Arbeidsmarkt rekenen

Arbeidsmarkt rekenen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Arbeidsmarkt rekenen

Slide 1 - Tekstslide

Zelf aan de slag!
Nettoloon berekenen -  opgave 1 tot en met 4 (blz 152)
Rekenen met minimumloon - opgave  5 en 6 (blz 152)
Loon omrekenen - opgave 7 tot en met 12 (blz 152)
Huiswerk checken? Vraag een nakijkblad

  • Je werkt zelfstandig
  • Tijdens uitleg aan de groep ben je stil, als iedereen opgave maakt mag je op fluistertoon overleggen
  • Kom je niet uit een opgave, lees dan de theorie nog een keer door
  • Na de uitleg loop ik rondjes om eventuele vragen te beantwoorden
  • Klaar? Ga verder met opgaven op pagina 153.

Slide 2 - Tekstslide

Rekenen met bruto en nettoloon
Te gebruiken formules:
1 - Met een percentage een bedrag berekenen
2 - Procenten berekenen
3 – Van maand naar week en andersom

Voorbeeld 1:
Je brutoloon per maand is € 3.500. Hiervan draagt je werkgever 37,5% af aan loonbelasting en sociale premies. 
Bereken het Nettoloon per maand en per week.

Voorbeeld 2:
Je brutoloon is € 2.100. Na aftrek van loonbelasting en premies blijft er € 1.302 nettoloon over. 
Bereken de loonbelasting en premies in procenten van het brutoloon.




Formule: percentage : 100 x bedrag
Formule: deel : geheel x 100
De woorden Van en Dan in de opgave verwijzen naar het getal dat het geheel is. Bijvoorbeeld: Hoeveel procent zijn de belasting en premies van het brutoloon. Hier is Brutoloon dus het geheel en belasting en premies het deel.
Formule: 
Week naar maand: weekbedrag x 52 : 12
Maand naar week: Maandbedrag x 12 : 52
Reken dus altijd eerst naar jaar en dan terug naar maand of week. 
Nettoloon = Brutoloon - (belasting en premies)
  1. Brutoloon = € 3.500
  2. Belasting en premies in € is: 37, 5 : 100 x € 3.500 = € 1.312,50
  3. Nettoloon per maand is € 3.500 - € 1.312,50 = € 2.187,50
  4. Nettoloon per week is € 2.187,50 x 12 : 52 = € 504,81

Nettoloon = Brutoloon - (belasting en premies)
  1. Brutoloon = € 2.100 en Nettoloon is € 1.302
  2. Belasting en premies in € is dan € 2.100 - 1.302 = € 798
  3. Deel is belasting en premies, geheel is Brutoloon
  4. deel : geheel x 100 = 798 : 2.100 x 100 = 38%

Slide 3 - Tekstslide



  • Maak opgave 1 tot en met 4 
  • op bladzijde 152
  • Je hebt 10 minuten
  • Daarna bespreken we de opgaven


    Nettoloon =  Brutoloon - loonbelasting en sociale premies

    Met een percentage een bedrag berekenen    
    percentage : 100 x bedrag

    Procenten berekenen: 
    deel : geheel x 100  

    Van Maand naar week en andersom:
    Maandbedrag x 12 : 52 = ... per week
    Weekbedrag x 52 : 12 = .... per maand
    timer
    10:00

    Slide 4 - Tekstslide

    Bespreken opgave 1 tot en met 4

    Slide 5 - Tekstslide

    Rekenen met minimumloon
    Te gebruiken formules:
    1 - Met een percentage een bedrag berekenen
    2 - Procenten berekenen
    3 – Rekenen met uurloon

    Voorbeeld 1:
    Het minimumloon voor een 21 jarige is € 2.069,40 per maand. Een 15 jarige verdiend 30% van het minimumloon. 
    Bereken het minimum maandloon van een 15 jarige.

    Voorbeeld 2:
    Bart wordt volgende maand 16 jaar. Het minimumjeugdloon van een 15 jarige is € 620 en van een 16 jarige € 714. 
    Met hoeveel procent stijgt het salaris van Bart als hij 16 wordt?




