LJ1 5.14 Tekstdoel overtuigen / LJ2 5.13 + 5.14

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: LJ1 5.14  - LJ2 5.13 + 5.14
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: LJ1 5.14  - LJ2 5.13 + 5.14
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening
LJ1: Pak je boek en schrift van Nederlands op tafel. Open je boek op blz 244.

LJ2: Pak je leesboek en ga in stilte lezen

Slide 2 - Tekstslide

2. Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
Aan het eind van deze les:
- Kun je van een tekst aangeven of het tekstdoel overtuigen is.


Leergebiedoverstijgende doelen:
Denkvermogen
- Realiseert een oplossing volgens plan.
- Formuleert criteria voor de oplossing. 

Slide 3 - Tekstslide

3. Arrangementen + Mini-check
Verdiept (een 8 of hoger): Jessica, Gijs, Jochem en Jamie.
Jullie mogen zelfstandig aan het werk. Je maakt opdracht 32 op blz 245

De rest doet mee met de mini-check.

Slide 4 - Tekstslide


Je schrijft een mooi liefdesliedje.
A
overtuigende tekst
B
amuserende tekst
C
aansporende tekst
D
informerende tekst

Slide 5 - Quizvraag


Je schrijft een recensie over die nieuwe voetbalgame.
A
overtuigende tekst
B
amuserende tekst
C
aansporende tekst
D
informerende tekst

Slide 6 - Quizvraag

Je vertelt iets nieuws in een nieuwsbericht.

A
overtuigende tekst
B
amuserende tekst
C
aansporende tekst
D
informerende tekst

Slide 7 - Quizvraag

Je schrijft een advertentie om je oude skateboard te verkopen.
A
overtuigende tekst
B
amuserende tekst
C
aansporende tekst
D
informerende tekst

Slide 8 - Quizvraag

Wie maakt wat?
Had je alle vragen goed? Dan mag je zelfstandig aan de slag: opdracht 32 op blz 245.

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 9 - Tekstslide

Tekstdoel - overtuigen (1)
Je leert een nieuw tekstdoel: overtuigen.
De schrijver laat zien dat zijn mening juist is.

Je hebt tot nu toe vier tekstdoelen geleerd: informeren, amuseren, overhalen en uitleg geven. Nu komt er een vijfde tekstdoel bij. Als de schrijver van een tekst zijn mening geeft en vertelt waarom hij dit vindt, is het tekstdoel overtuigen.




Slide 10 - Tekstslide

Tekstdoel - overtuigen (2)
Een tekst waarin de schrijver zijn mening geeft over bijvoorbeeld een concert, boek of film, wordt een recensie genoemd. 
Recensies staan in kranten en tijdschriften. Op internet worden recensies ook wel reviews genoemd.


Slide 11 - Tekstslide

Tekstdoelen

Slide 12 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
Had je geen of 1 vraag goed bij de mini-check -->
Dan maken we samen het eerste deel van de opdracht. 

Slide 13 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
Je maakt nu zelfstandig opdracht 32 op blz 245



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdracht na.
Daarna ga je in stilte lezen. 
timer
1:00

Slide 14 - Tekstslide

1. Lesopening

LJ2: Pak je boek van Nederlands en open deze op blz 240.

Slide 15 - Tekstslide

2. Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
Aan het eind van deze les:
- kun je een uitnodiging schrijven


Leergebiedoverstijgende doelen:
Denkvermogen
- Realiseert een oplossing volgens plan.
- Formuleert criteria voor de oplossing. 

Slide 16 - Tekstslide

3. Arrangementen + Mini-check
Verdiept (een 8 of hoger): Niemand


Iedereen doet mee met de mini-check.

Slide 17 - Tekstslide

Welke laat een goede opsomming zien?
A
Ik houd van sushi en Mexicaans eten en pizza.
B
Ik houd van sushi + Mexicaans eten + pizza.
C
- Sushi - Mexicaans eten - Pizza
D
Ik houd van sushi, Mexicaans eten en pizza.

Slide 18 - Quizvraag

Wanneer schrijf je bij een opsomming een dubbele punt (:)?
A
Bij één woord
B
Bij één of meerdere samenvattende woorden
C
Bij één of meer woorden
D
Bij meer dan vijf woorden

Slide 19 - Quizvraag

Wie maakt wat?
Had je alle vragen goed? Dan mag je zelfstandig aan de slag: opdracht 1 op blz 240.

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 20 - Tekstslide

4. Instructie

Slide 21 - Tekstslide

Opsomming
Afspraken en regels bij schrijven van een opsomming: 

Tussen delen van een opsomming zet je komma's. Ook gebruik je één of meer signaalwoorden voor een opsomming.

 
en
ook
ten eerste, 
ten tweede
bovendien
tot slot
Voorbeeld: 

Ik houd van sushi, Mexicaans eten en pizza. 

Slide 22 - Tekstslide

Opsomming
Afspraken en regels bij schrijven van een opsomming: 

Als er voor een opsomming één of meer samenvattende woorden staan, zet je achter die woorden een dubbele punt -> : 

 
en
ook
ten eerste, 
ten tweede
bovendien
tot slot
Voorbeeld: 

Volgende week hebben we echt veel toetsen: Nederlands, Engels, Duits en ook wiskunde.

Slide 23 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
Had je geen of 1 vraag goed bij de mini-check -->
Dan maken we samen het eerste deel van de opdracht. 

Slide 24 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
LJ1 - Je maakt nu zelfstandig opdracht 32 op blz 245
LJ2 - Je maakt nu zelfstandig opdracht 1 op blz 240.



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na
Daarna ga je in stilte lezen. 
timer
1:00

Slide 25 - Tekstslide

7. Evaluatie LJ1
Hoe ging de les?
Zijn er nog dingen die je lastig vindt?

- Kun je van een tekst aangeven of het tekstdoel overtuigen is.

                       

Slide 26 - Tekstslide

7. Evaluatie LJ2
Hoe ging de les?
Zijn er nog dingen die je lastig vindt?

 
- kun je een uitnodiging schrijven?

Slide 27 - Tekstslide

Huiswerk & Toetsen
Huiswerk LJ1: 
Dinsdag 23 mei
5.14 opdracht 32

Huiswerk LJ2: 
Dinsdag 23 mei
5.13 + 5.14 opdracht 1
Toetsen LJ1: 
Geen



Toetsen LJ2: 
Geen

Slide 28 - Tekstslide