H12 Lijnen en figuren les 1

Horizontaal
Verticaal
1 / 48
volgende
Slide 1: Sleepvraag
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Horizontaal
Verticaal

Slide 1 - Sleepvraag

Lijnen en figuren



Rekenen Deviant.
1F deel B
Hoofdstuk 12

Slide 2 - Tekstslide

Horizontaal en verticaal
Wat is horizontaal?
Wat is verticaal?

Slide 3 - Tekstslide

Horizontaal
Verticaal

Slide 4 - Tekstslide

Deze lijn is:
A
Horizontaal
B
Verticaal

Slide 5 - Quizvraag

Deze lijn is:
A
Horizontaal
B
Verticaal

Slide 6 - Quizvraag

Instructie:
Platte figuren hebben geen diepte. Deze figuren hebben twee dimensies: een lengte en een breedte.
Daarom noem je ze Tweedimensionale figuren.

Slide 7 - Tekstslide

Figuren
2D figuren                                                         3D figuren

Slide 8 - Tekstslide

2D figuren
Welke 2D figuren kennen we? 
Vierkant
Rechthoek
Driehoek
Cirkel

Slide 9 - Tekstslide

Bekijk het figuur
De figuur heeft een lengte
en een breedte. 
Het is een tweedimensionele figuur.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Dit 2D figuur is een
A
Vierkant
B
Driehoek
C
Cirkel
D
Vlieger/ruit

Slide 12 - Quizvraag

Dit 2D figuur is een
A
Vierkant
B
Driehoek
C
Cirkel
D
Vlieger/ruit

Slide 13 - Quizvraag

Dit 2D figuur is een
A
Vierkant
B
Driehoek
C
Cirkel
D
Vlieger/ruit

Slide 14 - Quizvraag

Dit 2D figuur is een
A
Vierkant
B
Driehoek
C
Cirkel
D
rechthoek

Slide 15 - Quizvraag

Dit 2D figuur is een
A
Vierkant
B
Driehoek
C
Cirkel
D
Vlieger/ruit

Slide 16 - Quizvraag

Welk 2D-figuur zit in de ingang verstopt?
A
vierkant
B
driehoek
C
cirkel
D
rechthoek

Slide 17 - Quizvraag

Welk 2D-figuur zit verstopt in de deksel van de prullenbak?
A
rechthoek
B
vierkant
C
cirkel
D
driehoek

Slide 18 - Quizvraag

Welke 2D-figuren zitten verstopt in de deuren van de koelkast?
A
rechthoek & vierkant
B
rechthoek & driehoek
C
vierkant & driehoek
D
driehoek & cirkel

Slide 19 - Quizvraag

Zelfstandig werken 
Startrekenen boek deel B;
Bladzijden :15 t/m 20--> opdracht 1 t/m 10

Slide 20 - Tekstslide

3D figuren
Welke 3D figuren zijn er:
  • Kubus
  • Balk
  • Piramide
  • Bol
  • Cilinder

Slide 21 - Tekstslide

Ruimtelijke 3D figuren

Slide 22 - Tekstslide

Je moet de kenmerken van een 3D figuur weten!

Slide 23 - Tekstslide

Dit figuur heet een kubus. 
Een kubus is een vierkant blok dat bestaat uit 6 losse vierkanten.
Een kubus is 3D. Je kunt er omheen lopen en alle kanten zien er hetzelfde uit. 

Slide 24 - Tekstslide

de kubus

Slide 25 - Tekstslide

Dit figuur heet een bol. 

Een bol heeft dezelfde ronde vorm als een cirkel. 
Het verschil is dat een bol 3D is. 
Je kunt eromheen lopen en alle kanten zien er hetzelfde uit.

Slide 26 - Tekstslide

de bol 

Slide 27 - Tekstslide

balk
rechthoek

Slide 28 - Tekstslide

de balk

Slide 29 - Tekstslide

Prisma
Bijna alle vlakken zijn rechthoekig.
- Twee vlakken niet.
- Eén daarvan is het grondvlak.

Slide 30 - Tekstslide

Cilinder met uitslag

Slide 31 - Tekstslide

de cilinder

Slide 32 - Tekstslide

Piramide
Een piramide heeft een grondvlak met een top daarboven. Van elke zijde van het grondvlak  loopt er een grensvlak naar de top. Deze hebben altijd de vorm van een driehoek.

Slide 33 - Tekstslide

Kegel
Een kegel heeft een cirkel als grondvlak met een top daarboven. Daartussen zit een gebogen grensvlak. 

Slide 34 - Tekstslide

Vertellen wat je ziet. (3D)
Een Kubus, een balk en een bol
zijn 3D-figuren. 


Slide 35 - Tekstslide

3D-figuren
herkennen

1. Schrijf op welke 2D- en 
3D- figuren jij nu kent.
(1 minuut)
2. Welke 2D- en 3D-figuren zie je in het klaslokaal?
3. Wissel je antwoorden uit met een klasgenoot. (1 minuut)


2. Overleg met z'n 2-en en
kijk of je tot 4 figuren kan komen. 

Slide 36 - Tekstslide

Kubus
Balk
Piramide
Bol
Cilinder

Slide 37 - Sleepvraag

Slide 38 - Tekstslide

Welk tweedimensionaal figuur zag je op de vorige afbeelding?
A
vierkant
B
driehoek
C
rechthoek
D
cirkel

Slide 39 - Quizvraag

Slide 40 - Tekstslide

Welk tweedimensionaal figuur had het witte huis?
A
vierkant
B
rechthoek
C
driehoek
D
cirkel

Slide 41 - Quizvraag

Slide 42 - Tekstslide

Welk tweedimensionaal figuur had de piramide?
A
vierkant
B
rechthoek
C
driehoek
D
cirkel

Slide 43 - Quizvraag

Slide 44 - Tekstslide

Welk tweedimensionaal figuur had het zwembad?
A
vierkant
B
rechthoek
C
driehoek
D
cirkel

Slide 45 - Quizvraag

Zelfstandig werken 
Startrekenen boek deel B;
Bladzijden :21 en 22--> opdracht 11 en 12

Slide 46 - Tekstslide

Studiemeter
Werk zelf nog 40 minuten aan studiemeter.
www.studiemeter.nl

timer
40:00

Slide 47 - Tekstslide

aan de slag met 3D-figuren
- maak met behulp van de werkbladen zelf de 3D-figuren
 kubus en driehoek
- 'personaliseer' je kubus en driehoek door deze mooi te kleuren/te versieren vóórdat je hem gaat knippen en vouwen!

Slide 48 - Tekstslide