    Formule: percentage : 100 x bedrag
    Formule: deel : geheel x 100
    De woorden Van en Dan in de opgave verwijzen naar het getal dat het geheel is. Bijvoorbeeld: Hoeveel procent zijn de belasting en premies van het brutoloon. Hier is Brutoloon dus het geheel en belasting en premies het deel.
    Formule: 
    Weekloon voltijd : aantal uren voltijd x gewerkte uren
    Met een percentage een bedrag berekenen
    1. Benodigde formule is percentage : 100 x bedrag
    2. Percentage is 30%
    3. Bedrag is € 2.069,40
    4. Dus 30 : 100 x € 2.069,40 = € 620,82
    Percentage berekenen
    1. Bereken eerst in € het verschil in salaris 
    2. 714 - 620 = € 94
    3. Benodigde formule is deel : geheel x 100
    4. Bepaal deel en geheel - Je wilt weten hoeveel hij meer verdiend als 16 jarige dan als 15 jarige. Dus bedrag 15 jaar is geheel. 
    5. Meer verdienen is € 94 (zie stap 2)
    6. deel : geheel x 100 = 94 : 620 x 100 = 15,2% meer.

    Slide 6 - Tekstslide



  • Maak opgave 5 en 6 
  • op bladzijde 152
  • Je hebt 10 minuten
  • Daarna bespreken we de opgaven


    Met een percentage een bedrag berekenen    
    percentage : 100 x bedrag

    Procenten berekenen: 
    deel : geheel x 100  

    Van Maand naar week en andersom:
    Maandbedrag x 12 : 52 = ... per week
    Weekbedrag x 52 : 12 = .... per maand

    Rekenen met uurloon:
    Weekloon voltijd baan  : aantal uren voltijd x gewerkte uren
    timer
    10:00

    Slide 7 - Tekstslide

    Bespreken opgave 5 en 6

    Slide 8 - Tekstslide

    Huiswerk dinsdag 14 mei
    Maken opgave 1 tot en met 12 van pagina 152

    Slide 9 - Tekstslide

    Bespreken opgave 1 tot en met 12

    Slide 10 - Tekstslide

    Rekenen met procenten
    Te gebruiken formules:
    1 - Met een percentage een aantal berekenen
    2 - Procenten berekenen



    Voorbeeld 1:
    In een land werken 6,7 miljoen mensen. Daarvan werkt  85% in loondienst. Bereken hoeveel mensen 
    in dit land in loondienst werken

    Voorbeeld 2:
    De werkzame beroepsbevolking in Nederland bestaat uit 9, 8 miljoen mensen. Daarvan werken er 4,7 miljoen in 
    deeltijd. Hoeveel procent van de werkzame beroepsbevolking werkt in deeltijd? 






    Formule: percentage : 100 x aantal
    Formule: deel : geheel x 100
    De woorden Van en Dan in een opgave verwijzen naar het getal dat het geheel is.
    Deel : Geheel x 100%
    1. Geheel bepalen met van/dan regel
    2. Geheel is dus de werkzame beroepsbevolking = 9,8 miljoen
    3. Deel zijn dan mensen die in deeltijd werken = 4,7 miljoen
    4. Formule is dan mensen die werken in deeltijd : werkzame beroepsbevolking x 100
    5. 4,7 : 9,8 x 100 = 47,95% = 48%

    Percentage : 100 x aantal
    1. Percentage is 85%
    2. Aantal is 6,7 miljoen mensen
    3. Formule invullen = 85 : 100 x 6,7 miljoen = 5.695.000
    4. of 0,85 x 6,7 miljoen = 5.695.000
    5. Let op 0,85 is hetzelfde als 85:100. Probeer maar eens op je rekenmachine.
    6. deel : geheel x 100 = 798 : 2.100 x 100 = 38%

    Slide 11 - Tekstslide



  • Maak opgave 13 en 14 
  • op bladzijde 153
  • Je hebt 10 minuten
  • Daarna bespreken we de opgaven


    Met een percentage een bedrag berekenen    
    percentage : 100 x bedrag

    Procenten berekenen: 
    deel : geheel x 100  

    Totaal bedrag = Aantal x bedrag per stuk

    Als je in dit geval Aantal wilt berekenen kun je de formule omvormen tot:
    Aantal = Totaal bedrag : bedrag per stuk


    timer
    10:00

    Slide 12 - Tekstslide

    Bespreken opgave 13 en 14

    Slide 13 - Tekstslide

    Opgaven maken
    • Maak opgave 15 tot en met 17
    • Je hebt 10 minuten
    • Je mag samenwerken

    • Klaar, maak herhalingsopdrachten
    • Volgende les bespreken we opgave 15 tot en met 17
    timer
    10:00

    Slide 14 - Tekstslide

    Bespreken opgave 15 tot en met 17

    Slide 15 - Tekstslide

    Huiswerk
    (Af)maken opgave 15 tot en met 17

    Slide 16 - Tekstslide