Perspectief

Perspectief

Welkom allemaal! Pak je boek erbij en start je chromebook op!
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Perspectief

Welkom allemaal! Pak je boek erbij en start je chromebook op!

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van de les...

1. Weet je wat perspectief is.
2. Weet je welke soorten perspectieven er zijn.
3. Kun je de verschillende perspectieven herkennen.

Slide 2 - Tekstslide

Wat denk je dat
een perspectief is?

Slide 3 - Woordweb

Het perspectief van een verhaal
Een verhaal wordt altijd vanuit een bepaald gezichtspunt verteld, je kijkt als het ware 'over de schouder' van iemand anders mee. Dit is vaak een personage in een boek, je leest wat hij of zij voelt en meemaakt. Dit gezichtspunt noem je het perspectief. 

Welke soorten perspectieven zijn er?

Slide 4 - Tekstslide

Soorten perspectieven
  1. De ik-verteller
    Personage weet alle dingen die hij zelf meemaakt, heeft inzicht in eigen gedachtes, niet in die van anderen. De ik-verteller geeft je één kant van het verhaal mee, alleen van de 'ik', die kan dus ook onbetrouwbaar zijn. Wanneer er meerdere ik-vertellers in een boek voorkomen noemen we dit een 'meervoudig perspectief'.

Slide 5 - Tekstslide

Soorten perspectieven
2. De personale verteller
Lijkt op de ik-verteller, maar het verhaal wordt vanuit de derde persoon verteld, dus 'hij' of 'zij'. Deze 'hij' of 'zij' heeft alleen inzicht in zijn eigen gedachtes en belevingswereld, net als bij de ik-verteller kunnen er meerdere vertellers in een verhaal voorkomen.

Slide 6 - Tekstslide

Soorten perspectieven
3. De auctoriale verteller
Deze verteller is alwetend, hij of zij weet alles, kent de gedachten van alle personages, weet wat er vroeger gebeurd is en wat er nog gaat gebeuren. Hij kan een vooruitblik geven in het verhaal om de lezer nieuwsgierig te maken. Deze verteller kan de lezer direct aanspreken en commentaar geven. Een belangrijk detail: deze verteller is geen personage in het boek.

Slide 7 - Tekstslide

Vanuit welk perspectief zou een dagboek geschreven zijn?
A
Auctoriale verteller
B
Ik-verteller
C
Personale verteller

Slide 8 - Quizvraag


Wat is een auctoriale verteller?
A
Een verteller die alleen één personage volgt.
B
Een verteller die alles weet en ziet.
C
Een verteller die in de ik-vorm schrijft.
D
Een verteller zonder mening.

Slide 9 - Quizvraag

Welk perspectief herken je?

Hij hield zijn adem in, wat hoorde hij daar?
A
Ik-verteller
B
Auctoriale verteller
C
Personale verteller

Slide 10 - Quizvraag

Zelf aan de slag
Pak blz. 160-161 uit je boek voor je.
Maak opdracht 1-5, bij de tekst op blz. 159.
Tijd: tot het einde van de les.
Klaar? Opdracht 8 en 9.
Je werkt zelfstandig.
Vragen? Steek je vinger op.

Slide 11 - Tekstslide