Vitale functies helpende plus

wat zijn vitale functies
1 / 51
volgende
Slide 1: Woordweb

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

wat zijn vitale functies

Slide 1 - Woordweb

De vitale functies van de mens zijn de lichaamsfuncties die de mens in leven houden
vitale functies zijn;
De vitale functies van de mens zijn de lichaamsfuncties die de mens in leven houden

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat zijn de belangrijkste vitale organen en hun functie

Slide 3 - Open vraag

Ademhaling
Circulatie
Temperatuur
bewustzijn

ademhaling

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uit welke onderdelen bestaat de lucht die wij inademen
A
20 % zuurstof
B
2 % kooldioxide
C
78 % stikstof
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

doel AH observeren
Zorgvragers met een stoornis of een te verwachten stoornis van de ademhaling

Slide 8 - Tekstslide

Het ademhalingscentrum, dat ligt in het verlengde merg, regelt de ademhaling.
Normaal verloopt de ademhaling automatisch. Wel kun je de ademhaling tot op zekere hoogte beïnvloeden. Je kunt sneller of langzamer, dieper of minder diep ademen. Ook is het mogelijk je adem een tijdje in te houden

borst en buikademhaling
Bij beide vormen wordt de borstkas ruimer gemaakt zodat de longen zich kunnen ontplooien.
Bij de borstademhaling gebeurt dit voornamelijk door de tussenribspieren.
Bij de buikademhaling door het middenrif en de buikspieren

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

controle ademhaling,
wat en hoe observeer je?

Slide 10 - Woordweb

snelheid
regelmaat
diepte
geluid

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hoeveel ademhalingen per minuut heb je gemiddeld?
A
14
B
26
C
6
D
10

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wanneer kan een een hoge ademhaling ontstaan?

Slide 13 - Open vraag

Hoge ademfrequentie kan voorkomen bij: koorts, lichamelijke inspanning, emotie, hart- en longafwijkingen.

wanneer kan een lage ademhaling ontstaan?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

protocol ademhaling tellen 
  1. zoek het protocol op voor ademhaling tellen.
  2. bestudeer deze
  3. pas het protocol toe middels het oefenen met elkaar en in de praktijk

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

pols tellen

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de hartslag;
Geeft een indruk van de algemeen lichamelijke toestand van een zorgvrager

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hartslaghhaobserveren? 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hartslag observeren? Waarom?

Hartafwijking
Aandoening aan de hersenen
Gebruik van medicijnen
Na operatie
Bij bewusteloosheid
Na verstikking

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat is het doel
van de pols tellen?
en bij wie doe je dit?

Slide 20 - Woordweb

  • Doel Het verkrijgen van informatie over de bloedcirculatie en hartfunctie
  • Bij wie Zorgvragers bij wie je de hartfrequentie wilt vaststellen

Slide 21 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Als je de "pols telt" krijg je informatie over de hartfunctie en circulatie.
welke van de onderstaande informatie meet je?
A
de frequentie van de hartslag, het aantal slagen per minuut
B
de regelmaat van de hartslag, regulair of irregulair
C
de gelijkmatigheid en kracht van de hartslag
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 23 - Quizvraag

  • De frequentie van de hartslag (het aantal slagen per minuut)
  • De regelmaat van de hartslag (regulair of irregulair)
  • De gelijkmatigheid van de hartslag (elke hartslag gevuld met een zelfde hoeveelheid bloed)
  • De kracht van de hartslag

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

wat zij de observatie punten
bij het tellen van de pols

Slide 25 - Woordweb

  • Frequentie, dit is het aantal hartslagen per minuut.
  • Ritme, de hartslagen volgen elkaar op met gelijke tussenpozen.
  • Gelijkmatigheid, gelijkmatigheid als alle hartslagen even krachtig voelbaar zijn.
  • Spanning en volume, spanning is afhankelijk van de elasticiteit van de slagaders. Het volume is de hoeveelheid bloed die bij elke hartslag in de slagaders wordt gepompt.
waar kan je de pols voelen
en hoe doe je dit

Slide 26 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wanneer is de "pols" verhoogd?
A
bij inspanning
B
bij koorsts
C
bij heftige emoties
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar meet je de "pols"?

