Op de markt

Op de markt
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Hoger onderwijs

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Op de markt

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Boek 4.9, 4.10, 4.11, 4.12, 4.13
  • Perfectum (voltooide tijd)
  • Placemats (werkvorm)
  • Pauze om 20:15 uur
  • Lesson up (op de markt)
  • Kahoot

Slide 2 - Tekstslide

TaalCompleet
pagina 133

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Tekstslide

Placemats
De klas wordt verdeeld in 4 teams

Slide 6 - Tekstslide

PAUZE

Slide 7 - Tekstslide

 de markt

Slide 8 - Tekstslide

de markt

Slide 9 - Woordweb

Welke vragen heb je gehoord?
KIJK NAAR DE VIDEO EN SCHRIJF DE VRAGEN IN JOUW SCHRIFT

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

het groentekraam

Slide 12 - Woordweb

de komkommer
de kool
het witloof
de spruiten

Slide 13 - Sleepvraag

de prei
de boontjes
de erwten
de pompoen

Slide 14 - Sleepvraag

het fruitkraam

Slide 15 - Woordweb

de aardbei
de kersen
de banaan
de sinaasapppel

Slide 16 - Sleepvraag

de meloen
de appel
de pruim
de peer

Slide 17 - Sleepvraag

het viskraam

Slide 18 - Woordweb

de mosselen
de garnalen
de kabeljauw
de zalm

Slide 19 - Sleepvraag

de tonijn
de sardines
de forel
de inktvis

Slide 20 - Sleepvraag

het vleeskraam

Slide 21 - Woordweb

de ham
de kip
de spek
het kalkoen

Slide 22 - Sleepvraag

het gehakt
de lamskotelet
de worsten
het varkensgebraad

Slide 23 - Sleepvraag

de koe
het schaap/het lam
het kalf
de geit

Slide 24 - Sleepvraag

het broodkraam

Slide 25 - Woordweb

de pistolets
het brood
het rozijnenbrood
de croissant

Slide 26 - Sleepvraag

het gebakje
de koffiekoek
het stokbrood
de taart

Slide 27 - Sleepvraag

het snoepkraam

Slide 28 - Woordweb

de muntjes
de kauwgom
de snoepjes
de pralines

Slide 29 - Sleepvraag

het zuivelkraam

Slide 30 - Woordweb

de kaas
de room
de boter
de eieren

Slide 31 - Sleepvraag

de melk
de yoghurt
de margarine
de geitenkaas

Slide 32 - Sleepvraag

Wat is dat?
A
de taart
B
het gebakje
C
de koffiekoek

Slide 33 - Quizvraag

Wat is dat?
A
de worsten
B
het gehakt
C
het spek
D
de ham

Slide 34 - Quizvraag

Wat is dat?
A
het gehakt
B
de mosselen
C
de garnalen

Slide 35 - Quizvraag

Wat is dat?
A
de rode bes
B
de pruim
C
de framboos
D
de aardbei

Slide 36 - Quizvraag

Wat is dat?
A
de kool
B
de bloemkool
C
de spruiten
D
de erwten

Slide 37 - Quizvraag

Slide 38 - Video

Wat doe jij graag?
Ik ga graag naar een restaurant.

Slide 39 - Tekstslide

Wat doe jij graag?
(hobby)

Slide 40 - Woordweb

Wat kan jij goed?
Ik kan goed koken.

Slide 41 - Tekstslide

Wat kan jij goed?
(talent)

Slide 42 - Woordweb

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Link

Slide 45 - Tekstslide