H6.4deel1

Havo 4
6.4 De wetenschappelijke revolutie
Lesdoelen:
In deze paragraaf leer je:
- hoe een nieuw wereldbeeld ontstond.
- welke ontwikkeling de wetenschap doormaakte.


KA: De wetenschappelijke revolutie.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Havo 4
6.4 De wetenschappelijke revolutie
Lesdoelen:
In deze paragraaf leer je:
- hoe een nieuw wereldbeeld ontstond.
- welke ontwikkeling de wetenschap doormaakte.


KA: De wetenschappelijke revolutie.

Slide 1 - Tekstslide

Havo 4 
6.4 De wetenschappelijke revolutie

Een nieuw wereldbeeld
Tot de 17e eeuw hadden de mensen het idee dat de aarde het stilstaande middelpunt was van het heelal.
Beeld ontstaan door de Griekse filosoof Aristoteles.

--> Past perfect bij het christelijk denkbeeld;
Aarde is het middelpunt van een goddelijke schepping, met de mens als hoogste wezen.


Geen wonder dat de mensen vroeger dachten dat de zon beweegt en dat de aarde stil staat, want zo zien wij het toch met onze eigen ogen?
Zo zag Aristoteles het meer dan 2000 jaar geleden ook. Het aardse gebied onder de maan noemde hij het ondermaanse en het hemelse gebied daarboven, met zon, maan, vijf planeten en sterren, die eeuw in eeuw uit, in perfecte cirkels rond de aarde draaien, het bovenmaanse. Uit het samenspel van het boven- en ondermaanse is volgens Aristoteles lang geleden de wereld ontstaan en de bovenmaanse wereld met zijn draaiende hemellichamen beïnvloedt het leven op aarde.
Hij beschreef het allemaal in zijn boek “Over de Hemelen.” 
Aristoteles

Slide 2 - Tekstslide

Havo 4 
6.4 De wetenschappelijke revolutie

Een nieuw wereldbeeld
In de 16e eeuw begonnen sommige wetenschappers al te twijfelen over dit wereldbeeld.
--> Sterrenkundige Nicolaus Copernicus publiceerde vlak voor zijn dood in 1543 een boek, het heliocentrisch wereldbeeld;
Helios= zon, wereldbeeld waarbij de zon het middelpunt is. De aarde en andere planeten draaien om de zon.

Copernicus zijn ideeën werden bespot. Mede, omdat hij het niet helemaal kon bewijzen. --> 1609 Duitse wiskundige Johan Kepler leverde met berekeningen en nieuwe metingen het definitieve bewijs.


Nicolaus Copernicus

Slide 3 - Tekstslide

Havo 4 
6.4 De wetenschappelijke revolutie

Een nieuw wereldbeeld
In hetzelfde jaar (1609) kon de sterrenkundige Galileo Galileï voor het eerst waarnemen dat het wereldbeeld van Aristoteles niet klopte.
Dat deed hij met een zelfgebouwde telescoop. Een jaar daarvoor was dit in Nederland uitvonden. Galileo bouwde een telescoop die nog wel 20 keer verder kon kijken.

Bevindingen;
- Kraters en bergen op de maan.
- Maan zelf geeft geen licht, maar weerkaatst het licht van de zon.
--> Nieuw gedachtegoed; de aarde is niet het middelpunt van het heelal.


Slide 4 - Tekstslide

Havo 4 
6.4 De wetenschappelijke revolutie

Een nieuw wereldbeeld
Galileo Galileï maakte met zijn boeken deze 'nieuwe' ideeën bekend bij een groter publiek.
In 1632 dreef hij in zijn boek de spot met de paus, die volgens hem vasthield aan domme denkbeelden.
--> kerkelijke rechtbank (inquisitie): Hij werd veroordeeld tot levenslang huisarrest en moest ontkennen dat de zon om de aarde draaide. Hij gehoorzaamde, als zou hij gemompeld hebben; 'En toch beweegt zij'.


Oefen de kenmerkende aspecten hier.

Slide 5 - Tekstslide

Leg uit waarom zonder de wetenschappelijke revolutie Lodewijk de XIV zich geen zonnekoning genoemd zou hebben.

Slide 6 - Open vraag

Havo 4 
6.4 De wetenschappelijke revolutie

Wetenschappelijke ontwikkeling

Ideeën van filosofen en wetenschappers uit de klassieke oudheid werden gezien als de absolute waarheid.

Experimenten werden afgewezen. God greep voortdurend in. De natuur had een doel.
wetenschappelijke revolutie
Er ontstond een nieuwe wetenschappelijke methode;
 = wetenschappers moeten uitgaan van waarneembare feiten.
- systematisch feiten verzamelen
- experimenteren en waarnemen.
- hieruit conclusies trekken 
--> empirisme
Later in de 17e eeuw werd deze wetenschappelijke methode aangevuld door; 
1. René Descartes. Hij toont aan dat er ook wantrouwde zintuigelijke waarnemingen zijn.
Nadruk komt daarom op logisch redeneren (rationeel denken).
2. wiskundige berekeningen.

De natuur had geen doel, maar werkte als een machine.
Regelmatige verschijnselen werden vastgelegd in natuurwetten.
René Descartes
Optische illusie

Het empirisme, ook wel bekend als de inductieve methode, gaat uit van meerdere losse waarnemingen – die zintuiglijk zijn gedaan – die resulteren in een hypothese. Bijvoorbeeld: ik zie dat alle tien kraaien die ik heb gezien zwart zijn, dus mijn hypothese is dat alle kraaien een zwarte kleur hebben. Dit is waar tot het moment dat er een kraai opduikt die niet zwart is. 

Slide 7 - Tekstslide

Havo 4 
6.4 De wetenschappelijke revolutie

Aan de slag!
- Maak de verwerkingsopdrachten of werk de leerdoelen uit.
- Oefen de kenmerkende aspecten via de link.

Slide 8 - Tekstslide

Beschrijf een groot verschil tussen het oude en het nieuwe wereldbeeld.

Slide 9 - Open vraag

Geef aan;
- door wie en in welk tijdvak het oude wereldbeeld ontwikkeld was.
- waardoor veel christenen het moeilijk vonden om het nieuwe wereldbeeld te aanvaarden en
- hoe onderzoekers nieuwe denkbeelden bekendmaakten.

Slide 10 - Open vraag

Geen aan; welke nieuwe wetenschappelijke methode ontstond in de 17e eeuw.

Slide 11 - Open vraag

Gebruik afbeelding 6.14. Leg uit dat deze afbeelding past bij het kenmerkend aspect van deze paragraaf.

Slide 12 - Open vraag

Werk uitgebreid het leerdoel uit:
Leg uit hoe een nieuw wereldbeeld ontstond.

Slide 13 - Open vraag

Werk uitgebreid het leerdoel uit:
Leg uit welke ontwikkeling de wetenschap doormaakte.

Slide 14 - Open vraag