H2.2 & H2.3 PULSAR: Mengsels en deeltjes

H2-2 Mengsels
H2-3 Deeltjes
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute H

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

H2-2 Mengsels
H2-3 Deeltjes

Slide 1 - Tekstslide

Kernwoorden
  • Stoffen & mengsel
  • Verdikkingsmiddel
  • Oplossing (zuren,basen & neutraal)
  • Emulgator
  • Emulsie
  • Grondstoffen
  • Kleurstoffen
  • Zuurgraad (pH)

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je nog over:
Stoffen (H2-1)?

Slide 3 - Woordweb

Wat is een mengsel?

  • Wat is het verschil tussen een zuivere stof en mengsel?
  • Waarvoor dient een verdikkingsmiddel?
  • Wat is een oplossing en een emulsie?
  • Waarvoor dient een emulgator?

Slide 4 - Tekstslide

Stoffen
  • Stoffen zijn overal om ons heen.
  • Alles bestaat uit een stof.
  • Veel stoffen kunnen in verschillende fasen voorkomen (3 fasen).
  • Veel stoffen kun je mengen.

Slide 5 - Tekstslide

IJzer 

Slide 6 - Tekstslide

Mengsel
Een mengsel is (in de scheikunde) een combinatie van twee of meer verschillende zuivere stoffen. 

Voorbeelden: Shampoo, verf, cola, thee, cakemix, snoep enz.

Slide 7 - Tekstslide

Mengen alle stoffen?
Als je suiker in de thee doet lost de suiker op en na een tijdje kun je de suiker niet meer zien. Je ziet dan een gekleeurde maar heldere vloeistof (thee & suiker). Dit heldere mengsel is een oplossing.
Eigenschap van suiker is oplosbaarheid!

Slide 8 - Tekstslide

Geef een voorbeeld!
Kun je nog meer stoffen bedenken die oplosbaar zijn?

Slide 9 - Open vraag

Oplosbaar!

Slide 10 - Tekstslide

Geef voorbeelden van stoffen die niet of moeilijk met elkaar mengen!

Slide 11 - Woordweb

Stoffen die niet goed mengen!

Niet alle stoffen kun je goed met elkaar mengen. Deze stoffen hebben hulp nodig om goed te vermengen. Zo'n hulpstof noemen we een emulgator!Een emulgator is een stof die helpt bij het mengen van twee stoffen die normaal gesproken niet of moeilijk mengbaar zijn. Op die manier wordt een emulsie gevormd.

Slide 12 - Tekstslide

Emulsie
Een emulsie (Latijn: emulgere, uitmelken) is een mengsel dat bestaat uit niet-mengbare vloeistoffen die onder normale omstandigheden geen stabiel en homogeen mengsel vormen. Als de twee vloeistoffen van elkaar scheiden zie je een tweelagensysteem.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

1. Geef een omschrijving van een zuivere stof.
2. Kan je een voorbeeld bedenken?

Slide 16 - Open vraag

1. Geef een omschrijving van een mengsel.
2. Kan je een voorbeeld bedenken?

Slide 17 - Open vraag

Samenvatting & herhaling

Slide 18 - Tekstslide

Stoffen en mengsels
  • Zuivere stof
  • Bestaat uit 1 soort stof, 
  • Uit 1 soort moleculen

  • Mengsels
  • Bestaat uit 2 (of meer) soorten stoffen
  • Uit 2 (of méér) soorten moleculen

Slide 19 - Tekstslide

Moleculen

Slide 20 - Tekstslide

Mengsels
  • Mengsels

  • 3 Soorten mengsels
  1. Oplossing
  2. Suspensie
  3. Emulsie


Slide 21 - Tekstslide

Oplossing
  • Oplosmiddel
  • Opgeloste stof

  • Helder, soms gekleurd

Slide 22 - Tekstslide

Oplossing
  • Oplosmiddel
  • Opgeloste stof

  • Helder, soms gekleurd

Slide 23 - Tekstslide

Suspensie
  • Een vaste stof fijn verdeeld in een vloeistof
  • Vaste stof lost niet op!!

  • Toebel, altijd gekleurd

Slide 24 - Tekstslide

Suspensie
  • Een vloeistof fijn verdeeld in een vloeistof
  • Vloeistof lost niet op!!

  • Toebel, altijd gekleurd

Slide 25 - Tekstslide

Emulsie

  • Een vloeistof fijn verdeeld in een vloeistof
  • Vloeistof lost niet op!!

  • Troebel, altijd gekleurd

  • Emulgator nodig

Slide 26 - Tekstslide

Kleinste deeltjes!
Moleculen zijn de kleinste hoeveelheden van stoffen: als een molecuul verder opgedeeld wordt, is het niet meer van die stof (een watermolecuul dat wordt gesplitst, is geen water meer).

Slide 27 - Tekstslide

Welke deeltjes zijn er?
  • Moleculen
  • Atomen
Voorbeeld suiker (glucose). Suiker bestaat uit suiker moleculen. Suiker bestaat atomen. Namelijk koolstof, waterstof en zuurstof. Als je een suikermolecule gaat splitsen is het dus geen suiker meer!

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Je onderzoekt een stof in het klaslokaal om er achter te komen welke stof dit is. Waarmee kun je dit uitvinden?
A
Gezond verstand
B
Stofzuiger
C
Stofeigenschappen
D
Stoffenboek

Slide 30 - Quizvraag

Een gevonden stof in het klaslokaal heeft de volgende eigenschappen, wat is dit?

Doorzichtig, niet giftig, niet brandbaar, vloeibaar.
A
Het raam
B
De tafeltjes
C
Het whiteboard
D
Water

Slide 31 - Quizvraag

Tussen de moleculen in een glas water zit lucht.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 32 - Quizvraag

Moleculen bewegen sneller wanneer het...
A
...Kouder wordt
B
...Warmer wordt
C
...Zwaarder wordt
D
...Lichter wordt

Slide 33 - Quizvraag

Als een stof dezelfde kleur heeft als thee, is het nooit giftig.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 34 - Quizvraag

Een bepaald kenmerk van een stof, noemen we een...

Slide 35 - Open vraag

Plastic is geen stof
A
Waar
B
Niet waar

Slide 36 - Quizvraag

Moleculen zijn niet met het blote oog te zien.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 37 - Quizvraag

Als waterdruppels naar elkaar toe komen en één grote waterdruppel vormen, is dit een voorbeeld van...
A
Er zit ruimte tussen de moleculen
B
Moleculen zijn heel erg klein
C
In een vaste toestand gedragen moleculen zich constant
D
Moleculen trekken elkaar aan

Slide 38 - Quizvraag