Tekenen boon

  • Bespreken huiswerk
  • Bruine boon

Je kunt een loep gebruiken.
Je kunt de ontwikkeling van een zaadplant beschrijven.
Je kunt omschrijven wat ontwikkeling is.
1 / 8
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 8 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

  • Bespreken huiswerk
  • Bruine boon

Je kunt een loep gebruiken.
Je kunt de ontwikkeling van een zaadplant beschrijven.
Je kunt omschrijven wat ontwikkeling is.

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les
Je kent het onderscheid tussen een natuurgetrouwe en een schematische tekening.
Je weet wat een buitenaanzicht, een lengtedoorsnede en een dwarsdoorsnede is.
Je kan tekeningen maken volgens de tekenregels. 

Slide 2 - Tekstslide

Een natuurgetrouwe tekening van een bruine boon. 

Slide 3 - Tekstslide

Bruine boon
Zaadhuid: het vlies om het zaad heen voor bescherming
Navel: hier zat het zaad vast aan de plant
Poortje: water opnemen
Zaadlobben: bevatten reservevoedsel
Kiem: het nieuwe plantje

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Loep
Soms zijn kleine organismen net te klein om goed te kunnen zien, dan kun je ze vergroten

Daarvoor gebruik je een loep. Een loep is een vergrootglas

Slide 6 - Tekstslide

Loep
Stap 1 Houd de loep dicht bij je oog.
Stap 2 Kijk door de loep naar het voorwerp.
Stap 3 Breng het voorwerp langzaam dichter bij de loep.
Stap 4 Stop als je het voorwerp scherp ziet.

Slide 7 - Tekstslide

Buitenkant
• Pak je bruine boon zo vast dat je het witte plekje goed kunt zien.
• Bekijk de bruine boon met de loep.
• Maak een tekening van het buitenaanzicht van de bruine boon.
• Vergelijk jouw boon met de boon uit de afbeelding. Zoek de juiste naam bij de onderdelen.
• Geef in jouw tekening de volgende delen aan: hartvormig bultje – navel – poortje – zaadhuid.
Binnenkant bruine boon
• Haal voorzichtig de zaadhuid van de bruine boon af. Begin niet aan de kant waar de navel zit, maar aan de andere kant.
• Je ziet dat de bruine boon uit 2 helften bestaat.
• Haal de zaadlobben voorzichtig van elkaar af.
• Bekijk de kiem met de loep.
• Maak een tekening van de zaadlob met de kiem.
• Geef de volgende delen aan: blaadje – worteltje – zaadlob.

Slide 8 - Tekstslide