H6.3 Belasting over je spaargeld? (deel 3)

6.3 Belasting over je spaargeld? (deel 3)
1
2
3
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

6.3 Belasting over je spaargeld? (deel 3)
1
2
3

Slide 1 - Tekstslide

Totale vermogen
Heffingsvrij vermogen -
Belastbaar vermogen box 3
  • Fictief rendement berekenen
  • Te betalen belasting box 3 berekenen


6.3 Belasting over je spaargeld? (deel 2)
Ik At Bob's Hond
Box 3
  • Bijvoorbeeld:
  • Het belastbaar vermogen box 3 van Mark is  € 8.000. Het fictief rendement is 4%, het belastingtarief box 3 is 30%. Bereken de te betalen belasting door Mark over zijn inkomen in box 3.
Vraag 27
(blz 181)

Slide 2 - Tekstslide

6.3 Belasting over je spaargeld? (deel 2)
Box 1
Ik At Bob's Hond
Inkomen uit werk
Inkomen uit woning  +
Aftrekposten                 -
Belastbaar inkomen box 1
-> Te betalen Box 1 berekenen mbv schijventarief
Box 3
Totale vermogen
Heffingsvrij vermogen -
Belastbaar vermogen box 3
-> Bereken fictief rendement
-> Bereken te betalen Box 3 (over fictief rendement)
  • Te betalen belasting box 1
  • Te betalen belasting box 3

Slide 3 - Tekstslide

.                                                                     
6.3 Belasting over je spaargeld? (deel 2)
Ik At Bob's Hond
Te betalen belasting box 1
Te betalen belasting box 3
Te betalen belasting voor heffingskorting
Verschuldigde inkomstenbelasting
  • Heffingskorting
  • Korting op de verschuldigde inkomstenbelasting.
  • Bijv. algemene heffingskorting, arbeidskorting

Vraag 28
(blz 182)
Vraag 30
(blz 182)
Vraag 17
(blz 195)
.                                                                     
Heffingskortingen

Slide 4 - Tekstslide

6.3 Belasting over je spaargeld? (deel 3)
1
2
3
Deze les leer je:
  • hoe je berekend wat je nog moet betalen aan inkomstenbelasting
  • dus... de berekening is na deze les compleet!

Slide 5 - Tekstslide

6.3 Belasting over je spaargeld? (deel 2)
Box 1
Ik At Bob's Hond
Inkomen uit werk
Inkomen uit woning  +
Aftrekposten                 -
Belastbaar inkomen box 1
-> Te betalen Box 1 berekenen mbv schijventarief
Box 3
Totale vermogen
Heffingsvrij vermogen -
Belastbaar vermogen box 3
-> Bereken fictief rendement
-> Bereken te betalen Box 3 (over fictief rendement)
  • Te betalen belasting box 1
  • Te betalen belasting box 3

Slide 6 - Tekstslide

.                                                                     
6.3 Belasting over je spaargeld? (deel 2)
Ik At Bob's Hond
Te betalen belasting box 1
Te betalen belasting box 3
Te betalen belasting voor heffingskorting
Heffingskortingen
Verschuldigde inkomstenbelasting
.                                                                     
  • Je hebt toch al inkomstenbelasting betaald????
  • Vaak wel, namelijk loonheffing

Slide 7 - Tekstslide

Heffingskortingen
.                                                                     
6.3 Belasting over je spaargeld? (deel 3)
Ik At Bob's Hond
Te betalen belasting box 1
Te betalen belasting box 3
Te betalen belasting voor heffingskorting
Verschuldigde inkomstenbelasting
.                                                                     
  • Loonheffing
  • Nog te betalen of ontvangen inkomstenbelasting
.                                                                     

Slide 8 - Tekstslide

Huiswerk
Maken:
t/m opgave 32
+ samenvatting!
+ rekenen 18 + 19

Lezen:
paragraaf 6.4

Slide 9 - Tekstslide

Wat is een aftrekpost bij de inkomstenbelasting?
A
hypotheekaflossing
B
hypotheekrente

Slide 10 - Quizvraag

Inkomstenbelasting is progressief want met hoger inkomen betaal je meer belasting.
A
juist
B
onjuist
C
Wat?
D
Wanneer hebben we extra lessen?

Slide 11 - Quizvraag

Jamies brutoloon is € 945,66.
De loonheffing en premies zijn € 201,46.
Bereken Jamies nettoloon.

Slide 12 - Open vraag

Waar bestaat de loonheffing uit?
A
nettoloon en loonbelasting
B
loonbelasting en sociale premies werkgever
C
sociale premies werkgever en sociale premies werknemer
D
loonbelasting en sociale premies werknemer

Slide 13 - Quizvraag

Juist of onjuist?

Het belastbaar inkomen wordt hoger door de aftrekposten.
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Welke van de volgende zijn alleen maar aftrekposten?

A
reiskosten en hypotheekrente
B
hypotheekrente en een auto van de zaak
C
loon en eigenwoningforfait
D
studiekosten en eigenwoningforfait

Slide 15 - Quizvraag