De Regenboog groep 3 - lees quiz

De Regenboog groep 3 - lees quiz!
Welkom bij
Zit je lekker? We gaan zo beginnen!
Wie is een echte lees-kampioen?
Start 11:00 uur
Geluid aan!
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
LezenBasisschoolGroep 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De Regenboog groep 3 - lees quiz!
Welkom bij
Zit je lekker? We gaan zo beginnen!
Wie is een echte lees-kampioen?
Start 11:00 uur
Geluid aan!

Slide 1 - Tekstslide

De Regenboog groep 3 - lees quiz
Je krijgt zo 25 vragen waarbij jij het goede antwoord moet zoeken. 
Dit doe je door goed te lezen. 
Nou, dat is een makkie toch?!

Sleep of typ het goede antwoord in het vak. 
Vergeet niet om op klaar te drukken (rechts onderin)

Wie is een echte lees-kampioen!? 

Slide 2 - Tekstslide

De Regenboog groep 3 - lees quiz
Ohja, bij iedere dia zie je dit plaatje --> 

Als je daar op drukt, leg ik de opdracht mondeling uit.

Probeer het maar eens met deze: 


Slide 3 - Tekstslide

Vraag A
Bij de volgende 5 vragen krijg je een plaatje te zien. 
Sleep het juiste woord naar het plaatje. 

Oh ja, vergeet niet om op "klaar" te
drukken als je antwoord gegeven hebt.
Dan kan ik zien dat je klaar bent en
hoeven we niet meer op jou te wachten.

Slide 4 - Tekstslide

A1: Sleep het juiste woord naar het plaatje.
slank
plank
plant

Slide 5 - Sleepvraag

A2: Sleep het juiste woord naar het plaatje.
kraal
kraag
kraan

Slide 6 - Sleepvraag

A3: Sleep het juiste woord naar het plaatje.
strand
streep
stroef

Slide 7 - Sleepvraag

A4: Sleep het juiste woord naar het plaatje.
strikt
streng
stinkt

Slide 8 - Sleepvraag

A5: Sleep het juiste woord naar het plaatje.
morst
worst
korst

Slide 9 - Sleepvraag

Vraag B
Bij de volgende 5 vragen moet je een zin lezen. 
Sleep daarna het woord wat het beste in de zin past op de puntjes.. 


Slide 10 - Tekstslide

B1: Sleep het juiste woord op de puntjes.
Ik wil                      naar school!
verblijf
gewoon
verslaap

Slide 11 - Sleepvraag

B2: Sleep het juiste woord op de puntjes.
Ik ga een taart bakken. Ik maak                     .
beslag
bestel
verveel

Slide 12 - Sleepvraag

B3: Sleep het juiste woord op de puntjes.
Ik spring en ren. Ik                      .
bekijk
vergeef
beweeg

Slide 13 - Sleepvraag

B4: Sleep het juiste woord op de puntjes.
Leg jij het                      klaar?
bestek
beloon
vertrek

Slide 14 - Sleepvraag

B5: Sleep het juiste woord op de puntjes.
Ik heb een kunstwerk                     .
verslaap
beschrijf
gemaakt

Slide 15 - Sleepvraag

En? Hoe gaat het tot nu toe?

Slide 16 - Tekstslide

Vraag C
Bij de volgende 3 vragen moet je de juiste woorden op de plaatjes slepen. Let op, het zijn er 5! 


Slide 17 - Tekstslide

C1. Sleep de woorden naar de juiste plaatjes.
tuinman
deurknop
speeltuin
broekzak
neushoorn

Slide 18 - Sleepvraag

C2. Sleep de woorden naar de juiste plaatjes.
knoei
kraai
vlaai
hooi
snoei

Slide 19 - Sleepvraag

C3. Sleep de woorden naar de juiste plaatjes.
kring
denk
tong
bank
spring

Slide 20 - Sleepvraag

En? Hoe gingen deze vragen?

Slide 21 - Tekstslide

Vraag D
Bij de volgende 5 vragen moet je goed kijken naar het plaatje. Welke zin hoort er bij? Sleep de juiste zin naar het plaatje. 


Slide 22 - Tekstslide

D1. Kijk goed naar het plaatje. Welke zin past er het best bij? Sleep die zin naar het plaatje.
Mijn mama leest voor. Ik zit op de bank.
De juf leest voor. Ik zit in de kring.
Ik lees zelf een boek. Met plaatjes.

Slide 23 - Sleepvraag

D2. Kijk goed naar het plaatje. Welke zin past er het best bij? Sleep die zin naar het plaatje.
Dit is mijn tent. Wat is die mooi!
Dit is een huis. Het huis van mijn pa.
Dit is een kasteel. Daar leeft een prinses.

Slide 24 - Sleepvraag