7.5 Oefening voedselweb

7.5
oefening voedselweb
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

7.5
oefening voedselweb

Slide 1 - Tekstslide

Is deze invloed levend of niet levend?
Hoeveelheid regen
A
Levend
B
Niet-levend

Slide 2 - Quizvraag

Wat zijn voorbeelden van niet-levende invloeden
A
temperatuur en licht
B
vijanden en soortgenoten
C
ziekteverwekkers en voedsel

Slide 3 - Quizvraag

Wanneer kunnen concurrenten op dezelfde plek leven?
A
Als ze hetzelfde voedsel op een andere manier verteren.
B
Als ze op verschillende manieren naar voedsel zoeken.
C
Als ze tussen veel verschillende soorten voedsel kunnen kiezen.

Slide 4 - Quizvraag

Welke zin over voedselketens is juist?
A
Elk organisme in een voedselketen heet een schakel.
B
Elk organisme in een voedselketen is een planteneter of een vleeseter.
C
Elk organisme in een voedselketen kan afbreken.

Slide 5 - Quizvraag

Hoe worden verschillende voedselketens die met elkaar verbonden zijn genoemd?
A
Organismen
B
Schakel
C
Voedselweb

Slide 6 - Quizvraag

Wat eten afvaleters?
Let op: meerdere antwoorden kunnen goed zijn!
A
afbrekers
B
gebruikers
C
makers

Slide 7 - Quizvraag

Hoe komt een afbreker aan voedingsstoffen?
A
Door het eten van afvaleters
B
Door het eten van gebruikers
C
Door het eten van natuurlijk afval

Slide 8 - Quizvraag

Waarin zetten bacteriën en schimmels de dode dieren en plantenresten om?
A
Mest
B
Mineralen
C
Voedingsstoffen

Slide 9 - Quizvraag

Welke leefomgeving zie je op de afbeelding hierachter?

Slide 10 - Open vraag

Is deze invloed levend of niet levend?
Hoeveelheid regen
A
Levend
B
Niet-levend

Slide 11 - Quizvraag

Is deze invloed levend of niet levend?
'Een omgevallen boom'
A
Levend
B
Niet-levend

Slide 12 - Quizvraag

Is deze invloed levend of niet levend?
'Zonnestralen die op de bodem terechtkomen'
A
Levend
B
Niet-levend

Slide 13 - Quizvraag

Is deze invloed levend of niet levend?
'Rupsen op een stam'
A
Levend
B
Niet-levend

Slide 14 - Quizvraag

Consumenten (gebruikers)
Afvaleters
Reducenten
(afbrekers)
Mineralen
Producenten
(makers)

Slide 15 - Sleepvraag

Zet de volgende organismen in de juiste volgorde om een voedselketen te vormen.
-->

Slide 16 - Sleepvraag

T3
R9
kringloop
voedselketen
voedselweb

Slide 17 - Sleepvraag

Maak een correcte voedselketen

Slide 18 - Sleepvraag

Zet deze dieren in de goede volgorde van de voedselketen.

Slide 19 - Sleepvraag

Consument van welke orde?

Vlierbes
Koolmees
Kikker
Buizerd
Vos

Slide 20 - Tekstslide

Wat is het voedingsniveau
van de vlierbes?
A
trofisch niveau 1 en consument 1e orde
B
trofisch niveau 1 en producent
C
trofisch niveau 2 en consument 1e orde
D
trofisch niveau 2 en producent

Slide 21 - Quizvraag

de koolmees:
consument van welke orde?

Slide 22 - Open vraag

de kikker:
consument van welke orde?
A
1e en 2e orde
B
2e en 3e orde
C
3e en 4e orde
D
2e en 4e orde

Slide 23 - Quizvraag

de buizerd:
consument van welke orde?
A
2-3-5e orde
B
2-3-4-6e orde
C
1-2-3-4-5e orde
D
2-3-4-5-6e orde

Slide 24 - Quizvraag

de vos:
consument van welke orde?
A
2e en 3e orde
B
2e en 4e orde
C
2-3-4e orde
D
3-4-5e orde

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide

Consumenten
Producenten
Reducenten
en producenten
Reducenten
en consumenten
Afvaleters, zoals aaskevers en pissebedden
grotendeels heterotroof
Organismen met een celwand
Eéncellige algen

Slide 27 - Sleepvraag

HUISWERK
Bestudeer 7.5 en maak
opdrachten 1 t/m 3 en 6 en 8-9

Slide 28 - Tekstslide