Arts & Crafts en Jugendstil

1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
TekenenMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Video

Slide 38 - Video

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

de voorloper van Jugendstil is?
A
Arts & Crafts
B
Japanse prent kunst
C
Art Nouveau
D
Seczession

Slide 43 - Quizvraag

Wat betekent 'en plein air' schilderen?
A
Veel licht schilderen
B
In de buitenlucht schilderen
C
In het atelier schilderen
D
Veel lucht schilderen

Slide 44 - Quizvraag

Jugendstil is een kunststijl uit het einde van de 19e eeuw. In verschillende landen in Europa zie je in de toegepaste kunst, architectuur, mode en affiches de kenmerkende stijl terug. Jugendstil wordt ook wel Art Nouveau genoemd. Welke uitspraak is NIET waar?
A
De producten gemaakt in Jugendstil stijl zijn luxeproducten, gemaakt van kostbare materialen, machinaal vervaardigd.
B
De invloed van de natuur is kenmerkend voor Jugendstil. Veel patronen en asymmetrische vormen uit de weelderige natuur worden gebruikt.
C
Ondanks de decoratieve uitstraling wordt Jugendstil ook een moderne kunststroming genoemd, omdat er veel gebruik wordt gemaakt van materialen uit de 'nieuwe tijd'
D
In Nederland staat Jugendstil vooral bekend als de 'slaoliestijl'. Er werden veel affiches gemaakt voor een slaolie merk, met vloeiende uiteenlopende belijningen.

Slide 45 - Quizvraag

Kenmerken van Jugendstil zijn:
A
Geometrische vormen, dikke lijnen
B
Plantmotieven, contourlijnen
C
Organische vormen, Pastelkleuren
D
Felle kleuren, abstracte vormen

Slide 46 - Quizvraag

Wat past NIET bij Jugendstil?
A
vervaardigd uit massaproductie
B
Romantiek: inspiratie vanuit de natuur
C
moderne materialen: gietijzer, staal en glas
D
moderne constructies accentueren

Slide 47 - Quizvraag



Autonome kunst


Toegepaste kunst

Slide 48 - Sleepvraag

arts and crafts
wat hoort er niet bij
A
Industrieel vervaardigde producten gebaseerd op elementaire vormentaal
B
Toegepaste kunst net zo belangrijk als autonome kunst.
C
handgemaakte ambachtelijke producten
D
Kritiek op neo-stijlen, vormen gebaseerd op de natuur

Slide 49 - Quizvraag

Welke gevolgen van de industriële revolutie worden zichtbaar in de tweede helft van de 19e eeuw?
A
Architecten gaan bouwstijlen combineren, het eclecticisme ontstaat.
B
Architecten blijven terug grijpen naar wat zij kennen, ze bouwen in neo-stijlen.
C
Er wordt glas, ijzer, gietijzer en staal ontwikkeld. Er kunnen grote overspanningen worden gemaakt.
D
Architecten ontdekken nieuwe materialen zoals kalksteen en baksteen,

Slide 50 - Quizvraag

Wat is een andere naam voor
Art Nouveau?
A
Nieuwe Kunst
B
Slaoliestijl
C
Jugendstil
D
Franse kunst

Slide 51 - Quizvraag

Welke uitspraak hoort NIET bij dit plaatje
A
Dit plaatje past bij de jugendstil
B
Deze trap is een voorbeeld van 'Form follows function'
C
Deze trap is in de stijl van de Art Nouveau
D
Dit is toegepaste kunst

Slide 52 - Quizvraag

Antoni Gaudi is op 73 jarige leeftijd om het leven gekomen, maar hoe?
A
Hij kreeg een hartstilstand
B
Hij wordt overreden door een tram
C
Hij viel tijdens het bouwen van Sagrada Familia naar beneden
D
Hij is ongelukkig van de fiets gevallen

Slide 53 - Quizvraag