ik aan mijn portfolio en wat moet er in? (bpv wijzer)

Slide 2 - Tekstslide

Doelen

Je geeft o.a. voorlichting en advies over een gezonde leefstijl, veiligheid en hygiëne en het gebruik van (technologische) hulpmiddelen

Je geeft zo nodig instructies aan de zorgvrager(s) en eventueel het sociale netwerk voor het uitvoeren van een handeling of het gebruik van een hulpmiddel





Slide 3 - Tekstslide

Eindopdrachten
OPDRACHT 2

Kijk naar de gegevens die je in opdracht 1 verzameld hebt(zelfredzaamheidradar). Neem er één aspect uit waar je voorlichting en advies over zou willen geven.
Maak een plan hoe je voorlichting en advies wilt gaan geven. Je plan bestaat uit 5 basisstappen, zie Zorgpad voor uitleg van de verschillende stappen. Werk per stap de aandachtspunten uit: (dit plan gaan we oefenen en ook uitvoeren in de les eindopdracht 3 zie volgende pagina).
  • Probleemanalyse
  • Gedragsfactoren bepalen
  • Doelen stellen
  • Uitvoering
  • Evaluatie
Je plan ga je  uitvoeren in de praktijk bij de zorgvrager van opdracht 1 of andere casus. Je vraagt feedback aan je werkbegeleider en, indien mogelijk, aan de zorgvrager.
De feedback voeg je toe aan je plan van aanpak (feedbackformulier mag je zelf ontwerpen) 








Slide 4 - Tekstslide

Je gaat in je klas op een methodische wijze een instructie verzorgen, dit mag individueel of in tweetallen.

Het onderwerp is naar keuze, maar in overleg met docent/coach
Je maakt voor de instructie een uitgewerkt stappenplan 6 stappen):
  • Bepaal samen met de zorgvrager wat hij wil leren en wat het einddoel is.
  • Bespreek de stappen die nodig zijn om het einddoel te bereiken.
  • Vergroot het inzicht van de zorgvrager door de stappen mondeling door te nemen en/of te laten zien in een voorbeeld.
  • Voer samen alle stappen uit, zodat de zorgvrager eerst de hele handeling begrijpt.
  • Leer de zorgvrager de handeling stap voor stap zelfstandig aan door:
  •   - deze eerst samen te doen
  •   -   aanwijzingen te geven als hij de handeling zelf uitvoert
  •   - heel goed te kijken als hij de handeling zelfstandig uitvoert
  • De zorgvrager voert de hele handeling zelfstandig uit en je evalueert de handeling samen.
Voer de instructie, volgens de planning, in de groep uit of op je werk.
Indien je het op je werk uitvoert, zorg dan dat je feedback en bewijs kan aanleveren dat je deze opdracht op het werk uitgevoerd hebt. 













Slide 5 - Tekstslide

Hoe vaak per werkdag geef je voorlichting en/of advies ?
A
nooit
B
1 x
C
3x
D
4 x of meer

Slide 6 - Quizvraag

Doel van een voorlichting
1. Vergroten van de kennis van de zorgvrager. 
2. Verminderen van de onzekerheid en angst bij de zorgvrager. 
3. Goede voorlichting zorgt voor beter geïnformeerde zorgvragers

Slide 7 - Tekstslide

Advies
Adviseren betekent dat je deskundige suggesties en raad geeft.

Je geeft advies over:
  • Leef- en gedragsregels
  • Hulpmiddelen
  • Behandeling of therapie
  • Onderzoek

Slide 8 - Tekstslide

Instructie geven
Doelen zijn:
* leef- en gedragspatronen aanleren
* met hulpmiddelen leren omgaan
* ADL vaardigheden leren uitvoeren
* verpleegtechnische vaardigheden aanleren

Slide 9 - Tekstslide

Je leert een reumatische zorgvrager hoe hij de traplift moet bedienen=
A
Advies
B
Voorlichting
C
Instructie
D
C en A

Slide 10 - Quizvraag

Je legt aan een bedlegerige zorgvrager uit dat zijn beenspieren zwakker worden, doordat hij ze te weinig gebruikt =
A
Advies
B
Voorlichting
C
Instructie
D
A en C

Slide 11 - Quizvraag

Je vertelt aan een zorgvrager hoelang het duurt voor hij de uitslag van een onderzoek krijgt.
A
Advies
B
Voorlichting
C
Instructie
D
C en B

Slide 12 - Quizvraag

Vertellen welke hulpmiddelen er allemaal mogelijk zijn om beter te kunnen lopen
A
Advies
B
Voorlichting
C
Instructie
D
A en B

Slide 13 - Quizvraag

Aandachtpunten voorlichting
G
Het doel is dat de zorgvrager zijn gedrag vrijwillig verandert.

