Les 1. Planning H5 P2 en 3, Herhalen stof H4, intro 19e eeuw

Welkom in je examenjaar!
Tekenen
TeHaTex/Kunstgeschiedenis 
Docent: Joeri Kuijlenburg, Kgo
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
TekenenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom in je examenjaar!
Tekenen
TeHaTex/Kunstgeschiedenis 
Docent: Joeri Kuijlenburg, Kgo

Slide 1 - Tekstslide

Tekenen Examenjaar
P1. Kunstroute Leiden. 
1x Verslag (vorm/medium vrij, ED01)
P. 1, 2, 3. Praktijk (1 uur per week). 
1x Praktijk Opdracht (ED02)
Eindexamen Expositie
P2, 3. Theorie  (1 uur per week). 2x SE's (ED03)
1x Centraal Schriftelijk Examen


Slide 2 - Tekstslide

Theorie


- Kunstgeschiedenis
- Kunstbeschouwing

Beide zijn essentieel, om een succesvol examen te maken!

Slide 3 - Tekstslide

De Lessen > alle lessen >>>
Neem altijd je materiaal mee:

- Reader Kunstgeschiedenis of handouts (foto's worden in Tema gedeeld)
- Schrift + Pen voor aantekeningen
- Maak altijd de huiswerk opdrachten ter voorbereiding van de lessen
- Actief meedoen in de les, en veel om je heen kijken en lezen. 
- Al het materiaal staat in Teams

Slide 4 - Tekstslide

>>> 4 havo, wat weten we nog?
P1: Klassieke oudheid (Grieken en Romeinen)
P2: Vroeg-christelijke kunst
P3: Middeleeuwen en Renaissance
P4: Barok, Rococo en Neo-Classicisme

>>> Rococo en Neo-Classicisme schuiven door naar P2 van dit jaar.

Slide 5 - Tekstslide

5 havo
SE1: Rococo en Neo-Classicisme tot en met Symbolisme
- Koppeling met thema Kunst en Leven
Boek: H.... blz....
SE2:  Modernisme t/m kunst na 1945. 
- Koppeling met thema Kunst en Leven
- Middeleeuwen (extra focus op deze periode dit jaar)
Boek: H.... blz....


Slide 6 - Tekstslide

Planning P2.
Introductieles + Planning maken Herhaling Jaar 4. 
Intro Rococo en Neo-Classicisme
Neo-Classicisme
Romantiek
Realisme en Salon
Impressionisme en Pointillisme
Post-Impressionisme en Symbolisme
Oefenen en herhalen stof voor toets
SE 1. Toets Kunstgeschiedenis:
Rococo, Neo-CLassicisme, Romantiek, Realisme, Impressionisme, Post-Imporessionisme, Pointillisme en Symbolisme.
Week 1  P.2
           2
           3
           4
           5
           6
           7
           8
           9


Slide 7 - Tekstslide

Tijdlijn 19e eeuw

Slide 8 - Tekstslide

Planning P3.
Week 1 P.2
           2
           3
           4
           5
           6
           7
           8
           9

Volgt nog

Slide 9 - Tekstslide

Tijdlijn 20e eeuw

Slide 10 - Tekstslide

Doel van dit jaar/vak, zie ook PTA
De examenstof

Domein A: Vaktheorie

Subdomein A1: Beschrijven, onderzoeken en interpreteren
1. De kandidaat kan het beeldend werk van kunstenaars en vormgevers beschrijven, onderzoeken en interpreteren, met gebruikmaking van kennis van en inzicht in de geschiedenis van de beeldende kunst:
van de 19e, 20e en 21e eeuw;–vanaf het romaans, voor zover relevant voor de kunst van de 19e, 20e en 21e eeuw.

Subdomein A2: Beschouwen
2. De kandidaat kan twee-en driedimensionale beelden en vormen beschouwen 
en kan deze beschouwing verwoorden en/of verbeelden.

Domein B: Praktijk
3. De kandidaat kan gestructureerde probleemstellingen met betrekking tot zowel autonome als toegepaste beeldende kunst en vormgeving onderzoeken en de daaruit ontwikkelde ideeën in een beeldende verwerking uitvoeren, daarbij beeldende middelen aanwenden in een doelgericht werkproces, en het werk zo presenteren dat de beschouwer inzicht krijgt in het werkproces.

Domein C: Oriëntatie op studie en beroep: De Kunstroute
Het Examenjaar, 5Havo

Slide 11 - Tekstslide

1 In hoeverre verschilt de beroepspraktijk van een moderne kunstenaar uit de 20ste of 21ste eeuw met die van een kunstenaar uit de middeleeuwen, renaissance, barok of negentiende eeuw?

2 In hoeverre is in de loop der tijd de maatschappelijke status en de sociaaleconomische positie van de kunstenaar veranderd?

3 Hoe en waarom presenteert de kunstenaar zich op een bepaalde manier in zijn werk (bijvoorbeeld in een zelfportret)?

4 Hoe en waarom wordt het leven van de kunstenaar of diens visie op de maatschappij zichtbaar in zijn werk?

5 Hoe en waarom wordt de kunstenaar door anderen gezien en verbeeld (bijvoorbeeld door andere kunstenaars of in de pers)?

