5Vges_1 les 3: Jagers naar boeren en steden: landbouwrevolutie leidt tot schrift

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Welkom in de geschiedenisles!

Slide 2 - Tekstslide

Telefoon in je zakkie!

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
  • Checkvraag
  • Theorie 'historische dimensies'
  • Theorie landbouwsamenleving (KA 2) 
  • Afsluiting  

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. R Tijdvak, periode, kenmerkende aspecten prehistorie, evolutietheorie,  archeologie, hypothese, primaire & secundaire bronnen, jagers verzamelaars, landbouw, veeteelt, akkerbouw
  2. T1 4. Je kan verschillen benoemen tussen een nomadisch en een agrarisch maatschappijtype
  3. T1 5. De overgang van jagen naar landbouw had voor- en nadelen. Je kan er enkele benoemen
  4. T1. 6. Je begrijpt waarom archeologen meer sporen vinden van een agrarische samenleving, dan van een nomadische samenleving
  5. T2. 7. Je kan verklaren waarom we spreken van een landbouwrevolutie, en niet van een landbouw -evolutie
  6. 8. Je begrijpt waarom de Prehistorie gekenmerkt wordt door veel autarkie
  7. Je kunt uitleggen waardoor in Mesopotamië stedelijke gemeenschappen ontstonden.
  8. Je kunt enkele stedelijke gemeenschappen uit de Tijd van Jagers & Boeren noemen en daarvan de kenmerken geven, verklaren en herkennen.

Slide 6 - Tekstslide

Deze prent hoort bij:
A
Jagers & verzamelaars
B
Eerste boeren

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide


KA 2: Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Jager-verzamelaars samenleving

  • Nomaden = mensen zonder vaste woonplaats
  • Autarkisch (zelfvoorzienend) 
  • Leven in grotten/eenvoudige tenten/hutten
  • Weinig bezit
  • Kleine groepen: 20-50 personen en geen sociale verschillen (egalitair) 
  • Mogelijke vorm van religie (hiernamaals)

Landbouw/agrarische samenleving

  • Sedentaire leefwijze = vaste verblijfplek
  • Autarkisch (zelfvoorzienend)
  • Stevige huizen
  • Bezit verzamelen
  • ‘Grote’ groepen met sociale verschillen (Hiërarchie: aanzien- en machtsverschillen)
  • Vorm van religie (leven na de dood)

Slide 12 - Tekstslide

Landbouwrevolutie: het is compleet anders dan eerst

Slide 13 - Tekstslide

Landbouw = Veeteelt

Dieren 'domesticeren'
+ Akkerbouw

Plantjes verbouwen op een akker

Slide 14 - Tekstslide

Het ontstaan van de landbouw
20.000 v. Chr.: Natter en warmer in de Vruchtbare Halve Maan (minder noodzaak rond te trekken)
12.000 v. Chr.:  Kouder en droger (zelf proberen graan te verbouwen)
5000 v. Chr.: Eerste landbouw in West-Europa

Slide 15 - Tekstslide

Landbouw'revolutie'

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link

Jagers en verzamelaars primitief? 
  • Jagen op groot wild vraagt samenwerking, planning, communicatie en coördinatie.

  • Weten wanneer welke dieren door het gebied trokken

  • Besef van tijd en seizoenen hebben.

  • Kennis van eetbare planten

  • Weten hoe ze aan vuursteen moesten komen

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Uit deze bron kun je de volgende conclusie trekken: ‘De Klokbekercultuur was een landbouwsamenleving.’
(T1 x 2p) Ondersteun deze conclusie met behulp van de bron.

Slide 20 - Open vraag

Verdeling in de tijd
Prehistorie
Pre = voor
Historie = geschiedenis

Ongeschreven bronnen
Historie
Geschiedenis waarin men het schrift gebruikt.


Slide 21 - Tekstslide

Beredeneer (leg uit) hoe schrift nuttig zou kunnen zijn in een landbouwsamenleving

Slide 22 - Open vraag

KA 3: Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen

Slide 23 - Tekstslide

Stadstaten in Soemerië

Rond 3500 v.Chr. waren dorpen in het zuiden van Mesopotamië uitgegroeid tot steden, stadstaten. O.a. Uruk, Eridu, Nippur, Ur en Lagasj

Gemeenschappelijke kenmerken:
Specialisten (bakker, smid, pottenbakker)
Hiërarchische opbouw van de samenleving
Godsdienstig centrum
Het gebruik van het schrift



Slide 24 - Tekstslide

Het succes van de irrigatielandbouw

--> Rond 6500 v.Chr. ontstonden in Soemerië, aan de oevers van de Tigris en Eufraat de eerste dorpen.
--> Hoewel het er warm was en er weinig regen viel, lukte het de mensen om grote oogsten binnen te halen.
--> Dit kwam door de slimme irrigatielandbouw.
--> Boeren verbouwden gewassen op vruchtbare modder en leidden er via kleine kanaaltjes rivierwater naartoe.
--> De overgang naar irrigatielandbouw duurde eeuwen.

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Godsdienst in Soemerië

Koning regeerde namens de goden
Polytheïsme.
Priesters zorgden dagelijks voor het uitvoeren van rituelen en het brengen van offers aan de goden.
In het centrum van elke Soemerische stadstaat stond een groot religieus bouwwerk: de ziggurat

Slide 28 - Tekstslide

Het gebruik van het schrift

Rond 3300 v.Chr. Ontwikkelden de Soemeriërs het schrift. Hiermee begon hun historie.
Eerst gebruikten de Soemeriërs herkenbare afbeeldingen. Later ontwikkelden ze klanktekens.
Het Soemerische schrift heet spijkerschrift. De tekens werden ingedrukt in nog vochtige klei.
Dankzij het schrift van de Soemeriërs weten we veel over hun religieuze en culturele opvattingen.

Slide 29 - Tekstslide

Aan de slag
Wetsteksten van Hammurabi 

Slide 30 - Tekstslide

In de eerste stedelijke gemeenschappen werd het spijkerschrift ontwikkeld dat op kleitabletten werd geschreven. Verreweg het grootste deel van deze kleitabletten bevatte administratieve aantekeningen.

1p 2 Geef hiervoor een verklaring.

Slide 31 - Open vraag


Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 32 - Open vraag

Begrippen uit deze les
Tijdvak, periode, kenmerkende aspecten prehistorie, evolutietheorie, archeologie, hypothese, primaire & secundaire bronnen, jagers verzamelaars, landbouw, veeteelt, akkerbouw

Slide 33 - Tekstslide


Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 34 - Open vraag