Slide 14 - Tekstslide

Aandachtspunten bij het geven van Advies

1. Sluit aan bij het zorgplan
2. Sluit met jouw advies aan bij wat de zorgvrager al weet en wat hij kan begrijpen
3. Geef de adviezen op het juiste tijdstip.
4. Betrek de familie bij het advies. 
> WGBO!

Slide 15 - Tekstslide

Aandachtspunten instructie
Iedere zorgvrager leert op zijn eigen manier. 
De ene zorgvrager wil een voorbeeld zien, terwijl de andere zorgvrager zelf oplossingen zoekt. 
Een zorgvrager wil graag direct iets uitproberen, maar een andere zorgvrager wil eerst begrijpen wat hij moet gaan doen voordat hij begint. 
Als je instructie geeft, houd je daar rekening mee. Je sluit aan bij de mogelijkheden en behoeften van de zorgvrager.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Jij bent als verzorgende in de wijk bij mevrouw Bos. Mevrouw valt regelmatig, jij wil mevrouw voorlichten over het dragen van de rode knop/personenalarmering. Mevrouw Bos wil er (nog) niet aan, ze zegt: ''ik ben altijd zelfstandig geweest''.

Waar richt jij jouw voorlichting op?
timer
0:10
A
Begrijpen
B
Willen
C
Openstaan
D
Doen

Slide 19 - Quizvraag

De fysiotherapeut zegt tegen meneer de Groot: 'Nu u geopereerd bent aan uw hart, is uw lichaam in principe weer goed in staat om te bewegen. U hoeft dus niet meer bang te zijn om te bewegen.''
Op welke doel richt deze voorlichting zich?
timer
0:30
A
Gedragsdoel
B
Houdingsdoel
C
Kennisdoel

Slide 20 - Quizvraag

De tandarts zegt tegen mevrouw Wit: 'U kunt voorkomen dat u gaatjes krijgt door drie keer per dag uw tanden te poetsen in plaats van één keer per dag.''
Op welke doel richt deze voorlichting zich?
timer
0:30
A
Gedragsdoel
B
Houdingsdoel
C
Kennisdoel

Slide 21 - Quizvraag

De verzorgende zegt tegen een zorgvrager met diabetes: 'Het hormoon insuline zorgt ervoor dat het bloedsuikergehalte in orde blijft. Bij diabetes heeft het lichaam te weinig insuline.'
Op welk doel richt deze voorlichting zich?
timer
0:10
timer
0:30
A
Gedragsdoel
B
Houdingsdoel
C
Kennisdoel

Slide 22 - Quizvraag

Algemene aandachtspunten
Aan wie ga je voorlichting geven
Waarom je voorlichting wil gaan geven
Wat je wil gaan vertellen
Op welke wijze je iets wil gaan vertellen
Waar ga je de voorlichting geven
Wanneer je voorlichting gaat geven
Wie gaat de voorlichting geven

Slide 23 - Tekstslide

Communicatie methodieken
Luisteren, samenvatten, doorvragen
Pictogrammen, tekeningen
Open vragen, gesloten vragen stellen
Motiverende gespreksvoering
Oplossingsgerichte gespreksvoering
Zorgdossier/heen en weer schrift en ?

Slide 24 - Tekstslide

Wanneer kies je voor het gebruik van pictogrammen?
A
Mensen die moeite hebben met lezen
B
Mensen die moeite hebben met schrijven
C
Mensen die moete hebben met begrijpen
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 25 - Quizvraag

Wanneer gebruik je motiverende gespreksvoering
A
Voorlichting over gezond eten
B
Advies over beste kaas om te eten bij dieet
C
Instructie over het gebruik weegschaal
D
Geen van allen

Slide 26 - Quizvraag

Wanneer gebruik je oplossingsgerichte gespreksvoering?
A
Voorlichting over gebruik insuline
B
Advies over gebruik insuline tijdens vakantie
C
Instructie over hoe de pen te gebruiken
D
Geen van allen

Slide 27 - Quizvraag

Wat vindt jij belangrijk
bij het geven van VAI?

Slide 28 - Woordweb

Wat zegt jouw organisatie over V.A.I.?
Zoek het op!

Slide 29 - Tekstslide

zelfredzaamheidradar
neem een cliënt/bewoner in gedachten
vul over deze cliënt/zorgvrager de zelfredzaamheidradar in en download het pdf document (bewijslast portfolio)

Slide 30 - Tekstslide