6 In hoeverre weerspiegelt het atelier of de woning van de kunstenaar zijn of haar visie op (kunst en) het leven?

7 Hoe en waarom maakt de kunstenaar zijn eigen leven tot onderdeel van zijn kunst?
















Probleemstellingen bij Kunst en Leven

Slide 12 - Tekstslide

Vragen?
Vragen?
?
?
?
?

Slide 13 - Tekstslide


Herhaling!

Terugblik op H4:
Belangrijke begrippen en stijlperiodes 
Oefen met belangrijke begrippen en stijlperiodes 
Terugblik op H4:

Slide 14 - Tekstslide

1. Dorische zuil
2. Ionische zuil
Korinthische zuil

Slide 15 - Sleepvraag

Romaanse schilderkunst
Gotische schilderkunst
schematische mensfiguren
plooien zijn decoratief
achtergrond plat 
gestileerde vormgeving
duidelijke contourlijnen
er is een achtergrond, maar die is niet perspectivisch correct
enigszins plastisch
steeds meer realistisch en gedetailleerd

Slide 16 - Sleepvraag

middeleeuwen
renaissance
Barok

Slide 17 - Sleepvraag

stofuitdrukking
Clair obscur
emblemata
Trompe l'oeil

Slide 18 - Sleepvraag

Warm koud contrast
Complementair contrast
Kleur tegen kleurcontrast

Slide 19 - Sleepvraag

Abstract
Figuratief

Slide 20 - Sleepvraag

Wat weet je nog ?
Waar moet je nog extra aandacht aan besteden? 
Wat weet je nog ?
Waar moet je nog extra aandacht aan besteden? 

Slide 21 - Tekstslide

Opmaat naar de 19e eeuw:
18e eeuw: De Verlichting 


Lees in je KG boek de inleiding over de Verlichting en 19e eeuw. Pagina's... en ...
Klassikaal: Wat kun je zeggen over de volgende thema's?
  • Filosofische ideeën
  • Hoe ziet de ideale samenleving eruit?
  • Vrijheid en gelijkheid
  • Het denken over politiek, samenleving, kunst en wetenschap
  • Rationeel denken, je verstand gebruiken

Slide 22 - Tekstslide

19e eeuw
Het ontstaan van de moderne wereld


Het ontstaan van de moderne wereld
19e Eeuw

Slide 23 - Tekstslide

timer
2:30
Welke grote gebeurtenissen vonden
plaats voor en rond 1800 in Europa?

Slide 24 - Woordweb

Archeologische vondsten
de Verlichting
Industriële revolutie
Franse revolutie
Amerikaanse revolutie
burgerij als nieuwe machtsfactor
grote armoede onder boeren en arbeiders
Napoleon

  • Archeologische vondsten 
  • De Verlichting
  • Napoleon
  • Franse revolutie
  • Industriële revolutie
  • Burgerij als nieuwe machtsfactor
  • Grote armoede onder boeren en arbeiders
  • Ontstaan natiestaten
  • Wetenschappelijke ontwikkelingen
  • Ontstaan van musea zoals we het nu kennen

Slide 25 - Tekstslide

Zoek in een betrouwbare bron en doe het volgende:
Vat de filosofie van 'De Verlichting' samen in 1 zin.

(noteer de url van de gebruikte bron)
timer
2:30

Slide 26 - Open vraag

Franse revolutie 1789
  • Proletariaat <> Bourgeoisie 
  • Adel verdwijnt naar achtergrond
  • Verschuiving opdrachtgever
  • Kunst veranderde

Slide 27 - Tekstslide

Lees je KG boek handout
(staat digitaal in Teams en/of is uitgedeeld)
Welke gevolgen heeft de Franse Revolutie
voor de kunstwereld?

Slide 28 - Open vraag

Johann Zoffany - 
Charles Towneley in 
zijn eigen beeldengalerij

Slide 29 - Tekstslide

Kijk naar de afbeelding op de vorige slide.
Beschrijf en leg uit:
Waar gaan de kunstenaars zich vooral op richten,
aan het begin van de 19e eeuw?
a. Voorstelling (Wat) b. Vormgeving (Hoe) - Beschrijf ahv drie beeldaspecten

Slide 30 - Open vraag


HUISWERK voor les 2


-> Lees de teksten uit KG Boek over Rococo en Neoclassicisme

Voor iedere periode schrijf je in het kort jouw antwoord op de gegeven probleemstelling voor deze periodes op de volgende slide >>>





Slide 31 - Tekstslide

Voor zowel (a.) Rococo als (b.) Neoclassicisme:
1. In hoeverre is in de loop der tijd de maatschappelijke status en de sociaaleconomische positie van de kunstenaar veranderd?
2. Hoe kun je dit zien aan de vormgeving?
Leg je antwoord uit ahv beeldaspecten.

Slide 32 - Open vraag