Bloed

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Bloed

MB.3SA

Week 1	Regels medicatie
Week 2	Werking medicatie
Week 3	Hart	6
Week 4	-

Week 5	Bloed	6
Week 6	Ademhalingsstelsel	7
Week 7	Ademhalingsstelsel	7
Week 8	Afweersysteem	9
Week 9	Eindopdracht

Hart

Herhaling

TM 13 t/m 20 maken

Tijd: 30 min

Leerdoelen

1. De functies van bloed noemen. ​
2. De verschillende bloedcellen en hun functie benoemen. ​
   
3. Weet je wat bloedgroepen inhouden
4. Weet je hoe de bloedstolling werkt

Bloed

• Transport 
• Bloedcellen 
• Waterige stof ​​

Ruim 5 liter 

Gassen

Voedingstoffen

Hormonen

Afvalstoffen

Rode bloedcellen,

Witte bloedcellen,

Bloedplaatjes 

Bloedplasma

Bloed samenstelling

55% bloedplasma ​

45% bloedcellen:​

- rood                    = erytrocyten​

- wit                        = leukocyten ​

- bloedplaatjes = trombocyten​

Bloedplasma

Alle bestanddelen behalve bloedcellen en bloedplaatjes

Grootste deel (91%) water

Voor de rest, vitamine, mineralen, eiwitten en hormonen

Rode bloedcel

• Zien eruit als een discus​
  
• Hebben geen celkern​
• Oude cellen worden door lever en milt verwijderd

​

De afbraak van rode bloedcellen gebeurt voor een klein deel in de bloedbaan en voor het grootste deel in de milt. De milt filtert oude en beschadigde rode bloedcellen uit het bloed en breekt ze af. De lever en het beenmerg breken ook rode bloedcellen af. Bij afbraak komt ijzer vrij

Rode bloedcel

• Gevuld met ‘hemoglobine’= Hb ​
  
• Hemoglobine vervoert zuurstof
• In hemoglobine zit ijzer, dit geeft een rode kleur ​

Witte bloedcellen

• Voor afweer van het lichaam​

=> opruimen vreemde stoffen​
=> opruimen ziekteverwekkers​
=> opruimen oude / zieke lichaamscellen ​

Bloedplaatjes

• Belangrijk voor bloedstolling
• In milt liggen bloedplaatjes opgeslagen als nood bij grote bloeding

1. Witte bloedcellen
2. Bloedplasma
3. Bloedplaatjes
4. Rode bloedcellen

A. Bloedplasma

B. Bloedplaatjes en witte         bloedcellen

C. Rode bloedcellen

Bloedgroepen

Antigenen op de bloedcellen

Bloedgroep A                 Bloedgroep AB

Bloedgroep B                    Bloedgroep 0

De bloedgroep wordt bepaald door een suikerstructuur op je rode bloedcellen.

Bloedstolling

Wond

Op welke foto zie je de bloedplaatjes

1. 
2. 
3. 

De bloedplaatjes ....

1. vervoeren zuurstof
2. helpen bij het dichten van wondjes
3. spelen een rol bij de afweer
4. zijn het vloeibare deel in het bloed

Wat gebeurd er als bloed te snel stolt?

Trombocytose (trombose)

Wat gebeurd er als er te weinig bloedplaatjes zijn

trombocytopenie door verminderde aanmaak bloedplaatjes of te groot gebruik bloedplaatjes

Anemie

Anemie = bloedarmoede

Het bloed kan te weinig zuurstof vervoeren

Er is een tekort aan rode bloedcellen of het eiwit hemoglobine in het bloed. 

Soms tijdelijk, soms chronisch

Veel vormen

Symptomen

vermoeidheid;

kortademigheid;

duizeligheid;

het gevoel hebben flauw te vallen;

hartkloppingen;

zweten;

hoofdpijn;

oorsuizen.

Bloed