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

aandachtspunten meten van de pols
  • Let op regelmaat en kracht hartslag.
  • Op verschillende plaatsen kan de hartslag in een slagader worden geteld: pols, slaap, hals, arm, lies, enkel, voet.
  • Tel een onregelmatige pols gedurende een minuut.
  • De polsslag kan variëren onder invloed van inspanning, ziekte, pijn of stress.
  • Afwijkingen in frequentie, ritme of kracht melden aan de arts.

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat en waar rapporteer je je meting van de pols

Slide 34 - Open vraag

  • Rapporteren van de pols in het zorgleefplan;
  • Frequentie
  • Ritme
  • Volume
  • Indien afwijkend -> melden
  • P; 68 irr / krachtig
  • P; 104 r/zwak

Slide 35 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer spreek je van lage of hoge pols

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Klachten bij lage hartslag
duizeligheid
flauwvallen
vermoeidheid
concentratiestoornissen
geheugenstoornissen

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wanneer spreek je van een Hoge hartslag

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

protocol pols tellen 
  1. zoek het protocol op voor pols tellen.
  2. bestudeer deze
  3. pas het protocol toe middels het oefenen met elkaar en in de praktijk
  4. hoeveel hartslagen heb jij? en je mede(student)

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

temperatuur meten

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat is de normale lichaamstemperatuur?
A
38 graden
B
37 graden
C
36 graden
D
40 graden

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wanneer spreek je van koorts?
A
38 graden en lager
B
36 graden en lager
C
40 graden en hoger
D
38 graden en hoger

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

meten van de temperatuur
Normale lichaamstemperatuur tussen 36,5 °C en 37,5 °C
Ondertemperatuur (hypothermie)
 onder 36,1 °C
Verhoging (subfebriele temperatuur)
 tussen 37,5 °C en 38 °C
Koorts 38 °C en hoger
Overtemperatuur (hyperthermie) boven 41 °C

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

welke manieren van
temperatuur meten zijn er?

Slide 44 - Woordweb

  • rectale meting (in de anus)
  • orale meting (in de mond)
  • tympanische meting (in het oor)
  • axillaire meting (onder de oksel)
  • inguinale meting (in de lies)

rectale temperatuurmeting
  • meest betrouwbare meting
  • Rectale temperatuur controle niet bij;
  • recente operatie aan het rectum of prostaat;
  • verwondingen aan het rectum of perineum.
  • Voorzichtigheid is geboden bij:
  •   diarree
  •  aambeien.
.

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tympanische tempcontrole
Gebruik voor iedere meting een schoon lensdopje.
Meet niet in het oor waarop gelegen is.
In geval van afwijkende meting, de meting na 5 minuten herhalen.
Indien een exacte temperatuurmeting noodzakelijk is, dan temperatuur opnemen met behulp van een rectaal thermometer.

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat doe je bij koorts?

Slide 49 - Woordweb

Bed)rust
Omgevingstemperatuur, toevoegen wegnemen van warmte
Licht dempen
Voeding en vocht
Hygiëne
Medicatie
Preventie en observatie
Psychische ondersteuning

wat doe je bij koorts
Bed)rust
Omgevingstemperatuur, toevoegen wegnemen van warmte
Licht dempen
Voeding en vocht
Hygiëne
Medicatie
Preventie en observatie
Psychische ondersteuning

Slide 50 - Tekstslide

Bedrust, koorts, hoge stofwisseling vraagt veel energie en lichaamsactiviteit geeft warmte
Omgevingstemp, koude rilling warmte toevoegen, kruik, dekens, en bij warmte afvoeren,
Licht, gevoeligheid voor licht neemt toe bij koorts
Voeding, veel drinken, kleine veelvuldige porties
Vocht, transpireren,bouillon, vruchtensappen
Hygiëne, wassen, transpiratie schone kleding en dekens
Koortswerende medicatie
Preventie bed complicaties
Observatie t, pols,
Psychische steun

protocol temperatuur meten
  1. zoek het protocol op voor het meten van de temperatuur
  2. bestudeer deze
  3. pas het protocol toe middels het oefenen met elkaar en in de praktijk
  4. wat is jou temperatuur?
  5. hoe heb je deze gemeten

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies