4.5 onderzoek naar evolutie

LEERDOELEN
4.5 onderzoek naar evolutie

* je kent enkele onderzoeksmethoden naar verwantschap

* je kunt verschillen en overeenkomsten herkennen tussen organen en orgaanstelsels van de mens en van verschillende diersoorten

* je kunt een stamboom aflezen en construeren (wat is dat?)

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

LEERDOELEN
4.5 onderzoek naar evolutie

* je kent enkele onderzoeksmethoden naar verwantschap

* je kunt verschillen en overeenkomsten herkennen tussen organen en orgaanstelsels van de mens en van verschillende diersoorten

* je kunt een stamboom aflezen en construeren (wat is dat?)

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Leg uit of Pokémons
wel of niet evolueren.

Slide 3 - Open vraag

wat is er nodig voor evolutie
* genetische variatie door mutaties en recombinatie
oftewel: veel nakomelingen die allemaal net een beetje anders zijn

* natuurlijke selectie / survival of the fittest
oftewel: van die nakomelingen zullen sommigen beter in de omgeving kunnen overleven en voortplanten, anderen gaan dood en geven hun genen niet door 

* verandering of soortvorming kost veel generaties tijd
oftewel: een SOORT kan evolueren (en misschien wel twee soorten worden), een individu niet



                   

Slide 4 - Tekstslide

onderzoek naar evolutie
Verwantschap kan op verschillende manieren aangetoond worden:

  • Door onderzoek naar overeenkomsten in anatomie (bouw, bijv. homologe organen)
  • Door onderzoek naar rudimentaire organen 
  • Door onderzoek naar overeenkomsten in biochemie (bepaalde stoffen in bijvoorbeeld bloed)/ DNA/eiwitten

Slide 5 - Tekstslide

Dit zijn analoge organen. Organen die niet zijn ontstaan uit dezelfde grondvorm, maar door aanpassingen aan het milieu wel een vergelijkbare functie hebben.
convergente evolutie

Slide 6 - Tekstslide

homologe organen
divergente evolutie

Slide 7 - Tekstslide

rudimentaire organen

Slide 8 - Tekstslide

Zijn de voorpoot van een krokodil en de voorpoot van een mol homologe of analoge organen? Leg uit

Slide 9 - Open vraag

Zijn de vleugel van een vleermuis en de vleugel van een vlieg homologe of analoge organen? Leg uit

Slide 10 - Open vraag

Leg uit hoe het vergelijken van anatomie
een bewijs kan zijn voor... 1) het bestaan van verwantschap, 2) evolutie.

Slide 11 - Open vraag

letters = gemeenschappelijke voorouder
blokje = ontwikkelde eigenschap die  * andere tak niet heeft
                                                                        * alle organismen in takken erboven wel

Slide 12 - Tekstslide

* er vinden in alle takken mutaties en selectie plaats
- de organismen evolueren (veranderen n.a.v. omgeving)
* dus hoe verder de takken uit elkaar liggen:
- hoe MEER verschil in DNA
- hoe MINDER verwant

Slide 13 - Tekstslide

stamboom aflezen

Slide 14 - Tekstslide

Stamboom aflezen

Slide 15 - Tekstslide

Stamboom aflezen
langer geleden

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Zijn gibbons en orang-oetans meer of minder verwant aan elkaar dan gibbons en chimpansees? Leg uit.

Slide 18 - Open vraag

Fossielen(1)
zijn versteende overblijfselen van organismen of afdrukken van organismen in gesteenten.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

LEERDOELEN
4.5 onderzoek naar evolutie

* je kent enkele onderzoeksmethoden naar verwantschap

* je kunt verschillen en overeenkomsten herkennen tussen organen en orgaanstelsels van de mens en van verschillende diersoorten

* je kunt een stamboom aflezen en construeren

Slide 21 - Tekstslide

Samen inoefenen/huiswerk
We maken samen opdracht 67 en

Zelfstandig werken: opdracht 67 t.m 82 maken we maandag in de les
Dit is ook het huiswerk

Klaar kijk na met een nakijkboekje
Pak je leesboek of ga rustig iets voor jezelf doen

Slide 22 - Tekstslide