Economisch Burgerschap: Werk en Arbeidsovereenkomst

Economisch Burgerschap: Werk en Arbeidsovereenkomst
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Economisch Burgerschap: Werk en Arbeidsovereenkomst

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les ben je in staat om uit te leggen wat een arbeidsovereenkomst en CAO is en hoe je jouw loonstrook kan lezen.

Slide 2 - Tekstslide

Vertel de leerlingen wat ze kunnen verwachten van de les en wat ze aan het eind moeten weten.
Wat weet je al over een arbeidsovereenkomst en CAO?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een arbeidsovereenkomst?
Een arbeidsovereenkomst is een contract tussen een werkgever en werknemer waarin afspraken staan over het werk dat de werknemer gaat doen en de beloning daarvoor.

Slide 4 - Tekstslide

Leg kort en bondig uit wat een arbeidsovereenkomst is en vraag of er vragen zijn.
Wat staat er in een arbeidsovereenkomst?
In een arbeidsovereenkomst staan afspraken over het werk dat de werknemer gaat doen, de duur van het contract, het salaris, de werktijden en vakantiedagen.

Slide 5 - Tekstslide

Laat een voorbeeld zien van een arbeidsovereenkomst en bespreek de belangrijkste onderdelen.
Wat is een CAO?
Een CAO (Collectieve Arbeidsovereenkomst) is een afspraak tussen werkgevers en werknemers over arbeidsvoorwaarden zoals salaris, werktijden en vakantiedagen.

Slide 6 - Tekstslide

Leg uit wat een CAO is en wat het verschil is tussen een arbeidsovereenkomst en CAO.
Hoe vind je jouw CAO?
Je kan jouw CAO vinden op de website van de vakbond of werkgeversorganisatie.

Slide 7 - Tekstslide

Laat zien waar de leerlingen hun CAO kunnen vinden en geef instructies.
Hoe lees je een loonstrook?
Een loonstrook laat zien hoeveel geld je hebt verdiend en hoeveel belasting en premies er zijn ingehouden. Het is belangrijk om te weten hoe je jouw loonstrook moet lezen zodat je kan controleren of alles klopt.

Slide 8 - Tekstslide

Leg uit waarom het belangrijk is om jouw loonstrook te lezen en hoe je kan controleren of alles klopt.
Wat staat er op een loonstrook?
Op een loonstrook staat informatie over het brutoloon, de heffingen zoals belasting en premies, het nettoloon en andere vergoedingen.

Slide 9 - Tekstslide

Laat een voorbeeld zien van een loonstrook en bespreek de belangrijkste onderdelen.
Hoe bereken je jouw nettoloon?
Je kan jouw nettoloon berekenen door het brutoloon te verminderen met de belasting en premies die zijn ingehouden.

Slide 10 - Tekstslide

Geef een formule en laat zien hoe je het nettoloon kan berekenen.
Hoeveel belasting betaal je?
De hoogte van de belasting die je betaalt hangt af van het bedrag dat je verdient en van de belastingschijf waarin je valt.

Slide 11 - Tekstslide

Leg uit hoe belastingschijven werken en hoeveel belasting leerlingen kunnen verwachten te betalen.
Wat zijn toeslagen?
Toeslagen zijn vergoedingen van de overheid voor kosten zoals huur en zorg. Je kan recht hebben op toeslagen als je niet genoeg verdient.

Slide 12 - Tekstslide

Leg uit wat toeslagen zijn en waar leerlingen recht op kunnen hebben.
Oefening: Loonstrook lezen
Laat de leerlingen in groepjes hun eigen loonstrook lezen en controleren of alles klopt. Bespreek daarna klassikaal wat ze hebben geleerd.

Slide 13 - Tekstslide

Geef instructies voor de oefening en zorg voor materiaal en eventueel hulp voor de leerlingen.
Samenvatting
Een arbeidsovereenkomst is een contract tussen werkgever en werknemer over het werk en de beloning. Een CAO is een afspraak tussen werkgevers en werknemers over arbeidsvoorwaarden. Een loonstrook laat zien hoeveel geld je hebt verdiend en hoeveel belasting en premies er zijn ingehouden. Het is belangrijk om jouw loonstrook te lezen en te controleren of alles klopt.

Slide 14 - Tekstslide

Herhaal kort wat er is geleerd en vraag of er nog vragen zijn.
Bronnen
Vermeld de bronnen die zijn gebruikt voor de les.

Slide 15 - Tekstslide

Zorg dat de bronnen duidelijk zijn voor de leerlingen en eventueel kunnen worden gebruikt voor verdere studie.