Opdracht 2. persoonsvorm, gezegde, onderwerp

Persoonsvorm
De docent geeft een boek aan Henk
1. Maar één werkwoord? = pv
2. Maak de zin vragend, pv staat voorop
3. Van aantal (getal) veranderen, pv verandert mee
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Persoonsvorm
De docent geeft een boek aan Henk
1. Maar één werkwoord? = pv
2. Maak de zin vragend, pv staat voorop
3. Van aantal (getal) veranderen, pv verandert mee

Slide 1 - Tekstslide

Gezegde
De docent geeft een boek aan Henk
De activiteit in de zin
Pv + andere werkwoorden die daarbij horen

Slide 2 - Tekstslide

Onderwerp
De docent geeft een boek aan Henk
Wie voert de activiteit in de zin uit?
Wie of wat + gezegde?
Wie geeft? De docent

Slide 3 - Tekstslide

onderwerp
De docent geeft een boek aan Henk
Wie/wat + gezegde? = onderwerp

Slide 4 - Tekstslide

onderwerp
De docent geeft een boek aan Henk
Wie/wat + gezegde? = onderwerp
Wie geeft? De docent

Slide 5 - Tekstslide

Wat is de persoonsvorm?

Wordt het meisje morgen al elf jaar?
A
Wordt
B
het meisje
C
morgen
D
al elf jaar?

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het gezegde?

Wordt het meisje morgen al elf jaar?
A
Wordt
B
het meisje
C
morgen
D
al elf jaar?

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de persoonsvorm?

Ik rijd elke week naar de supermarkt.
A
ik
B
rijd
C
elke week
D
naar de supermarkt

Slide 8 - Quizvraag

Wat is het gezegde?

Ik rijd elke week naar de supermarkt.
A
ik
B
rijd
C
elke week
D
naar de supermarkt

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de persoonsvorm?
Vanuit de boomhut zag de jongen zijn vriend aankomen.
A
vanuit de boomhut
B
zag
C
de jongen
D
zag, aankomen

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het gezegde?
Vanuit de boomhut zag de jongen zijn vriend aankomen.
A
vanuit de boomhut
B
zag
C
de jongen
D
zag, aankomen

Slide 11 - Quizvraag

Wat is het gezegde?:
Ik maak de LessonUp tijdens de kerstvakantie.
A
Ik
B
maak
C
de LessonUp
D
de kerstvakantie

Slide 12 - Quizvraag

Onderwerp
De docent geeft een boek aan Henk
Wie voert de activiteit in de zin uit?
Wie of wat + gezegde?
Wie geeft? De docent

Slide 13 - Tekstslide

Wat is het onderwerp?:
Ik maak de LessonUp tijdens de kerstvakantie.
A
Ik
B
maak
C
de LessonUp
D
de kerstvakantie

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het onderwerp?:
Vanuit de boomhut zag de jongen zijn vriend aankomen.
A
Vanuit de boomhut
B
de jongen
C
zijn vriend
D
zag

Slide 15 - Quizvraag

Wat is het onderwerp?:
Wordt dat meisje morgen al elf jaar?

A
Wordt
B
dat meisje
C
morgen
D
al elf jaar?

Slide 16 - Quizvraag