Pubquiz Sinterklaas

• Maatschappijleer
• Praktijkonderwijs
• Basisschool
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerjaar 2

LOB

Vandaag: Presentatie Resultaten Interviews

P    U    B    Q     U    I    Z

SINTERKLAAS

. Bij deze quiz ga je samenwerken in een groepje.

2 leerlingen! 

. Zorg ervoor dat je zachtjes overlegd, zodat de 

  andere groepjes jullie niet horen.

Welkom

Ronde

1

Ronde 1

Weet jij het .....?

Spelregels

1. De vragen maak je samen met je groepje.

2. Zorg ervoor dat een ander groepje niet hoort wat jullie 

    zeggen.

3. Elk groepje mag 1 laptop en 1 telefoon gebruiken om 

    antwoorden te zoeken.

4. Let op de klok.

5. Schrijf het antwoord netjes op het antwoordformulier.

1. Wat betekent de uitdrukking

"Ik ben Sinterklaas niet?"

2. Welke zin wordt het meest gebruikt in een Sinterklaasgedicht?

3. Hoe heet de witte jurk van Sinterklaas?

4. Welke taal spreekt Sinterklaas oorspronkelijk?

5. Waar doet een Zwarte Piet bepaalde 

mensen aan denken?

Ronde

2

Ronde 2

Wat is de titel van het liedje .....?

Spelregels

1. Luister goed naar het geluidsfragment.

2. Overleg in je groepje zacht of jullie de titel van het liedje 

    weten?

3. Zorg ervoor dat een ander groepje niet hoort wat jullie 

    zeggen.

4. Elk geluidsfragment duurt ongeveer 30 seconden.

5. Schrijf de titel netjes op het antwoordformulier.

1. Welk sinterklaasliedje is fragment 1?

fragment 1

2. Welk sinterklaasliedje is fragment 2?

fragment 2

3. Welk sinterklaasliedje is fragment 3?

fragment 3

4. Welk sinterklaasliedje is fragment 4?

fragment 4

5. Welk sinterklaasliedje is fragment 5?

fragment 5

6. Welk sinterklaasliedje is fragment 6?

fragment 6

Ronde

3

Ronde 3

Weet jij de feiten?

Spelregels

1. De vragen maak je samen met je groepje.

2. Zorg ervoor dat een ander groepje niet hoort wat jullie 

    zeggen.

3. Elk groepje mag 1 laptop en 1 telefoon gebruiken om 

    antwoorden te zoeken.

4. Let op de klok.

5. Schrijf de letter van het juiste antwoord netjes op 

    het antwoordformulier.

1. In welk jaar kwam de eerste stoomboot?

A

In het jaar 895

B

In het jaar 1126

C

In het jaar 1783

D

In het jaar 1956

2. Hoeveel chocoladeletters worden er ongeveer

per jaar verkocht?

A

14.000

B

140.000

C

1.400.000

D

14.000.000

3. In welk jaar is Sinterklaas geboren?

A

In het jaar 245

B

In het jaar 280

C

In het jaar 390

D

In het jaar 575

4. In welk jaar was de eerste intocht in Nederland?

A

In het jaar 1795

B

In het jaar 1850

C

In het jaar 1888

D

In het jaar 1932

5. Hoeveel kruidnootjes eet een Nederlander 

per jaar?

A

400 gram

B

500 gram

C

600 gram

D

700 gram

Ronde

4

Ronde 4

Ik zie wat jij niet ziet .....

Spelregels

1. Kijk goed naar de foto.

2. Overleg wat zachtjes, zodat een ander groepje niet hoort wat jullie zeggen.

3. Je mag bij deze ronde geen laptop en telefoon gebruiken.

4. Let op de klok.

5. Schrijf het antwoord netjes op het antwoordformulier.

1. Wat is dit?

7. Wat is dit?

Ronde

5

Ronde 5

Zoveel mogelijk .....!

Spelregels

1. Deze opdracht doe je samen met je groepje.

2. Zorg ervoor dat een ander groepje niet hoort wat jullie 

    zeggen.

3. Elk groepje mag 1 laptop en 1 telefoon gebruiken om 

    antwoorden te zoeken.

4. Let op de klok.

5. Schrijf zoveel mogelijk op. 

1. Schrijf zoveel mogelijk verschillende  dingen op die we tijdens het Sinterklaasfeest eten/drinken.

2. Schrijf zoveel mogelijk verschillende dingen op die je nodig hebt om een Roetveeg Piet te maken.

Ronde

6

Ronde 6

Schrijf het snel 

op .....!

Spelregels

1. Deze opdracht doe je samen met je groepje.

2. Zorg ervoor dat een ander groepje niet hoort wat jullie 

    zeggen.

3. Je mag bij deze ronde geen laptop en telefoon gebruiken.

4. Let op de klok.

5. Schrijf snel en netjes op. 

1. Hoe noem je de "hoed" van Sinterklaas?

2. Welke chocoladeletter wordt 

het meest verkocht?

3. Welke ingrediënt zit NIET in pepernoten?

4. Hoe heet de stoomboot van Sinterklaas?

5. Hoe heet het paard van Sinterklaas sinds 2019?

6. Op welke datum wordt pakjesavond gevierd?

7. Schrijf de tekst op van het liedje 

"Sinterklaas Kapoentje".

EINDE

Sinterklaas, wie ken hem niet ...

De docent kijkt alles na en telt de punten bij elkaar op.

Welk groepje heeft gewonnen?