Quiz Nederlandse Cultuur NT2
1 / 35
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat betekent Holland?
A
land van hout
B
land onder de zee
C
land zonder bergen
Slide 2 - Quizvraag
Welk tropisch eiland hoort bij Nederland?
A
Flores
B
Saba
C
Antigua
Slide 3 - Quizvraag
Wat is de hoofdstad van Noord-Holland?
A
Alkmaar
B
Amsterdam
C
Haarlem
Slide 4 - Quizvraag
Welke van deze actrices spreekt een beetje Nederlands?
A
Angeline Jolie
B
Charlize Theron
C
Gal Gadot
Slide 5 - Quizvraag
Wat is de origine van de omgekeerde vlag?
A
protest tegen de koning
B
schepen in nood
C
Franse revolutie
Slide 6 - Quizvraag
Nederlanders zijn het langst sinds...........
A
1950
B
1750
C
1450
Slide 7 - Quizvraag
Wat is de maximumsnelheid die je overdag mag rijden op Nederlandse snelwegen?
A
110km/h
B
120km/h
C
100 km/h
D
125km/h
Slide 8 - Quizvraag
Welke Nederlandse schilder maakte De Nachtwacht?
A
Vincent Van Gogh
B
Rembrandt van Rijn
C
Johannes Vermeer
Slide 9 - Quizvraag
In welke eeuw was de gouden eeuw in Nederland?
A
De 16e eeuw
B
De 17e eeuw
C
De 15e eeuw
D
De 18e eeuw
Slide 10 - Quizvraag
Wat is de grootste haven van Nederland?
A
de haven van Amsterdam
B
de haven van Rotterdam
C
de haven van Texel
D
de haven van IJmuiden
Slide 11 - Quizvraag
De uitvinder van Bluetooth is een Nederlander.
A
waar
B
niet waar
Slide 12 - Quizvraag
In welk jaar werd de slavernij afgeschaft in Nederland?
A
1789
B
1806
C
1848
D
1863
Slide 13 - Quizvraag
Hoeveel provincies heeft Nederland?
A
10
B
11
C
12
D
13
Slide 14 - Quizvraag
In welk Nederlands attractiepark vind je het Sprookjesbos?
A
De Efteling
B
Attractiepark de Waarbeek
C
Attractiepark Slagharen
D
Familiepark Nienoord
Slide 15 - Quizvraag
Wie wordt bedoeld met de Vader des Vaderlands?
A
Willem Alexander
B
Willem van Oranje
C
Willem van Hanegem
Slide 16 - Quizvraag
De oudste universiteit van Nederland is in..........
A
Amsterdam
B
Utrecht
C
Groningen
D
Leiden
Slide 17 - Quizvraag
Hoeveel fietsen zijn er in Nederland?
A
11 miljoen
B
21 miljoen
C
31 miljoen
D
15 miljoen
Slide 18 - Quizvraag
Welke Nederlandse stad heeft GEEN luchthaven?
A
Amsterdam
B
Rotterdam
C
Utrecht
D
Eindhoven
Slide 19 - Quizvraag
Hoeveel van Nederland ligt onder zeeniveau?
A
10%
B
20%
C
30%
D
40%
Slide 20 - Quizvraag
Nederland heeft een groter aantal inwoners dan:
A
Portugal
B
Duitsland
C
Roemenië
Slide 21 - Quizvraag
Hoe heet dit typisch Nederlandse eten?
A
koffiekoeken
B
stroopwaffels
C
hagelslag
Slide 22 - Quizvraag
Hoe heet dit typisch Nederlandse eten?
A
vleesballen
B
gehaktballen
C
bitterballen
Slide 23 - Quizvraag
Hoe heet dit typisch Nederlandse eten?
A
beschuit met muisjes
B
beschuit met hagelslag
C
beschuit met dropjes
Slide 24 - Quizvraag
Hoeveel grachten zijn er in Amsterdam?
A
75
B
215
C
105
D
165
Slide 25 - Quizvraag
Hoeveel mensen wonen er ongeveer in Nederland?
A
15 miljoen
B
17 miljoen
C
12 miljoen
D
20 miljoen
Slide 26 - Quizvraag
Wie feliciteren we op een verjaardagsfeest in Nederland?
A
iedereen
B
de ouders van de jarige
C
de partner van de jarige
D
we feliciteren allen de jarige
Slide 27 - Quizvraag
Wat eten Nederlanders met Oud & Nieuw?
A
erwtensoep
B
bitterballen
C
oliebollen
D
haring
Slide 28 - Quizvraag
Wat is de kleur van Nederland?
A
rood
B
blauw
C
geel
D
oranje
Slide 29 - Quizvraag
Waar komt de koningin vandaan?
A
Nederland
B
Brazilië
C
Argentinië
D
Monaco
Slide 30 - Quizvraag
Wanneer is de koningsdag in Nederland?
A
op 30 April
B
op 4 Mei
C
op 5 Mei
D
op 27 April
Slide 31 - Quizvraag
Wat is het beroemdste schilderij van Nederland?
A
de zonnebloemen van Vincent Van Gogh
B
de nachtwacht van Rembrandt
C
het melkmeisje van Vermeer
D
New York City van Piet Mondriaan
Slide 32 - Quizvraag
Hoe begroeten Nederlanders elkaar meestal ,wanneer ze elkaar kennen
A
met 3 zoenen
B
met 2 zoenen
C
door elkaar de rechterhand te geven
D
met een omarming
Slide 33 - Quizvraag
Wat zijn de buurlanden van Nederland?
A
België en Frankrijk
B
België en Duitsland
C
Luxemburg en Duitsland
D
België en Denemarken
Slide 34 - Quizvraag
Mensen in Nederland zeggen altijd
'' u '',totdat ze elkaar goed kennen.
'' u '',totdat ze elkaar goed kennen.
A
waar
B
niet waar
