4.3 Bacteriën en schimmels

Thema 4
Neem je boek voor blz 254 en ga alvast naar LessonUp
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Thema 4
Neem je boek voor blz 254 en ga alvast naar LessonUp

Slide 1 - Tekstslide

Basisstof 6 Organismen determineren
Neem voor je boek blz. 284

Opdrachten 3 en 4 (huiswerk)
Eerst gezamenlijk, daarna zelf

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Korte terugblik b2 organismen ordenen
Uitleg b3 bacterien en schimmels
Verwerking b3


Slide 3 - Tekstslide


Welke rijken zijn er?
A
bacteriën, schimmels, mens, dier
B
mens, schimmels, planten, bacteriën
C
planten, bacteriën, schimmels, dier
D
planten, bacteriën, schimmels

Slide 4 - Quizvraag

Hoofdgroepen
We kunnen alle organismen indelen in 2 hoofdgroepen:
* Prokaryoten: Organismen  
   zonder celkern
* Eukaryoten: Organismen 
    met celkern

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Van wie is welke cel?
Dier
Schimmel
Bacterie
Plant

Slide 7 - Sleepvraag


Wat heeft een bacterie niet en de andere rijken wel?
A
celwand
B
celkern
C
celmembraan
D
cytoplasma

Slide 8 - Quizvraag


Welke organismen hebben geen stevige celwand?
A
planten
B
dieren
C
bacterien
D
schimmels

Slide 9 - Quizvraag

Thema 4 Ordening
B1 Ontwikkeling van het leven op aarde
B2 Organismen ordenen
B3 Bacteriën en schimmels
B4 Planten en dieren
B5 Geleedpotigen en gewervelden
B6 Organismen determineren

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt:
  •  de kenmerken van bacteriën noemen.
  • de kenmerken van schimmels noemen.
  • beschrijven hoe bacteriën en schimmels nuttig zijn voor de mens en de natuur. 
  • beschrijven hoe bacteriën en schimmels schadelijk kunnen zijn voor mensen.

Slide 11 - Tekstslide

Micro-organismen
bacteriën                schimmels

Slide 12 - Tekstslide

Bacterie
Bacterien hebben als enige groep geen celkern.  

Bacterien zijn altijd eencellig. Dus ze bestaan altijd uit 1 enkele cel. 

Alleen onder de microscoop te zien.

Slide 13 - Tekstslide

Bacterie met zweepharen

Slide 14 - Tekstslide

Nut van bacterien
Worden gebruikt bij het maken van voedsel (biotechnologie). Denk aan melkzuurbacterien die yoghurt, karnemelk en kaas maken. 

Ook zuurkool wordt zuur door de bacterien die zijn toegevoegd. 

Slide 15 - Tekstslide

Nog meer biotechnologie
Insuline voor diabetes patiënten
Enzymen in wasmiddel
Zoetstof (aspartaam) in frisdranken

Worden allemaal door bacteriën gemaakt!

Slide 16 - Tekstslide

Ook nuttig
Bacteriën in je darmen helpen om je voedsel te verteren.

Ze zitten ook op je huid, beschermen je lichaam tegen slechte bacteriën en virussen

Slide 17 - Tekstslide

Delen
Bacterien planten zich voort door zich te delen. Verdubbeling elk half uur.
Dus van 1 naar 2. 
Van 2 naar 4. 
Van 4 naar 8.
Van 8 naar 16 etc. 

Slide 18 - Tekstslide

Kenmerken
Schimmels

  • eencellig of meercellig
  • eencellig zijn gisten 
  • meercellige bestaan uit lange schimmeldraden 

Slide 19 - Tekstslide

Bouw van schimmels

Schimmels hebben een celwand en  een celkern. Dus géén bladgroenkorrels. 

In schimmels kan dus geen fotosynthese plaatsvinden.

Slide 20 - Tekstslide

Nuttig

  • van de penseelschimmel wordt antibiotica (penicilline) gemaakt
  • sommige paddenstoelen kun je eten

Slide 21 - Tekstslide

Bereiding van voedsel (biotechnologie)
  • gist in brood
  • franse schimmelkaas
  • bier
  • wijn

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Voortplanting meercellige schimmels


  • sporen = cel waar nieuwe schimmel uit komt
  • aan uiteinde schimmeldraad
  • of onder de paddenstoel

Slide 24 - Tekstslide

Voortplanting eencellige schimmels
Gist is een eencellige schimmel. Eencelligen planten zich voort door deling.
Er groeit een knop aan de gistcel en hieruit groeit een nieuwe gistcel. 

Slide 25 - Tekstslide

Paddenstoelen zijn voortplantingsorganen van schimmels

Slide 26 - Tekstslide

Schadelijk
- Bacteriën en schimmels kunnen infecties in het lichaam veroorzaken
- Kunnen eten bederven

Slide 27 - Tekstslide

Nuttig voor de natuur
Bacteriën en schimmels (reducenten) voeden zich met dode resten van organismen


Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video


Wat is een eencellige schimmel?
A
champignon
B
paddenstoel
C
gist
D
zowel a,b als c

Slide 30 - Quizvraag


Hoe planten meercellige schimmels zich voort?
A
sporen
B
deling
C
bestuiving
D
zaden

Slide 31 - Quizvraag


Hoe worden bacteriën en schimmels ook wel genoemd?
A
reducenten
B
producenten
C
consumenten
D
families

Slide 32 - Quizvraag


Waar leven bacteriën en schimmels van?
A
van dode planten
B
van dode dieren
C
van resten van dieren
D
van resten van dode organismen

Slide 33 - Quizvraag

Oefenen (huiswerk)
Maken opdr. 1 t/m 12 van 4.3 Bacteriën en schimmels (laptop)
Opdr. 4 moet in je boek
Gebruik de theorie op blz. 254/258

Eerste 5 minuten stil: iedereen inloggen Bvj en blz. 254 voor
Daarna mag je op fluisterniveau overleggen

Klaar met de huiswerkopdrachten? Werk aan je samenvattingsopdracht


Slide 34 - Tekstslide