Zinnen_maken_2_werkwoorden_inversie_startenmetgroen

Zinnen maken
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2 Inburgering/alfabetisering volwasseneducatieBeroepsopleiding

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Zinnen maken

Slide 1 - Tekstslide

timer
2:00
werkwoorden

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Link

OEFENEN

Slide 4 - Tekstslide

VRAAG

1. Wat wil je maken?                 
2. Waar ga je  wonen?             
3. Wanneer kun je komen?   
4. Wat ga je morgen doen?   
5. Wanneer moet je trainen?

ANTWOORD

1. Ik wil soep maken.                  
2. Ik ga in Rotterdam wonen. 
3. Ik kan zaterdag komen.        
4.  Ik ga morgen voetballen.   
5. Ik moet woensdag trainen.

Slide 5 - Tekstslide

maak de zin goed

Slide 6 - Tekstslide


Slide 7 - Open vraag


Slide 8 - Open vraag


Slide 9 - Open vraag


Slide 10 - Open vraag


Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Link

SPREKEN

Slide 13 - Tekstslide




Cursist A



Cursist B
Maak zinnen met 2 werkwoorden.

Slide 14 - Tekstslide

SCHRIJVEN
Je krijgt een WhatsApp van Anna.
Stuur een bericht terug.
Geef antwoord op alle vragen.

Slide 15 - Tekstslide


Hoi, Moet jij zaterdag werken? Kom je na je werk bij mij wat drinken? Wat wil je drinken? Hoe laat kun je komen?  Groetjes, Anna.

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Video

Zinnen maken
deel 2

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link

Samen oefenen.

Slide 20 - Tekstslide

goed of niet goed?

Slide 21 - Tekstslide

Dan ik kan ze brengen.
A
goed
B
niet goed

Slide 22 - Quizvraag

Vandaag moet ik werken.
A
goed
B
niet goed

Slide 23 - Quizvraag

Daarom zij gaat naar school.
A
goed
B
niet goed

Slide 24 - Quizvraag

Morgen werk ik thuis.
A
goed
B
niet goed

Slide 25 - Quizvraag

Waarschijnlijk ga ik morgen zwemmen.
A
goed
B
niet goed

Slide 26 - Quizvraag

Misschien we gaan uit eten.
A
goed
B
niet goed

Slide 27 - Quizvraag

Soms doe ik boodschappen op de markt.
A
goed
B
niet goed

Slide 28 - Quizvraag

Helaas de winkel is dicht.
A
goed
B
niet goed

Slide 29 - Quizvraag

Gisteren heb ik een uitje georganiseerd.
A
goed
B
niet goed

Slide 30 - Quizvraag

Schrijven
maak de zin af.

Slide 31 - Tekstslide

Ik heb nieuwe sokken nodig.
Daarom...

Slide 32 - Open vraag

Ik ga eerst schoonmaken.
Daarna...

Slide 33 - Open vraag

Ik moet even kijken of ik tijd heb.
Misschien...

Slide 34 - Open vraag

Ik heb een nieuwe jas nodig, want...

Slide 35 - Open vraag

Ze is moe, dus...

Slide 36 - Open vraag

Spreken
rad van fortuin

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Link

Huiswerk
A1:   4.2 + 4.3 : boek > computer > dictee > memotrainer
A2:  8.4 + 8.5 : boek > computer > dictee > memotrainer

Klaar? Foto op de WhatsApp!!

Slide 39 - Tekstslide