H8.5 Formules maken bij grafieken

Statistiek
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo b, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Statistiek

Slide 1 - Tekstslide

Programma

  1. Vragen huiswerk 
  2. Doel
  3. theorie
  4. aan de slag
  5. Wat heb je geleerd?

Slide 2 - Tekstslide

Doel van deze les:
Ik weet wat het stijg- en/of daalgetal is
Ik weet wat het begingetal is
Ik kan een formule maken bij een grafiek met een rechte lijn
Ik weet dat ik ook een letter kan gebruiken voor de horizontale as i.p.v. woorden
Ik weet dat ik deze letter dan ook moet gebruiken in de formule

Slide 3 - Tekstslide

H8.5Formules maken bij grafieken
Stappenplan
  1. Wat is het begingetal
  2. Wat is het daal of stijggetal
  3. Wat staat er bij de horizontale as
  4. Wat staat er bij de verticale as
  5. Zet alles op de juiste plek

Slide 4 - Tekstslide

Voor een stijgende grafiek

Slide 5 - Tekstslide

Voor een dalende grafiek

Slide 6 - Tekstslide

som 47 blz. 94
kosten in € = 0,79 + 0,14 x afstand in kilometers

Wat is het begingetal?
A
kosten in €
B
0,79
C
0,14
D
afstand in kilometers

Slide 7 - Quizvraag

som 47 blz. 94
kosten in € = 0,79 + 0,14 x afstand in kilometers

Wat is het daal of stijggetal?
A
kosten in €
B
0,79
C
0,14
D
afstand in kilometers

Slide 8 - Quizvraag

Formule maken bij een grafiek (2)
Gebruik altijd het volgende:

......................................= ................+ of - .........................x ..........................
Staat bij de verticale as
begingetal
daal- of stijggetal
staat bij de horizontale as

Slide 9 - Tekstslide

Hoe reken je het daal of stijggetal uit?
Kijk wat de toename (stijggetal) of afname (daalgetal) is per eenheid.


Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeldsom

Slide 11 - Tekstslide

Formules maken bij grafieken
Op de horizontale as staat vaak: tijd in uren
Je mag dit in de formule ook schrijven als t

Dat scheelt veel schrijfwerk. De formule komt er dan als volgt uit te zien:
Inkomsten in € = 10 + 15t
Hier staat dus: inkomsten in € = 10 + 15 x tijd in uren

Slide 12 - Tekstslide

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 13 - Open vraag

Aan het werk!
  • Afmaken H8.2 opgave T, 11, 13
  • Maken H.8.3 opgave T,18,20,22,23 blz 169
  • Maken H8.5 opgave T,32,33,35,T,38,40,41,42
  • Eerste 10 min in stilte
  • Klaar? nakijken met een ander kleur pen en laat aan de docent zien!
timer
15:00

Slide 14 - Tekstslide

Opgave 31 blz 178 maken 

Slide 15 - Tekstslide

Aan het Werk!!
Afmaken H8.2 opgave T, 11, 13
Maken H.8.3 opgave T,18,20,22,23 blz 169
Maken H8.5 opgave T,32,33,35,T,38,40,41,42
Eerste 10 min in stilte
Klaar? nakijken met een ander kleur pen en laat aan de docent zien!
timer
20:00

Slide 16 - Tekstslide