4.4 Stoffen veranderen door ontleden

Bij welke chemische reactie reageert zuurstof met een andere beginstof?
A
Ontledingsreactie
B
Verbrandingsreactie
C
Zowel ontledings- als verbrandingsreactie
D
Bij geen van beide
1 / 19
volgende
Slide 1: Quizvraag
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Bij welke chemische reactie reageert zuurstof met een andere beginstof?
A
Ontledingsreactie
B
Verbrandingsreactie
C
Zowel ontledings- als verbrandingsreactie
D
Bij geen van beide

Slide 1 - Quizvraag

Wanneer een organische stof d.m.v. hitte wordt ontleed, ontstaan de volgende stoffen:
A
water (g) en koolstofdioxide (g)
B
koolstof (s) en witte rook (g)
C
koolstof (s), water (l) en witte rook (g)
D
alleen water (l)

Slide 2 - Quizvraag

Hoeveel beginstoffen heb je altijd bij een ontledingsreactie?
A
1
B
1 of meer
C
2
D
2 of meer

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Bij welk type ontleding gebruik je licht?
A
Fotolyse
B
Thermolyse
C
Elektrolyse

Slide 10 - Quizvraag

'Water ontleedt met behulp van elektrische stroom'. Dit is een voorbeeld van ...
A
Fotolyse
B
Thermolyse
C
Elektrolyse

Slide 11 - Quizvraag

'Bij thermolyse gaat de stof die verhit wordt reageren met zuurstof'. Waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Is onderstaande stof ontleedbaar?
H2O2
A
Ja, want het bestaat uit 4 atomen
B
Nee, want het bestaat uit 4 atomen
C
Ja, want het bestaat uit 2 verschillende atoomsoorten
D
Nee, want het bestaat uit 2 verschillende atoomsoorten

Slide 15 - Quizvraag

Is onderstaande stof ontleedbaar?
Cl2
A
Ja, want het bestaat uit 2 atomen
B
Nee, want het bestaat uit 2 atomen
C
Ja, want het bestaat uit 1 atoomsoort
D
Nee, want het bestaat uit 1 atoomsoort

Slide 16 - Quizvraag

Vallen elementen onder de categorie ontleedbaar of niet-ontleedbaar?
A
Ontleedbaar
B
Niet-ontleedbaar

Slide 17 - Quizvraag

Vallen verbindingen onder de categorie ontleedbaar of niet ontleedbaar?
A
Ontleedbaar
B
Niet-ontleedbaar

Slide 18 - Quizvraag

Wat ga je nu doen?
Tot 09:15u
Maken: opdracht 1 t/m 6 in je boek
Klaar? Op laptop: flitskaarten H4.4

Slide 19 - Tekstslide