Leerjaar 2 - presentatie BCK

Nederlands
presentatie onderzoeksrapport BCK6
informeren
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
presentatie onderzoeksrapport BCK6
informeren

Slide 1 - Tekstslide

Waar let je op met presenteren?

Slide 2 - Woordweb

Welk doel heb jij met het presenteren van je onderzoeksrapport BCK6?
A
amuseren
B
informeren
C
overtuigen
D
instrueren

Slide 3 - Quizvraag

 Aandacht vangen publiek
Als je voor een groep presenteert, is het fijn als deze mensen naar jou en je verhaal luisteren. Je wil de aandacht trekken en vasthouden. 
Belangrijk hiervoor zijn: 
  • houding
  • stemgebruik
  • afstemming op het publiek
  • de juiste hulpmiddelen

Slide 4 - Tekstslide

TIP
Een paar van de belangrijkste tools om de aandacht van je publiek vast te houden zijn: de binnenkomer, interactie en de uitsmijter.

Slide 5 - Tekstslide

Opbouw presentatie
In de inleiding:

Stel je jezelf voor (afhankelijk van je publiek, kennen jullie elkaar wel of niet);
Introduceer je het onderwerp aan de hand van een binnenkomer;
Vertel je de opbouw van je presentatie (waar ga je het over hebben);
Maak je duidelijk wanneer het publiek vragen kan stellen.
In de kern:
Behandel je de deelonderwerpen in een logische volgorde;
Gebruik je signaalwoorden om verbanden tussen de deelonderwerpen duidelijk te maken (eerst, vervolgens, tot slot enz.)
In het slot:
Geef je een korte samenvatting of conclusie;
Sluit je je presentatie af met een uitsmijter;
Check je bij het publiek of er nog vragen zijn;
Bedank je het publiek voor de aandacht.
Let op: Sluit nooit je presentatie af met: ‘Dit was het’ of ‘Ik ben klaar’.  





Opbouw presentatie
Let op: Sluit nooit je presentatie af met: ‘Dit was het’ of ‘Ik ben klaar’.  
De inleiding
Stel je jezelf voor (afhankelijk van je publiek, kennen jullie elkaar wel of niet);

Introduceer je het onderwerp aan de hand van een binnenkomer;

Vertel je de opbouw van je presentatie (waar ga je het over hebben);

Maak je duidelijk wanneer het publiek vragen kan stellen.
De kern
Behandel je de deelonderwerpen in een logische volgorde;

Gebruik je signaalwoorden om verbanden tussen de deelonderwerpen duidelijk te maken (eerst, vervolgens, tot slot enz.)
Het slot
Geef je een korte samenvatting of conclusie;

Sluit je je presentatie af met een uitsmijter;

Check je bij het publiek of er nog vragen zijn;

Bedank je het publiek voor de aandacht.

Slide 6 - Tekstslide

Welke binnenkomers voor een presentatie ken jij?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Video

Slide 9 - Link

Wat ga je doen?
Start een gesprek met de groepsleden van BCK6.
Vul het spreekplan in en bereid je presentatie voor.

Na 10 minuten weten jullie in ieder geval welke binnenkomer jullie gaan gebruiken.

Slide 10 - Tekstslide