Leven in het Romeinse rijk

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Leven in het Romeinse rijk

In deze les: 
Bespreken par. 3.3 
Maken van Test Jezelf 
Terugkoppeling

Huiswerk volgende les: 
Maken van een tekstschema van 3.4 
Test jezelf 3.3 afmaken (evt.)

Doel van de les

Antwoord geven op de hoofdvraag:
Hoe leefden de Romeinen samen in de Romeinse Republiek?

Belangrijke begrippen

Proletariërs

Nobiles 

Tribuut

Volkstribuun 

Nobiles

Tribuut

Proletariër

Volkstribuun

Een Romeinse burger die arm was en afhankelijk was van steun van de rijken en de machtigen.

Belasting die overwonnen volken aan het Romeinse rijk moesten betalen.

De voorzitter van de Romeinse volksvergadering. Deze vertegenwoordiger van het volk moest de armen beschermen tegen de rijken.

De rijkste en belangrijkste mannen in Rome.

• Grond kwam in handen van grootgrondbezitters (rijkste Romeinse families).
  
  
• Veel boeren, die geen grond meer hadden, trokken naar de steden.
  
  
• Het werk op de grote landbouwbedrijven werd gedaan door slaven.   

• In de stad waren grote verschillen tussen rijk en arm:
  - Proletariërs: verarmde boeren
  - Nobiles: rijkste en machtigste           burgers (senatoren, legeraan-
     voerders)
  - Handelaren, ambachtslieden en 
     slaven
• Brood en Spelen, bekostigd met de belasting (tribuut).

Leven op het platteland

Leven in de stad

Als we het hebben over verschillen tussen arm en rijk, dan hoort dat bij de invalshoek ...

1. Cultureel
2. Economisch
3. Politiek
4. Sociaal

Onrust

• In Rome was een volksvergadering, maar die had weinig macht.
  
  
• Een volkstribuun  moest de armen tegen de rijken beschermen.
  
  
• Ondanks enkele pogingen om de kloof tussen arm en rijk te verkleinen, bleef er steeds onrust onder de proletariërs (en soms ook slaven). 
  
  
• Nobiles streden onderling om de steun van de proletariërs.

Slavenopstand van Spartacus(73-71 v. Chr)

Hieronder staan enkele ontwikkelingen. Kies de juiste chronologische volgorde.

A. Er ontstaat een groep bezitslozen in de stad.
B. Vrije boeren verkopen gedwongen hun grond.
C. Tiberius Gracchus probeert land eerlijker te verdelen.
D. Boeren trekken naar de stad.

1. Goede volgorde = A, D, C, B
2. Goede volgorde = B, D, A, C
3. Goede volgorde = B, C, A, D
4. Goede volgorde = A, B, D, C

Aan de slag

Maak de test jezelf van par. 3.3 in Memo Online

Eerder klaar? Maak dan ook vraag 3, 4 en 6 

Na 20 minuten terugkeren in Teams voor afsluiten les. 
Sluit LessonUp niet af! 

Hoe leefden de Romeinen samen in de Romeinse republiek?